Amerikaans politiek activiste Medea Benjamin en journalist Nicolas J.S. Davies stellen vast dat het Amerikaanse leger en de CIA niet langer hun traditionele rol vervullen als wereldwijd wegbereider voor Amerikaanse multinationals. Buiten enkele wapenbedrijven verliezen de VS overal economisch terrein. Achttien jaar na de invasie is China de voornaamste handelspartner van Irak. De VS zijn het enige westerse land zonder universele gezondheidszorg. De helft van alle Amerikanen leven in armoede of op één maandloon ver van armoede. “Dit is een imperium in verval”.
In plaats van deuren te openen voor de Amerikaanse1 zakenwereld of ruggensteun te geven aan de Amerikaanse diplomatie op het wereldtoneel is de Amerikaanse oorlogsmachine verworden tot een olifant in een porseleinwinkel. Haar destructieve kracht wordt enkel nog ingezet om landen te destabiliseren en hun economieën te ontwrichten.
In 2004 citeerde journalist Ron Suskind een adviseur van het Witte Huis ten tijde van de regering van George W. Bush (2001-2009) , naar verluidt Karl Rove. “We zijn nu een imperium”, verkondigde de functionaris met enige panache, “en als we ageren, creëren we onze eigen realiteit.”
Suskinds inschatting dat het overheidsbeleid moet geworteld zijn in de “reality-based community” (een samenleving gebaseerd op de werkelijkheid) wees hij van de hand. “Wij zijn de actoren van de geschiedenis”, oreerde deze adviseur, “en jullie, jullie allemaal, zullen genoegen moeten nemen met het louter bestuderen van wat wij doen.”
16 jaar later hebben de Amerikaanse oorlogen en oorlogsmisdaden, begonnen en begaan door de regering W. Bush, enkel wereldwijde chaos en geweld gebracht. Zoals te voorspellen was, heeft dit historische samengaan van criminaliteit en mislukking de internationale machtspositie en autoriteit van de VS ondergraven.
Op het imperialistische thuisfront bleven de gevolgen niet uit. De politieke marketingindustrie waarvan Rove en zijn collega’s deel uitmaakten, is er beter in geslaagd de harten en geesten van de Amerikanen te verdelen dan die van de Irakezen, Russen of Chinezen.
De ironie van een imperium
De imperialistische pretenties van de regering-Bush waren niet gespeend van enige ironie. Eigenlijk vormden de VS al van bij zijn stichting een imperium. Het politieke gebruik van de term “imperium” in 2004 door een functionaris van het Witte Huis riep niet het beeld op van een nieuw, opkomend imperium, zoals de adviseur claimde, maar van een decadent imperium in verval dat strompelend en ziende blind in een pijnlijke terminale spiraal is terecht gekomen.
De Amerikanen waren niet altijd zo onwetend over de imperialistische aard van de ambities van hun land. George Washington2 omschreef New York als “de zetel van een imperium”, en zijn militaire campagne tegen de Britse strijdkrachten als het “pad naar een imperium”. Toen de nieuwe deelstaat New York3 de bijnaam Empire State kreeg, waren de New Yorkers daar heel blij mee. Die fierheid wordt vandaag nog altijd belichaamd door de Empire State Building en uitgedragen op de nummerplaten van de staat New York.
De expansie van de territoriale soevereiniteit van de VS – door de verovering van land op de inheemse eerste Amerikanen, de aankoop van de Franse kolonie Louisiana en de annexatie van het noorden van Mexico na de Mexicaans-Amerikaanse oorlog – gaf gestalte aan een imperium dat qua omvang het oorspronkelijke imperium van George Washington ver achter zich liet. Weinig Amerikanen beseffen echter dat die expansie niet altijd van een leien dakje liep.
Toen het verdrag van 1848 over de annexatie van het grootste deel van Mexico moest geratificeerd worden, stemden 14 van de 52 Amerikaanse senatoren tegen. Stel dat dit even anders was gelopen, dan zouden California, Arizona, New Mexico, Texas, Nevada, Utah en het grootste deel van Colorado vandaag voor de Amerikanen exotische reisbestemmingen zijn.
Toen het Amerikaanse imperium na de Tweede Wereldoorlog tot volle bloei kwam, begrepen zijn leiders dat het voeren van een imperialistische politiek in een postkoloniale wereld een zekere mate van handigheid en fijnzinnigheid vereiste. Het viel immers niet te verwachten dat landen die vochten voor onafhankelijkheid van Groot-Brittannië of Frankrijk zomaar hun deuren wijd zouden openzetten voor imperialistische indringers uit Amerika.
Om die reden werkten de Amerikaanse leiders een neokoloniaal systeem uit dat hen in staat moest stellen imperialistisch soeverein te heersen over een groot deel van de wereld. Om het aura van hun postkoloniale geloofsbrieven niet te schaden, werden hierbij voortaan termen als “imperium” of “imperialisme” zorgvuldig vermeden.
Het bracht critici zoals president Kwame Nkrumah van Ghana ertoe een ernstig onderzoek in te stellen naar de imperialistische greep die rijke landen nog altijd hadden over zogenaamd onafhankelijke postkoloniale landen als het zijne.
In zijn boek Neo-Colonialism: the Last Stage of Imperialism veroordeelde Nkrumah het neokolonialisme als “de slechtst denkbare vorm van imperialisme”. “Voor zij die het toepassen”, schrijft hij, “betekent het macht zonder verantwoordelijkheid, en voor zij die eronder lijden betekent het uitbuiting zonder mogelijkheid tot verweer.”
Gecultiveerde onwetendheid
De Amerikaanse burgers van na de Tweede Wereldoorlog groeiden met andere woorden op in een zorgvuldig gecultiveerde onwetendheid over de feitelijkheid van het Amerikaanse imperium. De mythes die werden geweven om die realiteit te verhullen, vormen een vruchtbare voedingsbodem voor de politieke verdeeldheid en desintegratie van het land vandaag. Trumps “Make America Great Again” en Bidens belofte “to restore American leadership” appelleren allebei aan de nostalgie naar de vruchten van het Amerikaanse imperium.
Het gekrakeel uit het verleden over wie schuld had aan ‘het verlies van China’ of Vietnam of Cuba heeft plaatsgemaakt voor de discussie over wie schuld heeft aan het verlies van Amerika en wie eventueel de mythische grootsheid en de leiderspositie van weleer in ere zou kunnen herstellen.
Zelfs nu Amerika bovenaan de lijst staat van naties die zomaar toestaan dat een pandemie hun bevolking en economie naar de verdoemenis helpt, staat geen enkele leider van beide partijen klaar voor een meer realistisch debat over hoe Amerika te herdefiniëren en opnieuw op te bouwen als een post-imperialistische natie in de multipolaire wereld van vandaag.
Elk succesvol imperium heeft zijn verafgelegen gebieden uitgebreid, bestuurd en geëxploiteerd door middel van een combinatie van economische en militaire macht. Zelfs in de neokoloniale fase van het Amerikaanse imperium was het de taak van het Amerikaanse leger en de CIA om deuren open te stampen zodat Amerikaanse zakenlui die “achter de vlag aanliepen” zich konden vestigen en nieuwe markten konden ontwikkelen.
Het Amerikaanse militarisme en de Amerikaanse economische belangen zijn nu echter uit elkaar gegroeid. Afgezien van een paar wapenbedrijven loopt het Amerikaanse zakenleven niet meer achter de vlag om zich op min of meer blijvende wijze te vestigen in de ruïnes van Irak of in andere recente Amerikaanse oorlogszones.
China, Pakistan, VAE, EU…
Achttien jaar na de Amerikaanse invasie in Irak is China de grootste handelspartner van dat land. Pakistan is momenteel de grootste handelspartner van Afghanistan. In Somalië zijn de Verenigde Arabische Emiraten dat en in Libië is de EU de grootste handelspartner.
In plaats van deuren te openen voor de Amerikaanse zakenwereld of ruggensteun te geven aan de Amerikaanse diplomatie op het wereldtoneel is de Amerikaanse oorlogsmachine verworden tot een olifant in een porseleinwinkel. Haar destructieve kracht wordt enkel nog ingezet om landen te destabiliseren en hun economieën te ontwrichten.
Zo gingen deuren naar economische kansen dicht in plaats van open en werden middelen elders aangewend terwijl ze op het thuisfront broodnodig waren. Zo nam Amerika’s internationale prestige af in plaats van toe te nemen.
Toen president Eisenhower waarschuwde voor de “ongefundeerde invloed” van het Amerikaanse militair-industriële complex, voorspelde hij precies deze tweedeling tussen de reële economische en sociale behoeften van het Amerikaanse volk en een oorlogsmachine die meer kost dan de tien grootste legers ter wereld na dat van de VS bij elkaar opgeteld. Die geldverslindende moloch is niet eens meer in staat een oorlog te winnen of een virus te verslaan, laat staan een verloren imperium te heroveren.
China en de EU zijn de belangrijkste handelspartners van de meeste landen ter wereld geworden. De VS zijn nog altijd een regionale economische grootmacht, maar zelfs in Zuid-Amerika drijven de meeste landen nu al meer handel met China. Het Amerikaanse militarisme heeft deze tendensen versneld door onze middelen te verspillen aan wapens en oorlogen. Ondertussen hebben China en de EU geïnvesteerd in vreedzame economische ontwikkeling en in 21e-eeuwse infrastructuur.
Hogesnelheidstreinen
Zo heeft China het grootste netwerk van hogesnelheidstreinen ter wereld uitgebouwd in nauwelijks 10 jaar tijd (2008-2018) en heeft Europa sinds de jaren 1990 zijn hogesnelheidsnetwerk gestaag uitgebreid. In Amerika is het hogesnelheidsnet nog niet verder geraakt dan de tekentafel.
China heeft 800 miljoen mensen uit de armoede gehaald. In Amerika is het armoedecijfer in 50 jaar nauwelijks gewijzigd en is de kinderarmoede zelfs toegenomen. Nog altijd hebben de VS het zwakste sociale vangnet van alle ontwikkelde landen en geen universele gezondheidszorg.
De ongelijke verdeling van rijkdom en macht als gevolg van het extreme neoliberalisme heeft ertoe geleid dat de helft van de Amerikanen weinig of geen spaargeld heeft om van te leven tijdens hun pensioen of om op terug te vallen als het even tegenzit.
Toch blijven onze leiders het nodig vinden om 66 procent van de federale discretionaire uitgaven4 van de VS te besteden aan het in stand houden en uitbreiden van een oorlogsmachine die al lang geen nuttige rol meer speelt in Amerika’s tanende economische imperium. Dit is zonder meer een verspilling van middelen die ons terdege verzwakt en onze toekomst in gevaar brengt.
Martin Luther King
Tientallen jaren geleden waarschuwde Martin Luther King jr. ons ervoor dat “een natie die jaar na jaar meer geld aan defensie dan aan sociale programma’s uitgeeft steeds verder opschuift naar de geestelijke dood”.
Ondertussen houdt onze regering debatten over de vraag of we een COVID-bijstandsprogramma, een Green New Deal en universele gezondheidszorg financieel wel aankunnen. Als we dit decadente imperium in ontbinding tot een dynamische en voortvarende post-imperialistische natie willen omvormen, zou het van wijsheid getuigen te erkennen dat een snelle en grondige herschikking van onze nationale prioriteiten onze enige hoop is. We moeten af van het nutteloos destructieve militarisme en inzetten op de programma’s van sociale vooruitgang waartoe dr. King opriep.
Noten:
1 De termen Amerikaan-Amerikaans worden gemeenzaam gebruik voor de VS en zijn burgers. Correct is dat in feite niet, want ook Canada ten noorden van de VS en alle andere staten ten zuiden van de VS op het continent van Mexico tot Argentinië zijn Amerikaans. Het zegt alles over de vanzelfsprekendheid van de VS-suprematie over de rest van het Amerikaanse continent dat zij zich deze naam exclusief hebben toegeëigend (nvdr).
2 George Washington (1732-1799) is een van de Founding Fathers van de federatie van 13 Britse koloniale provincies die zich afscheidden van het Britse Rijk, voorzitter van het Grondwettelijk Congres van 1787 en de eerste president van de Verenigde Staten (1789-1797). De deelstaat Washington aan de noordwestelijke kust en de hoofdstad aan de oostkust zijn naar hem genoemd (nvdr).
3 De federale deelstaat New York heeft als hoofdstad niet de gelijknamige grootstad New York City maar de kleine stad Albany. Met New Yorkers worden alle inwoners van de deelstaat bedoeld (nvdr).
4 Alle overheidsuitgaven die niet gebonden zijn aan vaste kosten, zoals bouw en onderhoud van infrastructuur, lonen en pensioenen van overheidspersoneel, waarvan de president vrij kan bepalen waar ze aan besteed mogen worden (nvdr).
- The Decline and Fall of the American Empire verscheen op 3 februari 2021 en werd vertaald door Ronald Decelle voor De Wereld Morgen
- Uitgelichte afbeelding: Photo by Sinjin Thomas on Unsplash