Met Rooie Vrouwen in actie diep verstopt in de krochten van de Rode Canon van de Wiardi Beckmanstichting komen wij op het terrein waaraan de PvdA duidelijk in het geheel even niet herinnerd wil worden. De site is goed verstopt en onttrekt zich aan zoekmachines. (Ha, uw zoekspecialist heeft het dan toch gevonden).
In 1976 bezetten feministische actiegroepen, waaronder de ‘Rooie Vrouwen in de Partij van de Arbeid’, de abortuskliniek Bloemenhove in Heemstede. De bezetting was een voorbeeld van de buitenparlementaire acties die de PvdA als ‘actiepartij’ voorzichtig omarmde. De ‘Rooie Vrouwen’, die onderdeel waren van een veel bredere ‘tweede feministische golf’, waren een succesvol voorbeeld van de nieuwe sociale bewegingen uit deze periode.
20 mei 1976 werd de abortuskliniek ‘Bloemenhove’ bezet door feministische actiegroepen. KVP-minister van Justitie Dries van Agt dreigde de kliniek te sluiten omdat er abortussen na twaalf weken werden uitgevoerd. Onder de bezetters waren ook de Rooie Vrouwen, aangesloten bij de pro-legaliseringsgroep ‘Wij Vrouwen eisen’. De bezetting was een succes en Van Agt zag zich gedwongen af te zien van sluiting van de kliniek. Bij deze beslissing speelde ook de standvastige houding van Irene Vorrink, PvdA-minister van Volksgezondheid en Milieuhygiëne, een rol. Zij koos openlijk de kant van de bezetters.
De golf van actiebewegingen en emancipatiestreving in de late jaren zestig en de jaren zeventig ging niet voorbij aan de Partij van de Arbeid. Deze besloot zich actiepartij te noemen, ondanks haar positie als grootste regeringspartij.
Vanaf 1973 noemde de PvdA zich ‘actiepartij’, ten teken van haar goede relatie met deze bewegingen. Dit ging niet zonder slag of stoot. De PvdA wilde representant zijn van de belangen van de nieuwe sociale bewegingen en steun verlenen aan buitenparlementaire acties. Tegelijkertijd moest ze voldoen aan de eisen van een politieke partij die opereerde binnen de ‘smalle marges van democratische politiek’, en mocht zij dus niet de wet overschrijden, aldus de bekende woorden van partijvoorman Joop den Uyl uit 1970.
Het kabinet-Den Uyl zou een duidelijk emancipatiebeleid gaan voeren. Dit wordt verder niet toegelicht – al is het volgende blokcitaat heel veelzeggend:
Daarnaast werden arbeidstijdverkorting en de herverdeling van de betaalde en onbetaalde arbeid over de seksen binnen de PvdA op de agenda gezet met de aanname van een congresresolutie over de vijf-urige arbeidsdag door het partijcongres in 1979. Twee jaar eerder werd een resolutie aangenomen dat 25 procent van de partijvertegenwoordigers vrouwelijk moest zijn. Minder geslaagd waren de pogingen om de harde en (vrouw)onvriendelijke partijcultuur te ‘feminiseren’.
Ergens is het sindsdien misgegaan tussen PvdA en emancipatie, want het volgende dat wij horen en dat nog steeds verkondigd wordt is dat “vrouwen moeten meedoen”. Waaraan – staat niet ter discussie. Hoezo “mee”?
Maar het resultaat van het afschaffen van het gezinsloon, het is wel duidelijk wie dit ten goede is gekomen.
De Rooie Vrouwen zijn dan ook sinds 1995 opgeheven.
Ik heb nogal wat eigen kanttekeningen te geven over het onderwerp en de periode maar zal dit niet hierin doen.
Dit is namelijk een aflevering in de serie de Rode Canon.
De geciteerde passages zijn van Anneke Ribberink.
Wat een vreemde suggestieve canon is dit, ook alle voorgaande delen. Een hoog achteraf terugkijkende betweterigheid. Een soort jaloezie bespeur ik.
@1 Hai Kaaskijker het valt me op dat jij je regelmatig schuldig maakt aan overtreding van huisregel G.
Ik ga er geen tijd aan besteden dus jij krijgt nu direct je allerlaatste waarschuwing. Bij de volgende overtreding van welke huisregel dan ook -> ban.