Het onpolitieke van de politiek in Nederland

220px-Max_Weber_1917Even een persoonlijke noot vooraf: ik ben afgestudeerd in de algemene politieke en sociale wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Dit maakt mij tot politicoloog, liever maak ik er iets van zoals de figuur boer Kneupma van Remco Campert het consequent verhaspelt. Polotolie en dergelijke. Maar ik ben bang dat deze relativering niet begrepen zal worden door wie Kneupma niet kent. Ik heb een heel eigen specialisme, zo eigen dat er op het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis nogal eens een mes ter hand genomen moet worden om mij bronnen te laten inzien. Deze eer, men begint al te lachen achter de balie als ik met zo’n document uit de laatste decennia van de negentiende eeuw aankom, stempelt mij voor mijn gevoel eigenlijk tot historicus. Als je een deel van de geschiedenis van de politieke theorie bestudeert, wat bestudeer je dan?

Een antwoord – ik denk niet dat er zoiets is als het antwoord – is dat het gaat om gedachten over hoe de macht vormgegeven zou moeten worden in een bepaald gebied – gemeente, provincie, staat, heel de wereld. Wat is macht? Enkele omschrijvingen, ontleend aan het handboek Modern political analysis van Robert A. Dahl: invloed is het vermogen het gedrag van anderen te bepalen. Macht is het vermogen deze invloed af te dwingen. Zeer eenvoudige omschrijvingen, zou ik zeggen, maar de laatste docent aan de faculteit waar ik afgestudeerd ben met wie ik contact onderhield, die ik ook als vriend beschouw, vroeg eens aan laatstejaars – het was uiteraard ruim na mijn afstuderen – of ze wisten wat “macht” was. Nee, dat hebben we niet gehad, mees. Het punt waarop mijn vriend de universiteit dan ook met walging de rug toekeerde. Als het kernbegrip van de politiek niet meer tot de elementaire kennis behoort van wie haar zogenaamd bestuderen, wat stelt zo’n vak dan nog voor? Het is de zoveelste variant van managementopleidingen, bestuurskunde, een specialisatierichting die door de meesten als rechtse hobby met de nek werd aangekeken in mijn studiedagen. D66-studie, zeg maar.

De enige kritisch theoreticus in Nederland die enigszins als “publieke intellectueel” beschouwd kan worden, Willem Schinkel, heeft rondweg gezegd en geschreven dat alle politieke partijen in Nederland op D66 willen lijken. Zoals Unilever ooit een stuk of tien, twaalf margarinemerken in de schappen hield, zo heeft D66 merken variërend van een goed-christelijke variant als de ChristenUnie tot en met de proletig-protofascistische PVV in het schap van de Tweede Kamer. Als het er op aankomt zijn ze allemaal voor privatisering van openbare voorzieningen en als hervorming aangeduide afbraak van opgebouwde sociale verworvenheden – of het nu de AOW is of het fenomeen algemeen bindende CAO. Slechts twee partijen vallen buiten deze consensus, de Staatkundig Gereformeerde Partij en de Partij voor de Dieren. Door constructieve oppositie te zijn bij het huidige kabinet heeft de SGP zich inmiddels ook aan D66 geconformeerd. De groene, overwegend vrouwelijke, diervriendelijke partij blijft als enig buitenbeentje over. De meeste mensen houden zich nu eenmaal aan de margarinemerken van D66, of ze keren zich af van wat “de politiek” heet. Terecht, omdat “de politiek” allang niet meer om verschillende mogelijkheden van vormgeving van de maatschappij gaat. Het ging in Nederland meestal al om tienden van procenten, nu is zelfs dat niet meer zo – het gaat er nu vooral om: wie scheldt er het netst of het onnetst op de “allochtoon” – een woord dat ik nog in “de politiek” geïntroduceerd heb zien worden. Toen ging het er om krakers en actievoerders v/m in de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt verdacht te maken: dat waren geen autochtone buurtbewoners. Menigeen moest een woordenboek ter hand nemen om te kijken waar dit over ging. Veertig jaar geleden.

Over wie de macht waartoe in handen heeft gaat het allang niet meer. Het gaat er om: levert een D66-er met PvdA-partijkaart of een D66-er met VVD- of CDA-partijkaart het onderwijs uit aan “het bedrijfsleven”… Bijvoorbeeld.

Ik zie dat Max Weber’s Politik als Beruf geheel online staat. Aangezien ik dat voor mijn studie niet heb hoeven lezen denk ik dat ik er alsnog aan ga beginnen.

Ik dank u voor uw aandacht en voor straks: smakelijk eten.

(Aangeboden naar aanleiding van Joint Politics, 18 december 2014, StadsFM Amsterdam, 18-20 uur)

1 gedachte over “Het onpolitieke van de politiek in Nederland”

  1. Pingback: Nederlands Links en Marx – een liefdesverhaal dat nog moet beginnen | Krapuul

Reacties zijn gesloten.