Die oude Dame in Parijs

Een complete facelift of alleen de make-up bijwerken?

Eigenlijk sta ik in complete dubio: aan de ene kant vind ik het een triest aangezicht dat de Notre Dame zo in de fik heeft gestaan, maar aan de andere kant vind ik het een inhumane schande dat ‘de gefortuneerde Fransen en andere zogenaamde kunstliefhebbers’ binnen een kleine 48 uur 1 miljard euro op tafel konden leggen. En dat voor een hoop stenen, dit zijn niet mijn woorden, maar uit een artikel van het AD.

Nu moet ik ook eerlijk toegeven dat ik in mijn schoolse periode kunstgeschiedenis heb gestudeerd en dat het zelfs op mijn afstudeerlijst stond en natuurlijk heb ik ook Parijs gezien en al die monumenten. Natuurlijk is het een deel van de Franse geschiedenis en zeker,  Parijs met de Notre Dame is goed voor de economie want er komen karrenvrachten vol met toeristen naar Parijs om een selfie te maken voor de Notre Dame, de Eiffeltoren, de Sacré Coeur en ga zo maar door. En om met geld te smijten.

Ik kan me nog een reis naar Parijs herinneren, net op het moment dat het Franse team wereldkampioen werd; geen straat was meer leeg die dagen en het was gezellig.

Maar ik kijk ook naar de andere kant: het is momenteel een hoop stenen geworden, wel een dure hoop, zo’n in de trant van 1 miljard aan stenen, maar toch blijft het een hoop stenen. En met dat miljard hadden mensen geholpen kunnen worden, te beginnen met de daklozen in Parijs zelf, de clochards, maar ook de asielzoekers die naar Europa komen en nog willen komen; tevens zouden groepen armen in de wereld geholpen kunnen worden en de Palestijnen die dag na dag hun land kleiner zien worden, worden neergeschoten, maar ook tegenwoordig middels aanvallen met vrachtwagens worden vermoord.

Als je dan nadenkt  over het waarom iemand zoveel geld op tafel legt om zo’n oude Dame weer een make-up beurt te geven, dan vallen je sokken er toch van uit. Natuurlijk is het belangrijk voor die zogenaamde kunstliefhebbers om hun naam op de imposante lijst terug te vinden van mensen die geholpen hebben bij de opknapbeurt van de Franse dame. Maar veel belangrijker is het fiscale voordeel voor de flappentellers: er schijnt een wet uit 2003 te zijn, de Ailon-wet die de financiering van cultuur zou moeten aanmoedigen, die schenkende ondernemingen toelaat om 60 procent van de gift fiscaal weer terug te kunnen krijgen (in feite aftrekbaar voor de belasting); waarbij het AD er aan toevoegde:  “ … Lees: de rekening wordt alsnog aan de belastingbetaler gepresenteerd … “

Dus met andere woorden: de rijke flappentellende kunstliefhebber denkt aan zichzelf en zijn vermogen, doet een gift die aftrekbaar is, waardoor een groot gedeelte weer terugvloeit naar de schenker en waardoor in feite de gewone belastingbetaler gewoon weer gepakt wordt en zelf de rekening mag betalen.

Al bij al, had ik toch liever gezien dat de hoop stenen wat goedkoper was geweest en dat er een nieuwe, moderne en goedkopere, misschien wel simpelere Notre Dame was teruggekomen en dat het humane gezicht van de flappentellers duidelijker naar voren was gekomen.