De commentaren op de overwinning van Macron en Le Pen zijn haast unaniem: dit is een ‘breuk met de gevestigde politiek’. Maar dat is niet zo.
Vooral Macron wordt aanzien als de grote vernieuwer die de politiek van buitenaf zal veranderen en die afrekent met het traditionele onderscheid tussen links en rechts. Het is een beeld dat slechts weinig overeenkomsten heeft met de realiteit. Macron is bij uitstek het product van de Franse instellingen en de elites die haar bevolken.
Macron studeerde af aan de prestigieuze Ecole Nationale de l’Administration en begon daarna een carrière als topambtenaar bij de inspectie van financiën. Dat is de de dienst die zich bezighoudt met het uitwerken van de Franse begroting en die de jaarrekeningen opstelt. Wonderboy Macron werd opgepikt door de regering Sarkozy en werd rapporteur van de commissie-Attali die zich boog over de liberalisering van de Franse economie. Via die commissie ontmoette hij de ceo van Nestlé. Dat contact legde hem geen windeieren. Toen hij bij de bank Rothschild ging werken, overzag hij daar de aankoop van een filiaal van Pfizer door Nestlé. Dankzij die deal werd Macron zelf miljonair. In 2012 komt hij in het kabinet terecht van Hollande. Later werd hij ook even minister van Economie in de regering-Valls. Kortom, je kan veel zeggen over Macron, maar niet dat het een outsider is.
Ook Le Pen kan je moeilijk als een buitenstaander beschouwen in de Franse politiek. De partij kent reeds decennialang een gestage opgang en heeft bij de eerste ronde zichzelf opnieuw overtroffen. Hoewel het Front National tot nu toe nooit mee regeerde, heeft het wel een racistisch, nationalistisch en reactionair vertoog ingang laten vinden in de mainstream. De grootste overwinning van Marine Le Pen is dat ze het fascisme van haar vader handiger verpakt heeft en zo beter kon verkopen.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be
Pingback: De verhouding van Franse presidentskandidaten tot het trilemma van Dani Rodrik | Krapuul