Blijf met je poten van het woord patriot af, Wilders

Het werd niet goed uit de doeken gedaan bij het schoolse geschiedenisonderwijs. Misschien had mijn nogal katholieke leraar er ook helemaal geen zin in. De investituurstrijd kwam uitgebreid aan de orde, dat was in lagere klassen. Maar dat Nederland – avant la lettre dan, de Republiek – in een toestand van burgeroorlog verkeerde in de laatste jaren van de achttiende eeuw begreep ik pas toen ik geschiedenis op universitair niveau kreeg. En misschien is het ook een pijnlijk onderwerp in een land waar de kleur oranje zo geliefd is. Het verband met het prinsdom Orange dat het het langst heeft volgehouden tegen de Franse eenheidsstaat wordt ook al niet uitgelegd. Wie was daar de prins? Blijkbaar niet een van al die Willemen.

In 1787 liep de strijd tussen democratisch gezinden (naar de normen van toen, nietwaar) en prinsgezinden zo hoog op dat stadhouder Willem V Den Haag ontvluchtte. Zijn echtgenote wilde zijn positie in Den Haag herstellen, maar werd op weg daarheen aangehouden door de democraten – het verhaal wil dat dit bij Goejanverwellesluis plaatsvond, het was eigenlijk bij het nog nietiger Bonrepas in de Krimpenerwaard (de afbeelding). Wilhelmina, zuster van de koning van Pruisen, werd wel netjes vastgehouden (gevangengehouden dus) in Goejanverwellesluis.

Pijnlijk in de geschiedenis van het Oranjehuis: Wilhelmina riep de hulp in van haar broer, die vervolgens de Republiek liet bezetten door een grote legermacht en Willem V werd in zijn aanvechtbare macht hersteld.
Het was vervolgens een Franse bezettingsmacht die alsnog de moderne aanhangers van de beginselen van de Amerikaanse en de Franse revolutie aan de macht hielpen – Willem vluchtte naar Engeland. Ja, de geschiedenis herhaalt zich nog wel eens, en niet altijd als komedie.

In 1795 werd de Bataafse Republiek uitgeroepen. De Patriotten – zo heetten die “democratisch” gezinden – stelden burgerrechten in, en het aardige daarvan was dat die ook golden voor katholieken, andere protestanten, joden en immigranten (vaak uit Duitse gewesten en dan ook nog vaak katholiek, en natuurlijk Fransen). Patriotten die opkwamen voor immigranten, daar wil ik u even hebben.

In feite was de strijd tussen Patriotten en Prinsgezinden een episode in de wording van de moderne staat “Nederland”, die pas in 1839 – bij het opgeven van de eenheid met de Zuidelijke Nederlanden, al negen jaar België geheten intussen – zijn beslag kreeg, en in 1848 voltooid werd met de grondwet van Thorbecke. Dat is laat voor een Europees land, al kwamen Italië en Duitsland nog later. Wat inmiddels Nederland heette werd weerhouden door de remmende voorsprong van de opzegging van de koning van Hispaniën.

Het is niet de eerste keer dat zich noemende patriotten steun vanuit het buitenland moesten krijgen – in 1795 was dat Frankrijk. Dezer dagen noemt Wilders zich patriot, en hij is blij met het gezelschap dat hem in deze prent wordt toegemeten. Hij kan al helemaal blij zijn dat hij met een lach wordt getekend want dat eeuwig verzuurde smoelwerk zal er niet bij gepast hebben. We weten dat in Rusland op 23 november 2023 bekend werd gemaakt dat Poetin de verkiezingen in Nederland had gewonnen. En dat Wilders gesponsord wordt door een of andere miljardair in de VS. Zo gaat dat met patriotten.

Maar de ware, historische Patriotten waren voor burgerrechten voor religieuze minderheden (waren katholieken trouwens een “minderheid”? dat is nog maar de vraag – minderheid in de zin van verdrukt zijn, ten hoogste). En voor de burgerrechten van immigranten. Het Zuivere Nederlanderschap moest nog uitgevonden worden, en – ik verklap niets bijzonders – daar was ook buitenland behulpzaam bij.

Blijf met je poten van het woord “patriot” af, Wilders.

– Uitgelichte afbeelding: Door ErikHonig – Eigen werk, CC BY-SA 3.0 nl, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=21752469