In een essay geschreven kort voor zijn onverwacht overlijden, 59 jaar oud, argumenteerde David Graeber dat we na de pandemie niet mogen overgaan tot een realiteit waar de manier waarop onze maatschappij wordt georganiseerd als zinvol en redelijk wordt aanzien, om terug elke gril van een klein handvol rijke mensen te dienen, die ons, de overgrote meerderheid, vernederen.
Op een bepaald ogenblik binnen enkele maanden zal deze crisis voorbij worden verklaard en zullen we kunnen terugkeren naar onze ‘niet-essentiële’ jobs. Voor velen zal dit aanvoelen als ontwaken uit een droom.
De media en de politieke klassen zullen ons zeker aanmoedigen om zo te denken.
Dit is immers wat gebeurde na de financiële crash van 2008. Er was toen heel even een moment van invraagstelling (Wat zijn ‘financiën’ eigenlijk? Is dat niet gewoon andermans schulden? Wat is ‘geld’? Is dat ook alleen maar ‘schuld’? Is schuld niet gewoon een belofte? Als geld en schuld slechts een verzameling beloften zijn die we elkaar maken, kunnen we dan niet even gemakkelijk andere (beloften) maken?).
Dat venster werd echter bijna onmiddellijk dichtgegooid door zij die er op aandrongen dat we onze mond zouden houden, dat we zouden ophouden na te denken en terug naar het werk gaan, of minstens te beginnen met zoeken naar werk?
De vorige keer vielen de meesten onder ons er voor. Ditmaal is het kritisch dat we dat niet doen.
Omdat in werkelijkheid de crisis die we juist hebben ervaren het ontwaken uit een droom was. Deze crisis was een confrontatie met de feitelijke werkelijkheid van het menselijk leven.
Die werkelijkheid is dat wij een verzameling broze wezens zijn die zorg voor elkaar dragen. De werkelijkheid is dat zij die het leeuwendeel van het zorgwerk doen dat ons in leven houdt overbelast worden, onderbetaald en dagelijks vernederd. De werkelijkheid is dat een deel van de bevolking niets anders doet dan ons een rad van fantasieën voor de ogen draaien, ons de huur doet betalen en die meestal in de weg lopen van zij die dingen herstellen, maken, bewegen en vervoeren, of van zij die de noden van andere levende wezens verzorgen.
Het is imperatief dat we niet terugglijden in een realiteit waar dit allemaal op een onverklaarbare manier zin zou hebben, zoals zinloze dingen dat zo vaak doen in onze dromen.
Wat denk je hiervan?
Waarom stoppen we er niet mee om het normaal te vinden dat hoe meer een mens werk verricht dat goed is voor anderen, hoe minder hij/zij er waarschijnlijk voor betaald wordt.
Of waarom stoppen we er niet mee te aanvaarden dat financiële markten de beste manier zouden zijn voor directe langetermijninvesteringen, ook al brengen die ons er toe het merendeel van alle leven op aarde te verwoesten.
- door David Graeber, vertaald door De Wereld Morgen Vertaaldesk. Foto: DG in Maagdenhuis, CC