De vleesmolen draait, en draait steeds sneller. Steeds grotere aantallen mensen worden aan het coronavirus blootgesteld, raken besmet, worden ziek, belanden in ziekenhuis en soms alweer op de IC. Vrijwel dagelijks overlijden er mensen aan de bijbehorende ziekte. Verreweg de meeste mensen overleven. Maar daaronder zijn er nogal wat die heel lang met hele nare symptomen blijven rondlopen.
Dit gebeurt allemaal als gevolg van doelbewust beleid waarin nadrukkelijk niet het tegengaan van ziekte en dood, maar voornamelijk het overeind houden van de zorgcapaciteit, het doel is. Anders gezegd; we mogen ziek worden, in ziekenhuis en zelfs op IC terechtkomen. Of we dat overleven of niet, maakt beleidsmatig vrij weinig uit. Zolang we de capaciteit maar niet overbelasten, zolang we maar niet allemaal tegelijk in ziekenhuisbedden en op IC’s komen te liggen. Of ook de overbelasting van uitvaartcentra, begraafplaatsen en crematoria een rol speelt weet ik niet. Betreffende sectoren zijn niet in het Outbreak Management Team vertegenwoordigd voor zover ik weet, maar wellicht komt dat nog.
Hoe hard het gaat, bleek 16 september wederom.(1) Op die dag werden 1542 nieuwe besmettingen gemeld, en dat waren er niet eerder zoveel sinds het testbeleid is uitgebreid tot iedereen met symptomen die zich meldt voor een test. De al weken oplopende besmettingscijfers vertalen zich nu ook in meer ziekenhuisopnames en meer mensen op de intensive care, de IC: ‘Het aantal opgenomen coronapatiënten is in de afgelopen uur met 5 gestegen naar 245’. Daarvan liggen er 54 op de IC. Verontrustende mededeling van voorzitter Ernst Kuiper, van het Landelijk Netwerk Acute Zorg: ‘In een enkele regio is de regionale spreiding thans weer hervat om de reguliere zorg te garanderen.’ Vertaling: hier en daar begint het alweer te knellen in de intensive care. Ze verkassen immers niet voor niets patiënten van het ene ziekenhuis naar het andere.
Kabinet en gezondheidsinstanties reageerden tot nu toe luchthartig nonchalant, op het onverschillige af. Misschien schrikken ze nu even, nu België en Duitsland allebei Noord-Holland en Zuid-Holland als risicogebieden hebben aangemerkt wegens het hoge aantal besmettingen in die provincies.(2) Misschien volgt er nu een beginnetje van halfslachtig op de rem trappen. Want als Nederland met steeds meer dichte grenzen van buurlanden te maken krijgt, gaan grote ondernemers piepen over verlies van omzet, klanten, toeleveranciers et cetera. En deze ondernemers hebben een vrij kort lijntje naar het kabinet. Dat kabinet redt misschien niet zo graag mensenlevens, maar als het gaat om het redden van bedrijfswinsten klinkt het ‘At Your Service!’ al rap.
Maar zelfs al komen er snel Maatregelen, dan nog zullen die de economie zo veel mogelijk met rust laten. Want ook met wat kleinere ondernemers, de horeca voorop, heeft Rutte niet graag ruzie. Die ondernemers zijn immers zijn supporters, zoals de topondernemers zijn hoofdsponsors zijn. Zo is in het gezwabber tussen een beetje lockdown en een beetje minder lockdown tegelijk een getouwtrek tussen verschillende ondernemersbelangen voelbaar.
Overigens vinden ondernemers elkaar dan weer in hun voorkeur voor lage belastingen en bezuinigingsbeleid. Daarmee is de zorg al decennia lang afgeknepen. Dat heeft in 2020 dodelijke, maar daarmee niet minder voorspelbare gevolgen. Mede daardoor zijn GGD’s zo tot karigheid veroordeeld dat het vermoeide en vaak gedemoraliseerde personeel het ook niet goed kan helpen dat het testbeleid zo’n haperende bende is geworden. Hoe dan ook, met een principiële inzet voor jouw en mijn gezondheid hebben de ondernemersprioriteiten nauwelijks te maken, ook niet als er soms maatregelen worden getroffen waar die gezondheid een beetje bij gebaat zou zijn.
Maar zelfs zulke maatregelen zijn er nog niet. Tot nu toe is het in gevestigd gezondheidsland vooral valse geruststelling wat de klok slaat. Aura Timen bijvoorbeeld, van het Centrum Landelijke Coördinatie Infectieziekten. Zij signaleerde dat het aantal zeventigplussers dat besmet raakt inmiddels ook fors stijgt. ‘Volgens Timen is er nu nog geen sprake van een probleem, maar moet de situatie goed in de gaten gehouden worden.’(2)
Waarom is het in toenemende aantallen ziek worden van oudere en dus extra kwetsbare mensen ‘geen probleem’? Dat vertelt ze er niet bij. Ben ik erg wantrouwig als ik stel dat ook voor haar besmettingen pas ‘een probleem’ worden als er een capaciteitsprobleem ontstaat? Of als het te veel opvalt, bijvoorbeeld als er weer besmettingsgolven door verpleeginstellingen gaan? Timen ‘noemt de situatie in verpleeghuizen nog “relatief rustig”. Slechts een deel van de onlangs besmette zeventigplussers zou in een verpleeghuis wonen’. Moet dat geruststelling verbeelden? Is het rustgevend als mensen niet in een verpleeghuis ziek worden, maar ‘gewoon’ thuis? In ieder geval ‘belasten’ die mensen de zorg dan minder.
Marc Bonten, microbioloog, overtreft deze houding qua cynisme echter ruimschoots. Hij trekt het nut van grootschalig testen maar weer eens even in twijfel. ‘Er ontstaat zoiets als: meer testen is altijd beter. Dat is niet zo. Plat gezegd: als het virus rondgaat onder 20-jarigen, is er eigenlijk niet veel aan de hand.’(3) Duivels kwaadaardige opmerking.
Testen heb je immers nodig om te weten of en waar het virus zich verbreidt, zodat je die verbreiding met kennis van zaken tegen kunt gaan. Als het nu vooral rondwaart onder twintigers, dan weet je dat… omdat je hebt getest. Veel ernstiger is echter het idee dat het niet zo erg is als het virus louter onder die jongeren verspreid wordt.
In de eerste plaats is het een kwestie van tijd voordat het van die jongeren overspringt naar iets oudere vriendinnen, vrienden, collega’s, naar ouders, naar docenten, naar mensen in oudere generaties dus. Dat voorkom je als je verspreiding onder twintigers wel serieus neemt, dat faciliteer je als je verspreiding onder jongeren wegwuift als ‘niet veel aan de hand’. Bonten wuift de ernst weg, en bevordert daarmee een houding die de verspreiding faciliteert. Zo maakt hij zich medeplichtig aan het ziek worden van mensen.
In de tweede plaats is inmiddels overvloedig duidelijk geworden hoe akelig ziek ook jonge en voorafgaand aan de besmetting kerngezonde, mensen van COVID-19 kunnen worden, en hoe lang dat vaak doorzeurt. Een voorbeeld. ‘Volgens onderzoekers van de universiteiten Maastricht en Hasselt (in België) is er alle reden om uit te gaan van een ‘post COVID-19 syndroom’.(3) Het onderzoek telde 2113 deelnemers. Gemiddelde leeftijd 47, gezond voordat ze corona kregen, overwegend zogeheten ‘mild corona’, dus niet de echt zware gevallen. Slechts vijf procent van de onderzochte groep belandde wegens corona in het ziekenhuis.
En hoe verging het deze relatief jonge, gezonde mensen die slechts licht corona hadden? ‘ Meer dan de helft van de 2113 deelnemers heeft 80 dagen na de eerste symptomen nog zes ernstige klachten. Met name vermoeidheid en ernstige benauwdheid worden veel genoemd. Slechts 0,7 procent is klachtenvrij.’ Tachtig dagen na besmetting, en nog steeds ziek. Tachtig dagen, dat zijn twee maanden en zowat drie weken. Griepje, iemand?
Nee, ‘niet veel aan de hand’, aldus Marc Bonten. Nee, ‘geen probleem’, aldus Aura Timen. Deze mensen zijn niet bezig met het redden van levens en het voorkomen van besmettingen. Deze mensen zijn bezig met het overeind houden van capaciteit, van het vermogen de vleesmolen in goede banen te leiden zodat de boel niet verstopt raakt. Deze mensen bekleden dus topfuncties in een gezondheidssysteem dat precies diezelfde onmenselijke logica tot norm heeft verheven. Deze mensen geven premier Rutte en minister van volksgezondheid Hugo de Jonge het verkooppraatje om zo min mogelijk te doen om de virusverspreiding zelfs maar af te remmen. Deze mensen zijn dus medeplichtig aan het dodelijke beleid dat Rutte en De Jonge onverdroten blijven uitstralen en uitvoeren. Want er is immers nog altijd ‘geen probleem’.
En wij hebben deze mensen – deze als medici vermomde kwakzalvende managers, deze als verantwoordelijke politici uitgedoste criminelen – nog steeds niet uit hun kantoren verjaagd zodat anderen – mensen die wel mensenlevens willen redden tot iedere prijs – kunnen doen wat eindelijk eens gedaan moet worden: de pandemie stoppen. Wij laten deze regering – dit slechte cabaretgezelschap gespecialiseerd in macabere grappen, aangevoerd door de directeur van de plaatselijke winkeliersvereniging – haar kwalijke gang gaan. Wanneer zetten we deze vleesmolen en bijbehoren stil en sturen we de directie de laan uit? Waar blijven de hooivorken?
Noten:
1 ‘Nieuw dagrecord: 1.542 mensen positief getest op coronavirus’, Nu.nl, 16 september 2020
2 ‘België en Duitsland geven code rood voor Noord- en Zuid-Holland af’, NOS, 16 september 2020
Ook verschenen bij: PeterStormt