Tunesië heeft voor een periode van 30 dagen de noodtoestand uitgeroepen nadat gisteren bij een bomaanslag op een bus 12 mensen om het leven kwamen. De aanslag was gericht tegen leden van de presidentiële wacht, een elite-eenheid die tot taak heeft de president te beschermen. Tot nu toe heeft niemand de aanslag opgeëist.
Tunesië wordt gezien als het enige succesverhaal dat de Arabische Lente heeft opgeleverd, maar het land heeft het afgelopen jaar zwaar te lijden gehad onder terroristische aanslagen. Eerder dit jaar kwamen bij aanslagen die specifiek gericht waren tegen de toeristenindustrie 60 mensen om het leven. Voor Tunesië vormt de toeristenindustrie een belangrijke bron van inkomsten.
Blijkbaar hadden de Tunesische autoriteiten aanwijzingen dat er “iets” op komst was: de afgelopen dagen was er meer politie te zien op straat te en het veiligheidsapparaat was in een verhoogde staat van paraatheid gebracht. Eerder deze maand ontmantelde de politie een terroristische cel die volgens Tunesische autoriteiten aanslagen op hotels en politiebureaus in de stad Soussa – een belangrijke toeristische trekpleister – gepland had.
De invloedrijke islamistische partij van Tunesië, Ḥizb en-Nahda, veroordeelde de aanslagen en riep de Tunesiërs op de politie te steunen in haar klopjacht op de daders. De partij verklaarde dat Tunesië het doelwit van terroristische aanslagen is “omdat het een democratie en een voorbeeld van de gematigde islam” is.
Bron: Ekurd Daily
