De affaire-Lucassen maakt twee dingen duidelijk. Wilders verliest door de snelle groei de greep op zijn kader. Hier keert zich de geslotenheid van de PVV, die haar moest behoeden voor LPF-achtige toestanden, op pijnlijke wijze tegen de club. In een partij met een open en democratisch karakter was Lucassen vermoedelijk niet zo ver gekomen. Veel ernstiger is de gevolgtrekking dat de PVV door haar program en optreden klaarblijkelijk zulke figuren aantrekt. Lucassen is niet het eerste PVV-Kamerlid dat in verband wordt gebracht met gewelddadig gedrag op straat. Dat is een aspect waaraan de VVD en het CDA als coalitiepartners niet klakkeloos voorbij kunnen gaan, laat staan zonder plaatsvervangende schaamte.
Een veilig Nederland zonder straatterreur, zei Wilders. Het zal niet waargemaakt worden.
Als je kwajongens van acht afschildert als ‘straatterroristen’ moet je niet gek opkijken wanneer zij én hun omgeving zich daarnaar gaan gedragen. PVV met haar polariserende praatjes is wel de allerlaatste om welke vorm van onacceptabel gedrag dan ook op te lossen.
Precies!