De SP is in de peilingen tot een recordhoogte gestegen, waardoor regeringsdeelname dichterbij lijkt dan ooit. Van PVV tot GroenLinks wordt er gewaarschuwd voor het ‘rode gevaar’ van de partij van Roemer. Maar een eventuele deelname aan een kabinet vormt vooral een gevaar voor de SP zelf.
Door Max van Lingen
De winst van de SP in de peilingen is opvallend. Er wordt gesproken van het ‘succes van Roemer’. Deze zou door middel van zijn charisma en populistische uitspraken in staat zijn geweest om een gedeelte van de PVV-achterban aan zich te binden. Uit verschillende onderzoeken blijkt echter dat de winst van de SP vooral komt van de andere linkse partijen.
Doordat de SP zich als enige profileert tegen de bezuinigingen, vormt de partij voor een groeiend aantal kiezers een alternatief voor de rechtse partijen en het ‘sociaal-liberalisme’ van de kwakkelende PvdA en GroenLinks. Mensen die een sociaal beleid willen, denken dit met een stem op de SP te krijgen. De partijleiding propageert dat dit alleen te bereiken is door mee te regeren.
In eerste instantie lijkt dat een vanzelfsprekend idee. We leven toch in een ‘parlementaire democratie’ en politieke invloed krijg je toch door zoveel mogelijk zetels te verwerven? Natuurlijk is dat niet het hele verhaal. Want waarom breken partijen hun verkiezingsbeloften zodra ze regeren? En waarom zijn alle linkse partijen op weg naar het pluche al zo naar rechts geschoven? De vraag hoe socialisten het beste met regeringsdeelname kunnen omgaan kan niet worden beantwoord zonder deze beperkingen naar boven te halen.
Oppositie
In de aanloop naar de verkiezingen van 2006 gaf Jan Marijnissen al regelmatig aan dat de SP ‘klaar was om te regeren’. Mede vanwege de zichtbare rol die de partij had gespeeld in de oppositie tegen de oorlogen in Irak en Afghanistan en tegen de Europese Grondwet werd een grote verkiezingsoverwinning geboekt. Maar al gauw werd duidelijk dat de PvdA en het CDA niet met de SP wilden regeren, en de SP kwam buiten de formatie te staan. Geleidelijk viel de partij terug in zetels.
Een van de conclusies van de SP-leiding was dat de afstand tussen de SP en de andere partijen te groot was om ooit in aanmerking te kunnen komen voor regeringsdeelname. De scherpe kantjes moesten er dus vanaf. Het zwaartepunt van het partijwerk verplaatste zich meer van de straat naar het parlement. Dit werd gecombineerd met het afzwakken van verschillende standpunten. De NAVO en het koningshuis werden geaccepteerd nadat eerder al het kapitalisme als hoofdvijand was vervangen door het neoliberalisme.
Inmiddels nam de SP op gemeentelijk en provinciaal niveau ook bestuursverantwoordelijkheid op zich. Zelfs de samenwerking met de uitgesproken neoliberale VVD werd hierbij niet geschuwd. Hans Wiegel, VVD-coryfee en architect van de Brabantse coalitie tussen SP, VVD en CDA, noemde de SP dan ook een ‘echte bestuurderspartij’. Roemer verkondigde onlangs samenwerking met Rutte niet te willen uitsluiten.
Deze voorbeelden vloeien voort uit de parlementaire ‘logica’ zelf en zijn slechts een voorbode van de concessies die de SP zal moeten doen om voor regeringsdeelname in aanmerking te komen. Door mee te regeren zal de SP verantwoordelijk gemaakt worden voor bezuinigingen, zoals de PvdA dat al zo vaak heeft laten gebeuren. Deze dynamiek zal vooral de SP zelf veranderen.
Rifondazione
Dat gebeurde ook met de linkse Partito della Rifondazione Comunista, die in Italië een belangrijke rol speelde tegenover de rechtse en centrumlinkse partijen, als alternatief voor het vrijemarktfundamentalisme. Onder invloed van de opkomst van de andersglobaliseringsbeweging in 2000 weigerde de partij voor de verkiezingen deel te worden van een alliantie met de centrum-linkse partijen.
In plaats daarvan richtte Rifondazione zich op het bouwen van verschillende bewegingen. Ze speelde een sleutelrol bij het organiseren van de protesten tijdens de G8 in Genua (2001), het Europees Sociaal Forum in Florence (2002) en van protesten tegen de oorlog in Irak (2003). Hierdoor ontstond een sterke wisselwerking tussen de partij en de beweging, waardoor beide sterker werden. Rifondazione groeide en was bezig de hegemonie van gevestigd links te doorbreken.
Maar vanaf 2004 sprak partijvoorzitter Fausto Bertinotti van een ‘dringende noodzaak om Berlusconi te verslaan’. Daarbij kwam de inschatting dat juist regeringsdeelname Rifondazione in staat zou stellen de regering naar links te trekken. In 2006 behaalde de partij, als gevolg van hun goede werk in de bewegingen, nog een forse verkiezingsoverwinning.
Eenmaal toegetreden tot de regering-Prodi bleek echter al snel dat Rifondazione nauwelijks linkse invloed uitoefende. Het was juist Rifondazione dat meegetrokken werd naar rechts. Privatiseringen werden voortgezet en Prodi deed, met steun van Rifondazione, concessie na concessie aan de bedrijven en de rijken. Tegen de verkiezingsbeloftes in werden Italiaanse troepen niet versneld teruggetrokken uit Irak. In plaats daarvan stemden de parlementariërs van Rifondazione zelfs mee voor het sturen van troepen naar Afghanistan.
De steun voor de regering onder de bevolking daalde hierdoor in sneltreinvaart. Bij gebrek aan een links alternatief stemden de ontevreden Italianen tijdens de verkiezingen in 2008 massaal op Berlusconi. Door deel te nemen aan de regering had Rifondazione zichzelf buitenspel gezet – bij de verkiezingen verloor de partij zelfs alle zetels in het parlement.
Kaders
Dit zijn ook wezenlijke lessen voor andere landen. Het idee dat partijen om veranderingen te bewerkstelligen onderdeel moeten worden van de regering gaat voorbij aan de beperkingen van die macht. Binnen de gegeven kapitalistische kaders zijn het de grote bedrijven, de multinationals en de financiële sector die het beleid bepalen – kijk alleen al naar de manier waarop onlangs in Italië en Griekenland van bovenaf premiers door technocraten zijn vervangen, zonder enige democratische stem van bevolking of parlement.
De echte gevechten om beleid te veranderen vinden plaats buiten het parlement. Partijen zoals Rifondazione en de SP hebben hun grootste successen ook te danken aan de rol die ze hebben gespeeld binnen bewegingen die dergelijke gevechten aangingen.
Op kleiner niveau is zo’n strategie nu beter te zien in de Griekse antikapitalistische formatie Antarsya. Deze partij combineert het creëren van een alternatief voor rechts en gevestigd links met het opbouwen van bewegingen op straat en in fabrieken en bedrijven. De partij doet mee aan verkiezingen, maar gebruikt die niet voor het fabriceren van illusies in veranderingen door middel van regeringsdeelname. In plaats daarvan gebruikt Antarsya haar zetels in de Atheense gemeenteraad als een megafoon voor de campagnes tegen de bikkelharde bezuinigingsmaatregelen en voor fundamentele transformatie van de maatschappij.
Het is een alternatieve strategie die, in de woorden van de oude SP, ‘de actie voor de fractie’ plaatst. Het is via die route dat links zich tot een werkelijke politieke factor voor verandering kan ontpoppen.
Dit artikel is eerder verschenen op de website van socialisme.nu
Dit is heel wys stukje. Ooit zei Domela Nieuwenhuis: parlement betekent parler = praten en mentir = liegen.
Over de sociall democratie van de laatste honderd jaar is by het fort van Sjakoo een boek te koop.
Het heet heel toepasselijk ” Een eeuw van desillusies”
Wanneer PVV en SP samen zouden regeren wordt het lachen.
Talloze linkse en rechtse doctorandussen verliezen hun baantjes.
Natuurlijk vermelden de partyen niet dat de multinationals heel heel veel macht hebben. nietwaar meneer KOK.
Natuurlijk geven politieke partyen niet graag toe dat Brussel bestaat, dat er een wereld economie is.
Goed stukje dus
Leve De Groenen en de Anarchisten
‘De echte gevechten om beleid te veranderen vinden plaats buiten het parlement.’ Dat is typisch de SP, een volksbeweging die vooral het volk in beweging wilt houden. Het ziet er mooi uit al die drommen mensen alleen de resultaten van al die georganiseerde demonstraties vallen mij tegen. Met de revolutie-verheerlijking in bovenstaande stuk kan ik daarom niet zoveel. Nog geen ministers is ten wankel gebracht, geen besluit teruggedraaid, geen beter alternatief door het kabinet overgenomen.
Zodra de SP in een regering zit, zal de SP moeten prijsgeven dat ze zelf ook wel weten dat pensioenleeftijd 65=65 niet vol te houden is wanneer ook de belastingen omhoog moeten om hun type van socialisme hoog te houden. Minder werkenden moet meer belasting afdragen. Het kan gewoon niet, dus SP’ers houdt een mogelijke tegenvaller in het achterhoofd.
Ook het SP anti-Brussel sentiment zal een deuk krijgen. Nederland verdiend voor een groot deel van zijn welvaart met transport. Nederland is ook de grootste investeerder in Polen. We zijn de grootste profiteurs van het Schengen-verdrag dus afscherming van de arbeidsmarkt zal daarom na verloop van tijd nadelig uitpakken. Protesteren tegen al die “regeltjes uit Brussel” is een schertsvertoning want wij Nederlanders er zijn zelf als de kippen bij als blijkt dat ergens een misstand is (besteedde subsidies, arbo, milieu, prijsmanipulatie, kartelvorming) in een bedrijf. Meteen roepen we (en TK volksvertegenwoordigers) om het hardst om de gevonden maas in het net te dichten. Opdat het nooit weder gebeurd. Wij houden zelf van regels, niet alleen Brussel. Om eerlijkheid en solidariteit in stand te houden zijn er nou eenmaal regels nodig.
Om de instroom van buitenlandse arbeidskrachten te minderen zullen SP en PvdA zullen daarom nog meer dan nu Nederlandse arbeidskrachten moeten activeren toch die minder betaalde banen op te pakken. Ook mensen die het eigenlijk niet willen. Ontslagrecht versoepeling is een No Go. Dat is mijn grootste ergernis aan dit rechtse kabinet. Is een roulatiesysteem van arbeidskrachten tussen verschillende bedrijven in een specifieke sector de oplossing om toch aan het werk te blijven? Dat is pas flexibiliteit. De ‘flexibiliteit’ op de hardwerkende seizoensarbeiders uit Polen afschuiven is dat zeker niet.
Voor de pluriformiteit wil ik ook even dit PVV-achtige incident meegeven:
http://www.parool.nl/parool/nl/4048/AMSTERDAM-ZUIDOOST/article/detail/3181567/2012/02/15/Camera-toont-hoe-SP-leider-Zuidoost-vocht-en-sloeg.dhtml
http://www.at5.nl/artikelen/77561/liegend-sp-lid-geeft-zetel-niet-op
@2
²
#2 Om de instroom van buitenlandse arbeidskrachten te minderen zullen SP en PvdA zullen daarom nog meer dan nu Nederlandse arbeidskrachten moeten activeren toch die minder betaalde banen op te pakken. Ook mensen die het eigenlijk niet willen. Ontslagrecht versoepeling is een No Go. Dat is mijn grootste ergernis aan dit rechtse kabinet. Is een roulatiesysteem van arbeidskrachten tussen verschillende bedrijven in een specifieke sector de oplossing om toch aan het werk te blijven? Dat is pas flexibiliteit. De ‘flexibiliteit’ op de hardwerkende seizoensarbeiders uit Polen afschuiven is dat zeker niet.
Alleen al om dit stukje tekst verdenk ik u van 5e colonne activiteiten voor rechts Nederland. Nederlandse arbeidskrachten, werknemers dus, zijn op het gebied van arbeidsethos actief genoeg. Er horen in dit land geen “minder betaalde banen”te zijn! Iedere werknemer in dit land behoort voor zijn/haar arbeid een dusdanig salaris te ontvangen dat daar een normaal bestaan van geleefd kan worden! Zullen we ontslagrecht versoepeling eens van toepassing verklaren voor graaiende en grabbelende bestuurders? Criminele 2e kamerleden? Zo ken ik nog hele volksstammen met een meer dan modale inkomstenbron, salaris wil ik het niet noemen daar moet je voor gewerkt hebben, waar het regelrecht de laan uitschoppen een gezonde uitwerking zal hebben op de arbeidsmoraal van dit soort gepeupel! Wat u flexibiliteit van hardwerkende seizoenarbeiders uit Polen noemt noem ik, als socialist, uitbuiting en onderbetaling door Nederlandse werkgevers! Wat dat betrefdt verdienen dit kabinet, de aanhangers van dit kabinet, en Nederlandse werkgevers een ongelooflijke schop onder hun hol. En dan heb nog niet eens de verzameling bruine holmaatjes van Rutte tersprake gebracht!
@4 Doe eens duidelijker quoten in het vervolg aub.
En #1, typ eens een `ij’ i.p.v. `y’ , `k wil niet muggenziften, heb het al eerder gezegd, dat `y’ , maar ben allergisch voor dat soort spelling. Een ander moet het ook ook lezen, het peil moet ook nederlandstechnisch een beetje deugen, willen we kijkers blijven trekken. Bij voorbaat dank! 🙂
#7 “y” in plaats van het exotische “ij”: Eén van de vernieuwingen die de grote schrijver Multatuli ooit heeft willen invoeren in de Nederlandse taal. My stoort het dus niet. 🙂
Ik moet er niet aan denken dat een mynheer de Lyder straks vryheid belydt voor zijn heerschappy ten behoeve van een blye maatschapppy.
Mij stoort het wel. Maar dit is maar om aan te geven dat ik lang niet altijd protesteer wanneer iets mij stoort.
Don’t worrij, be happij. Het kan nog veel erger: ik heb een keer een mailtje gehad van iemand die de letters i, j, ij en y vervangen had door een ÿ (met als verklaring dat dat internetcafé daar in Turkije een “raar toetsenbord” had, maar volgens mij kent het Turks de i en de j gewoon). Dat zÿet er nÿet uÿt.
@Huib: Hoezo vernieuwing, de 25e letter van ons alfabet was toch oorspronkelijk de y?
Maar, om weer meer on-topic te komen, Er zijn uiteraard altijd allerlei goede redenen voor socialisten om niet aan de regering, of aan het provinciebestuur, of aan het gemeentebestuur, of, zelfs, aan de verkiezingen daarvoor te willen deelnemen. Het is een kwestie van afwegen. Elk nadeel heb z’n voordeel. En omgekeerd.
#4
1. Ik wil aangeven dat ik met ‘minder betalend beroep’ op geen enkele wijze uitbuiting of onderbetaald werk bedoel.
2. Eveneens met ‘flexibiliteit’, Polen voor slecht betaald werk onze economie aan de gang houden is geen flexibiliteit. We moeten ons eigen arbeidsmarkt gezond houden. Zeker als het wetsontwerp voor ontslagversoepeling doorgaat, dan is het hek van de dam wat betreft macht van de werkgever. Zeer afkeurenswaardig dus.
3. Socialisme.nu probeert in dit artikel socialistische strategieën als “nieuw” te verkopen:
‘Op kleiner niveau is zo’n strategie nu beter te zien in de Griekse antikapitalistische formatie Antarsya. Deze partij combineert het creëren van een alternatief voor rechts en gevestigd links met het opbouwen van bewegingen op straat en in fabrieken en bedrijven. De partij doet mee aan verkiezingen, maar gebruikt die niet voor het fabriceren van van illusies in veranderingen. In plaats daarvan gebruikt Antarsya haar zetels in de Atheense gemeenteraad als een megafoon voor de campagnes tegen de bikkelharde bezuinigingsmaatregelen en voor fundamentele transformatie van de maatschappij.’
Waarom zou je bewegingen opbouwen op straat, fabrieken en bedrijven? Een volksopstand opzetten? Klinkt als de oud socialistische revolutie. Dit keer zonder vakbonden.
Geen illusies in veranderingen door middel van regeringsdeelname. Wat wordt hier beweerd? Dat je regeren kan door oppositie te voeren? Wat bereik je dan meer dan behalve onvervulbare onvrede te creëeren?
Waarom zou je zetels in de gemeenteraad gebruiken als megafoon? Klinkt populistisch.