Meer anarchistische stromingen dan anarchisten zijn er. Dat is een vrije interpretatie van een opmerking die collega Arnold van der Kluft af en toe maakt. Grenzen (er)kennen anarchisten niet, wat weerslag vindt in het aantal interpretaties. In dit verband heeft Marx* een anarchist aardig getypeerd: ‘Ik wil niet bij een club horen die mij als lid accepteert.’ Als anarchisme al nauwelijks te vatten is, hoe staat het dan met pseudo-anarchisme? Een pseudo-anonieme auteur heeft weliswaar enig idee wat pseudo-anarchisme is, maar goed, die geeft uiteraard zijn specifieke invulling ervan.
Anti-bureaucratie
Ik heb mijn eigen opvatting van pseudo-anarchisme. Die houdt een kruising in van sociaal-democratie en anarchisme. Een sociale, democratische staat is noodzakelijk, dus zonder hiërarchische politieke machtsstructuren kan een maatschappij niet functioneren. Maar de bestuurlijke organisatie van een staat – niet de territoriale omvang ervan, integendeel – dient zo klein mogelijk te zijn. Zoals onze liberale premier Mark Rutte geregeld betoogt: ‘Ik wil een kleine overheid die mensen de ruimte laat om op hun eigen manier gelukkig te worden.’ Want staat en bureaucratie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en bureaucratie is, in tegenstelling tot wat de grote socioloog Max Weber vond, de vijand van de arbeider en van de burger in het algemeen, van een goed functionerende maatschappij, van iedereen eigenlijk, behalve van corrupte VVD’ers du jour. In dit kader heb ik onlangs een passage van Michail Bakoenin met doorslaggevende kritiek op grote staatsmacht nogmaals weergegeven.
Een kleine staat creëert evenwel leemten. Voor die leemten opteer ik voor anarchistisch geïnspireerde vrije associaties. Een ieder kan lid worden van zo’n vereniging. Meerdere denkers hinten op gelijksoortige organisaties. Zo oppert Chris Maisano:
Openbare verenigingen kunnen een sleutelrol spelen in dit karwei, door zowel leveranciers als gebruikers van openbare diensten samen in organisaties te bundelen om zo de administratieve structuren van bestuur radicaal te transformeren. Alleen onder deze voorwaarden zou bestuurlijke activiteit synoniem worden met democratisch socialisme. In plaats van een abstract concept van ‘bestuur’ te stellen tegenover de krachten van het kapitaal zouden we het moeilijke werk moeten beginnen om nieuwe instellingen te ontwerpen die bestuur van het volk, door het volk en voor het volk realiteit maken.
[vertaald uit het Engels]
Internet
Als zulke ideeën breed leven, waarom zijn zulke organisaties dan niet eerder op grote schaal uitgeprobeerd? Het grote probleem hierbij was de organisatie van dergelijke complexe verenigingen. Hoe wordt iedereen dagelijks geïnformeerd? Internet biedt nu echter een helpende hand.
De mogelijkheden van internet doen menigeen ver gaan en bijvoorbeeld dromen over continue ‘directe democratie’. Zo ben ik onlangs gestuit op een epistel over open source democracy van Thijs Bollen. Terecht fantaseert hij over de kansen van participatie van iedereen. Maar hij neemt aan dat dan vanaf het begin alle betrokkenen samen bezig zullen zijn met plannen maken en beslissingen erover. Alleen zal het op die manier natuurlijk niet werken. Voor verrichting van raadgevende taken op meer dan incidentele basis wil je betaling. Maar je mag alleen een vergoeding verwachten als je kwaliteit levert. De constructieve bijdrage van een opmerking als ‘daar moet een piemel in’ is twijfelachtig. Uit hobbyisme of vanwege overtuiging brengen nu eenmaal heel weinig mensen kwaliteit gratis. Zo is er op Krapuul slechts een heel kleine groep actief bezig met de strijd tegen en alternatieven onderzoeken voor het neoliberalisme of erger. Weliswaar is Krapuul daarin niet de enige club, maar het aantal groeperingen is toch beperkt.
Reformisme
In plaats van algemene ‘directe democratie’ heeft pseudo-anarchisme een veel beperktere opzet, zijn vrije associaties in wezen reformistisch. Als alternatief voor benoemingen van bovenaf in de leiding van tal van (semi-)overheidsorganisaties gebeuren die bottom-up. Net als bij sportverenigingen, vakbonden en politieke partijen – behalve de PVV – is er een democratisch door de leden gekozen bestuur. Niettemin kunnen kleine veranderingen grote gevolgen hebben. De directe binding tussen leveranciers en afnemers van openbare diensten zal kwaliteit doen toenemen en onvrede afnemen. En onder meer het vooral door hooivorken geuite voortdurende geklaag over en weerzin tegen een alles betuttelende overheid zal veel grond verliezen. Als iemand een instelling anders werkend wil zien, moet diegene allereerst participeren in een vrije associatie.
* Groucho Marx: I don’t want to belong to any club that will accept me as a member.