Over de rol van Midden-Europa bij Brexit

Immigratie heeft een belangrijke rol gespeeld bij de keuze voor Brexit. In het algemeen zien sociaal zwakkere Engelsen de voordelen van de EU voor hen niet. Ze zien wel dat Polen, Balten, Bulgaren en andere Midden-Europeanen plekken aan de onderkant van de arbeidsmarkt innemen. Niet verrassend is het dat deze Engelsen een rem willen op de toestroom van buitenlanders. We willen onze grenzen terug en geen vrij verkeer van personen, met andere woorden Brexit, is daarvan een uitdrukking.

De Hongaarse econoom Zoltán Pogátsa heeft een prima analyse gemaakt over de relatie van de stroom van Midden-Europeanen naar het westen, naar Groot-Brittannië in het bijzonder, en de leegloop van de oostelijke landen van de EU. Voor grote bedrijven levert arbeidsmigratie dubbel voordeel op. In het oosten van de EU kunnen bedrijven werkzaamheden in de lageloonsector laten vervullen. Aan de andere kant komt een belangrijk contingent hoogopgeleiden uit Midden-Europa naar het westelijke deel vanwege de aanzienlijk betere salariëring. Die hoogopgeleiden zorgen voor relatief grotere welvaart maar daar profiteert voornamelijk de hogere klasse in het westen van. Al met al is het vrij verkeer van personen voor de elite een gouden kalf dat ze niet wil slachten.

De negatieve gevolgen van deze arbeidsmigratie zijn er daarentegen voor het armere deel van de Europeanen. De consequenties zouden opgevangen kunnen worden door Europees sociaal beleid. Hogere lonen, EU-standaarden over minimumlonen, vakbondsrechten, collectieve loononderhandelingen en betere openbare diensten zouden de Midden-Europeanen in eigen landen sociaal-economisch vooruitzicht bieden en een duurzaam economisch model dat leidt tot convergentie. Maar dat beleid is onbestaand, zoals iedereen weet. En een Europees sociaal beleid is onmogelijk in de huidige vorm van de EU, waar iedere politicus opkomt voor de kortetermijnbelangen van zijn eigen kiesgerechtigden (eigen volk). Het moet anders. Je kunt een goede economische analyse maken, zoals Pogátsa doet, maar daarmee heb je nog geen goede politieke analyse.

Pogátsa valt in ieder geval te prijzen om zijn economische inzicht. Met begrip van de voornaamste factor die ten grondslag ligt aan Brexit begint het. De volgende stap is het bewust maken van Europeanen van opties. Desintegratie van de EU leidt zonder meer tot verarming van ieder land. Die keuze is voor niemand voordelig. Dat heeft zelf de extreemrechtse Oostenrijkse FPÖ inmiddels begrepen. Voortzetting van de huidige neoliberale politiek in de EU vergroot slechts de afstand tussen arm en rijk. Evenmin is deze optie aantrekkelijk voor de onderkant van de samenleving. Solidariteit tussen Europese arbeiders onderling is een andere keuze. Maar dan ontkom je er niet aan solidair te zijn met iemand die je nauwelijks begrijpt, omdat bijvoorbeeld een Nederlandse laaggeschoolde slechts met handen en voeten kan communiceren met een Hongaarse evenknie. Solidariteit is te bereiken door middel van politieke bewegingen waarin iedere Europeaan op voet van gelijkheid kan participeren. Niet een buitenlander bij voorbaat als een bedreiging zien vergt een omslag in denken en is niet een-twee-drie realiseerbaar. Maar het is aan het eind van de rekening wel de beste optie.