Voor het kwartaalblad De AS, de naam is een acroniem voor Anarcho-Socialist, ben ik ooit een serie gedachtenissen over Actie in de Jaren Zeventig begonnen. Een link, De Link opzoeken leert mij dat ik de serie in volle vlucht heb afgebroken. De serie heet Dubbele Boterham met Kaas.
Heb ik dat al verteld hier? Kort voor de Kamerverkiezingen vorig jaar was ik op een redactievergadering van De AS en het viel als een blok op mij dat niemand van de aanwezigen een woord besteedde aan de actualiteit. De Verenigde Staten van Amerika hadden ruim een maand een president die echt niet anders kan aangeduid worden dan als een fascist, maar blijkbaar was het niet interessant. Nu was Wilders ook maar zelden of nooit onderwerp van gesprek, maar de identificatie van nogal wat redactieleden met “vrijdenken”, het georganiseerde atheïsme in Nederland, heeft geleid tot een tenenkrommend “Hernieuwd Islamdebat”-nummer, verlucht met fijne cartoons van de Profeet. Ja, die. Dat vrije denken in Nederland heeft toch al een richting genomen die ernstig te denken geeft, zij het niet zoals ze daar graag willen – Paul Cliteur was er voorzitter, en hij vindt dezer dagen dat Onze Lieve Heer ons toch niet allemaal gelijk geschapen heeft. Opmerkelijk voor een vrijdenker, misschien niet voor een prominent lid van de Baudetclub. (Ja, hij was eerder lijstduwer bij de Partij voor de Dieren, tot behoorlijke schande, zeker achteraf).
Op die vergadering kwam ik aan na vertrek uit het virtuele redactielokaal van Krapuul, waar alle actieve redactieleden op dat ogenblik aanwezig waren. Het was een zeer merkwaardige ervaring – de voeten getrokken uit de modder van het dagelijks speuren naar het polder- en het internationale fascisme naar de losgezongenheid van iedere actualiteit. Je zou kunnen zeggen dat het een reis naar de irrelevantie van een zeker anarchisme was.
Het klapte op het ogenblik waarop ik vertelde dat ik met de inmiddels twee jaar geleden overleden fungerend hoofdredacteur (officieel: eindredacteur) had vastgesteld dat “vijftig jaar 1968” toch een themanummer zou moeten worden. Ik liet de vergadering als het ware de laatste wil van de oprichter van het tijdschrift weten. Iemand zei dat het een goede gelegenheid was voor de redactieleden om te vertellen wat zij met mei 1968 hadden gedaan. Ja, voor de meeste redactieleden zou dat een verhaal kunnen opleveren. Maar dit was dan ook de nieuwe eindredactrice te veel. Het kwam er op neer dat zij geen zin had verder te werken in een in zichzelf besloten bejaardensoos zonder enige relevantie voor thema’s die anarchisten van nu bezighouden. En toen ik hiermee via een intern schrijven instemde kon ik zonder plichtplegingen ten aanzien van een auteur/redacteur van vijfentwintig jaren her ook vertrekken.
Voor straf hier een Dubbele Boterham met Kaas over mijn mei 1968. Trouwe krapulisten herinneren zich wellicht deze mystificatie. Ik ga niet uitleggen waarom ik die geschreven heb.
Een serieus stuk dat wat mij betreft zou aansluiten bij de reeks van De Wereld Morgen heb ik vorig jaar al hier geschreven.
Dan is het verhaal van “mijn” mei 1968, de Grote Mei dan, met vooral wat er aan voorafging, tamelijk snel verteld.
Voor de laatste formele schooldag van mijn eindexamenklas was, naar gebruik, een soort afscheidsopvoering traditie. Die bestond uit een soortement demonstratie met heusche beschilderde borden en teksten betrekking hebbende op docenten – risqué want sommigen moesten ons examen beoordelen. Vermeldenswaard lijkt mij de tekst over een gymnastiekleraar die iets te graag aan de achterwerken van goed presterende leerlingen kwam (dus niet bij mij). Hij lachte wat schaapachtig.
En door de microfoon die via de conciërge geregeld was schalden de teksten die ik geschreven had met dankzeggingen jegens diezelfde leraren over de binnenplaats, ook niet mals.
De HBS-afdeling had zo hun eigen opvatting over een afscheidsstunt. Zij zetten een tuinslang in op onze uitvoering. Het was toch al kil en regenachtig.
Dit voor het geval dat u denkt dat gymnasiasten gedoemd zijn tot corpsballendom en andere vwo’ers niet. Integendeel.
Eén HBS-er sloot zich solidair aan bij de gymnasiasten, hij had een pick-up met singles bij zich die via het systeem over de binnenplaats klonken. Had hij er meer dan twee bij zich? Dit zijn de twee die ik mij herinner.
Love makes sweet music, Soft Machine. “Die is van vorig jaar,” zeurde ik. Hij: “die wordt opnieuw uitgebracht hoor”. Pieter, ik wacht nog op die rerelease…
Sittin’ on the dock of the bay, Otis Redding. Wel contemporain, ik was niet blij met deze enorme hit: o, “ze” ontdekken Otis Redding nu hij dood is.
Het eindexamen bewoog zich tussen de moord op Martin Luther King en de korte verdwijning van De Gaulle, met als toegift de moord op Robert Kennedy. Het Nieuws kwam via radio en televisie. Daar kwam het ook echt op.
Bewogen andere tijden.
U vraagt zich helemaal niet af waarom die serie “Dubbele Boterham met kaas” heet dus zal ik het uitleggen.
Die legendarische jaren zestig speelden zich in de jaren zeventig af.
De Amsterdamse georganiseerde anarchisten participeerden in een zelfbeheerd koffiehuis, Roodmerk geheten, waar de grootste attractie de Dubbele Boterham was. Met ham en kaas. Voor de vegetariërs alleen met kaas.
Vanuit deze basis werd menige actie voorbereid of gevoerd. En betrokkenen werden geacht bardiensten te verrichten. Ik kan nog steeds zeggen dat ik dat niet met veel plezier deed.
Toen de anarchistenclub in het niets was opgelost kwam ik er wel weer, inmiddels kon men er ook een uitsmijter genieten, wat ik dan met plezier deed. Een ander mocht er op zwoegen.
Goed, dat weet u dan weer.
Pingback: Haal me op tijd terug naar de wereld | Krapuul
Pingback: De la misère au milieu anarchiste | Krapuul
Pingback: Ik kan niet bij haar weg | Krapuul