We weten dat confectiekleding – wie gebruikt het woord nog – gemaakt wordt in “lagelonenlanden”, in werkplaatsen die veel weg hebben van gevangenissen. Indonesië, India, Bangladesj, Pakistan, Cambodja, Honduras, Haïti, de sweatshop kan niet zweterig genoeg zijn.
Tenzij je een gevangenis vindt in zo’n tropisch land waar de arbeiders gewoon officieel vierentwintig uur per dag, zeven dagen in de week vast zitten om jouw modelijn te fabriceren.
Companies are literally advertising that they use slave labour now as a reason you should buy their product. pic.twitter.com/UcYPAuyRMp
— The Effeminate Degenerate?? (@DegenerateThing) 10 februari 2019
Blijkbaar was er iets te gortig, maar wat ooit op het net gestaan heeft is vrijwel altijd te achterhalen.
They deleted the original tweet, but luckily we have receipts! pic.twitter.com/wSstohHxc7
— The Effeminate Degenerate?? (@DegenerateThing) 12 februari 2019
Die kleding die trots uit de tropische gevangenis gehaald wordt, wordt ook geadverteerd op een eigen site. Men spreekt er van eerlijke tewerkstelling en loon voor vrouwen in de gevangenis.
Ja, het kapitaal betekent loonslavernij. Maar ga niet net doen alsof je een soort ontwikkelingshulp pleegt als je die kleding niet in Denemarken maar in Thailand laat maken, in de nor.