De kabinetsplannen: hoger onderwijs

Het tandheelkundig instituut aan de Amsterdamse Zuidas en studenten-containerwoningen bij de NDSM-werf
Het tandheelkundig instituut aan de Amsterdamse Zuidas en studenten-containerwoningen bij de NDSM-werf

Terwijl studentenorganisaties en veel studenten begin oktober nog juichten om de afschaffing van de langstudeerboete, is inmiddels duidelijk geworden dat de plannen van dit kabinet allerminst gunstig zijn voor studenten. We zetten de belangrijkste elementen uit het regeerakkoord over het hoger onderwijs, en de gevolgen voor studenten, op een rij.

De onderwijsparagraaf van het regeerakkoord heet ‘Van goed naar excellent onderwijs’, maar wie investeringen verwacht komt bedrogen uit. Net zoals studenten worden aangemoedigd te investeren in zichzelf, hijst het kabinet de individuele leerkracht op een schild. ‘Zij halen het beste in kinderen naar boven.’ Dit doet het kabinet niet omdat het vertrouwen heeft in de leerkrachten: nee, die moeten gesanctioneerd kunnen worden. Maar dit moet verhullen dat dit kabinet niets gaat doen tegen de steeds grotere klassen.

Ook lezen we dat talenten meer ‘uitgedaagd’ moeten worden en ‘achterstanden verkleind’. Dat klopt wel, maar hoe pakt dat hier uit? Het regeerakkoord zet het mes in de toegankelijkheid van hoger onderwijs. Zo wordt het voor de meeste jongeren steeds meer een uitdaging om te überhaupt te kúnnen studeren.

Afschaffing studiefinanciering

De meest in het oog springende maatregel is uiteraard de afschaffing van de basisbeurs waarvan alle studenten gebruik maken. De beurs wordt omgezet in een gift als studenten de studie afmaken. Hoewel de 246 euro voor uitwonende studenten in de meeste steden niet eens genoeg is om de huur van te betalen, is de stufi wel een belangrijk deel van de maandelijkse inkomsten. Het zorgt ervoor dat studenten net iets minder hoeven te werken of erbij te lenen om te kunnen studeren.

Om dit gat op te vullen introduceert het kabinet een zogenaamd ʻsociaal leenstelselʼ. Studenten kunnen het bedrag dat ze anders zouden ontvangen aan stufi lenen van de staat. Na afloop van hun studie moeten ze dit bedrag terugbetalen.

Studentenorganisaties geven terecht aan dat dit stelsel bepaald niet ʻsociaalʼ is. Wanneer studenten het bedrag van de basisbeurs gaan lenen en binnen de nominale tijd afstuderen, betekent dit een studieschuld van maar liefst 13.000 euro. Dit wordt uiteraard alleen maar meer als studenten bijlenen. Studenten uit armere gezinnen worden hier het hardst door geraakt. Voor hen is het de vraag of ze dit geld kunnen opbrengen. Tegelijkertijd worden studenten uit gezinnen met een modaal inkomen afhankelijker gemaakt van de wensen van hun ouders.

Veel afgestudeerden hebben moeite met het vinden van werk op hun niveau. Lang niet iedereen gaat goed verdienen na zijn studie. Een vooruitzicht van tienduizenden euro’s extra schuld is dan ook weinig bemoedigend. Bovendien zullen studenten dan eerder een studie kiezen waarmee ze denken veel geld te kunnen verdienen, in plaats van iets wat ze interessant vinden.

Het kabinet wil studenten over deze ‘leenangst’ heen helpen. Afgestudeerden met een laag inkomen zullen minder hoeven terugbetalen, zo beloven zij. Maar dit is een boterzachte belofte. Mensen die dachten de komende jaren te kunnen genieten van hun zelfgespaarde pensioen kunnen dit bevestigen.

Het kabinet laat de aanvullende beurs voor kinderen uit armere gezinnen in stand. Maar omdat deze beurs niets meer ‘aanvult’, wordt zij gehalveerd. Het half laten staan van deze beurs dient als doekje voor het bloeden. Net zoals het ‘terugbetalen naar vermogen’, helpt deze verzachtende maatregel de fundamentele wijziging doorvoeren.

De fundamentele wijziging is dat we studeren niet meer zien als in het maatschappelijk belang – en daarom dat je hierin ondersteund wordt – maar als een ‘investering in jezelf’.

OV-kaart

Naast de stufi verdwijnt ook de OV-kaart voor studenten in september 2015. Voor de volledigheid: de kaart waarmee je gratis kan reizen in weekenden of door de week wordt omgezet in een 40% kortingskaart (á 60 euro per jaar).

Dit zal studenten die van hun woonplaats naar hun studeerplek reizen diep raken in de portemonnee. In het ergste geval maakt dit het voor hen zelfs onmogelijk om in een andere stad te studeren. Verhuizen is moeilijk doordat veel studentensteden kampen met jarenlange kamertekorten (ondanks de leegstand). Het afschaffen van de OV-kaart beperkt studenten in hun mobiliteit en daardoor ook in hun keuzemogelijkheden: Ze zijn meer gebonden aan hun woonplaats, en dat ene vak of die ene studie die ze alleen aan een andere universiteit aanbieden volgen is minder makkelijk.

Door het afschaffen van de OV-kaart worden studenten dus ʻaangemoedigdʼ om op kamers te gaan wonen. Op deze site schreven we eerder over de plannen voor de woningmarkt. Het koppelen van de maximale huur aan de WOZ-waarde van een woning zorgt ervoor dat studentenhuisvesters in de steden in de problemen komen. Dit terwijl er al grote woningnood in de studentensteden is. Zo maakte de belangenbehartiger voor studentenhuisvesters, Kences, bekend dat er tot 2020 in Amsterdam 8.100 kamers bij gebouwd moeten worden. De actuele tekorten zijn hier nog niet bij opgeteld.

Verzet

Onderdeel van de plannen van dit kabinet voor het Hoger Onderwijs is een plan om studentenverzet tegen te gaan. Ze hebben geleerd van de 12,3 miljoen kostende mislukking van de langstudeerboete, en laten de nieuwe bezuinigingen alleen ingaan voor nieuwe studenten. Dit betekent dat om de bezuinigingen op hoger onderwijs tegen te houden studenten en scholieren samen moeten optrekken.

Nu al zien we verschillende initiatieven van de grond komen. ROOD voert actie door op middelbare scholen langs te gaan met studiedieven Rutte & Samsom. De LSVb voerde actie voor de deuren van het ministerie en studenten aan de HvA in Amsterdam lieten horen dat ze niet geplukt wilden worden. De eerste initiatieven die er zijn, moeten gebundeld worden om uiteindelijk tot een studentenbeweging te kunnen leiden die de bezuinigingen kan tegenhouden. De overwinning van studenten in Quebec, waar ze met een maandenlange studentenstaking een collegegeldverhoging hebben weten tegen te houden, laat zien wat er mogelijk is wanneer studenten in opstand komen.

Dit stuk is eerder verschenen op de website van socialisme.nu; auteur Hannah Muysken.