De in Noord- en Oost-Syrië gevangen genomen jihadisten van de
zelfverklaarde Islamitische Staat (IS) vormen een groot probleem voor de
autonome structuren in die regio. De internationale gemeenschap heeft
zich afgekeerd van de verantwoordelijkheid en ontneemt geen enkele stap
om de jihadisten verantwoordelijk te houden voor hun daden. Islamisten
die in Syrië en andere landen in naam van IS misdaden tegen de mensen
pleegden, worden op die manier door justitie ongemoeid gelaten. De
politiek van straffeloosheid moedigt de milities en aanverwante
structuren alleen maar aan tot nieuwe misdaden.
Terwijl het westen vasthoudt aan diens standpunt dat IS enkel en alleen
een militair probleem is, vormen de gevangenissen en interneringskampen
met duizenden gevangen genomen jihadisten en hun familieleden voor het
autonome bestuur van de regio. Door een gebrek aan middelen vormen zij
een steeds groter humanitair probleem en in toenemende maten ook een
gevaar voor de openbare veiligheid.
19.000 gevangen IS-leden
Momenteel bevinden zich in totaal zo’n 19.000 IS-leden in gevangenissen.
12.000 daarvan komen uit Syrië zelf, 5000 komen uit Irak en de
overgebleven 2000 komen uit 55 andere landen. In de interneringskampen
bevinden zich daarnaast zo’n 67.000 mensen, het grootste deel daarvan
zijn familieleden van gevangengenomen jihadisten. Sinds de militaire
overwinning op Islamitische Staat in mei 2019, stuit het autonome
bestuur van Noord- en Oost-Syrië in steeds grotere mate op dovemans
oren. Hierdoor wordt de last van Islamitische Staat op de bevolking van
Noordoost-Syrië afgeschoven.
Voorstellen van het autonome bestuur
Het autonome bestuur van Noord- en Oost-Syrië heeft drie voorstellen
ingediend bij de internationale gemeenschap voor de omgang met de
voormalige leden van de IS:
1. De oprichting van een speciaal internationaal hof voor gedetineerde
IS-leden aan de hand van de het criteria van de plaats van het misdrijf;
2. Terugkeer van IS-gevangenen naar hun thuisland en adequate bestraffing;
3. Erkenning van de vonnissen van de processen van IS-leden door de
onafhankelijke rechtbanken van het autonome bestuur in Noordoost-Syrië
en internationale juridische ondersteuning.
De meeste staten zijn sceptisch tegenover deze ideeën. De westerse
landen geven er de voorkeur aan om stil te staan – ondanks het feit dat
de regio permanent wordt bedreigd en de middelen van het zelfbestuur
steeds schaarser worden.
Amnestie voor gevangenen
Hoewel het IS-probleem een hernieuwde groei doormaakt, vormt de druk op
de gevangenissen een dermate groot probleem dat er de afgelopen weken
door het autonome bestuur voor is gekozen om een deel van de Syrische
gevangenen vrij te laten. Het gaat hierbij met nadruk niet om mensen
waarvan duidelijk is dat zij beschuldigd worden van spionage, verraad,
zogenaamde “eermoorden”, drugshandel en gewelddadigheden als
terreuraanslagen. De gevangenisstraffen voor de gevangenen die zijn
vrijgelaten zijn gehalveerd en levenslange gevangenisstraffen worden
omgezet in 20 jaar. Door de amnestie komen echter ook mensen vrij die
verdacht worden van ‘lichtere’ terreurdaden, zoals IS-aanhangers uit de
lagere rangorden (voor zover zij niet betrokken waren bij bloedige
aanslagen en dat ze een borg hebben). In totaal voldeden 884 IS-gevangen
aan deze voorwaarde voor de amnestie. 631 van hen zijn al op vrije voet
gesteld en worden momenteel geïntegreerd in hun betreffende stammen.
7000 IS-leden voor de rechtbank
De vrijlating en resocialiseren van de gevangenen zorgt voor grote
discussies. Dit komt door de grote veiligheidsrisico’s die hiermee
gemoeid gaat en het karakter van de misdaden die de vrijgelaten
strijders hebben begaan.
Alle mensen die voor de Amnestie in aanmerking kwamen zijn zorgvuldig
gecontroleerd stelt Hesen Silêman, covoorzitter van het hoogste
volksverdedigingsgerechtshof (Koerdisch Dadgeha Parastina Gel) in
Noordoost-Syrië. Sinds de oprichting van de
vollksverdedigingsgerechtshoven in 2014 zijn er zo’n 7000 rechtszaken
geweest tegen Syrische staatsburgers die in verband werden gebracht met
IS. Dit jaar alleen al vonden er 900 processen plaats.
“Tegenover IS-kaderleden van hogere rangen, zoals die met leidinggevende
functies en bewapende structuren, waarvan is bewezen dat zij misdaden
hebben gepleegd, zullen we ons uiteraard niet milder opstellen. Bij de
vrijgelaten gevangenen gaat het hoofdzakelijk over mensen die in
voormalige IS-gebieden civiele functies hebben vervuld, bijvoorbeeld
administratief of economisch en die hun straffen grotendeels uitgezeten
hebben” stelt Hesen Silêman. De gevangenen worden beoordeeld op basis
van berichten uit de juridische comités van de gevangenissen en de
gerechtshoven. “In deze berichten wordt hoofdzakelijk gekeken of degenen
die van de amnestie gebruik kunnen maken een gevaar voor de samenleving
kunnen vormen.”
Silêman legt verder uit dat alle ex-gevangenen met tussenperioden
gecontroleerd worden door de veiligheidstroepen. Voor de
strafvermindering zijn er onder andere intensieve gesprekken gevoerd
door de Democratische Syrische Raad (MSD) en Raad van Stammen in
Noord-Syrië. “De grote families hebben zich garant gesteld voor de
laag-rangige IS-gevangenen.”
IS vormt een blijvend gevaar voor de gehele regio
Hoewel IS territoriaal verslagen is, vormt de militie nog altijd een
groot veiligheidsrisico voor de hele regio zo stelt de jurist. Voor de
nieuwe vorming van slapende cellen vormt een steeds groter probleem.
“Onze veiligheidseenheden houden telkens nieuwe operaties tegen
celstructuren van Islamitische Staat. Daarbij worden regelmatig
jihadisten gevangengenomen. Maar de institutionele – en daarmee bedoel
ik de strafinrichtingen – en de juridische infrastructuur in
Noordoost-Syrië is ontoereikend. We hebben geen ruimte voor deze mensen
zo stelt Silêman.
Buitenlanders wachten op een proces
Een groot probleem vormen ook de jihadistische IS-aanhangers uit het
buitenland. “We hebben tot noch toe nog geen één van hen voor kunnen
laten komen. Het is daarbij o.a. onduidelijk of zij na veroordeling in
Syrië hun straf moeten uitzitten. Wij worden hierin nog in onze middelen
nog in onze capaciteiten ondersteund.” Het autonome bestuur is dan wel
een dialoog op internationaal niveau begonnen, toch heeft dit tot op
heden nog tot niets geleid. “Tot op heden hebben we hiermee nog geen
bevredigende vooruitgang geboekt.”
“IS is niet alleen ons probleem”
De afgelopen tijd sterkt IS weer aan. Het is al enige tijd duidelijk dat
de organisatie zich aan het hergroeperen is en een reorganisatie
doorvoert. De situatie is ernstig stelt ook Hesen Silêman.
“Gemeenschappelijk optreden tegen IS heeft zich tot noch toe vooral
beperkt tot het militaire vlak. Op juridisch vlak is er nog altijd geen
samenwerking in zicht. Dit vormt echter een nieuwe mogelijkheid voor IS
om weer opnieuw op te leven.” Er moet snel begonnen worden om de
noodzakelijk stappen te zetten. “IS is immers niet alleen ons probleem.
Het is iets dat de hele wereld aan gaat.” [Iets dat de aanslagen van de
afgelopen weken enkel verder onderstrepen][1]
[1] De zin tussen haakjes is een toevoeging van de vertaler
– Artikel van het Autonoom Bestuur van Noordoost-Syrië, vertaald door Tommy Ryan