Is er leven voor de dood?


De vraag was gekalkt op een kerkhofmuur in West-Belfast. Ik kan er zo gauw geen reproductie van vinden op het net, hoe legendarisch de vraag ook is. Ik moest aan de eenvoudige veelzeggende vraag denken terwijl ik mij afvroeg of ik de rode canon nu eens zou aanvullen met een zwart-rode (rood-zwarte) canon – die van het anarchisme in het algemeen, enigszins toegespitst op Nederland in het bijzonder.

Ik was met dit stuk begonnen toen collega Kees hier in de laatste alinea’s formuleerde wat ik als uitgangspunt wilde nemen.

In plaats van goede wetten voor euthanasie moeten we goede wetten hebben om mensen de wil te geven om door te gaan. Ondanks alles.

U heeft van niemand toestemming nodig om te leven. Het wordt u van ongeveer begin af aan ingeprent dat dit wel zo is. Er wordt hoogst serieus gepraat over het toetsen van peuters van wie blijkbaar al “de waarde” bepaald moet worden. Die bepaling impliceert dat er mensen zijn die kunnen beoordelen of u terecht leeft. Ook als peuter kun je je daar al tegen verzetten, alleen sta je dan wel tegenover een overmacht. Veel anders is het niet op het einde van de gevangenisstraf voor kinderen die ze tegenwoordig basisschool noemen. Om van later maar te zwijgen.

Laten we even bij voorbaat zeggen: het is kapitalisme om geld boven leven te stellen. De vanzelfsprekendheid dat het leven heilig is, is vervangen door de gedachte dat geld heilig is en dat geld – zoals vroeger onbekommerd gold voor al wat leeft – dient te groeien. En dat het leven ondergeschikt is aan deze groei. Een dier is een gestandaardiseerde eenheid voor de productie van vlees, zuivel of bont. Een plant is ondergeschikt aan de groei van geld en kan op alle mogelijke manieren hiertoe gemanipuleerd worden. En als je eerst afkeurend en als “bewindspersoon” met instemming zegt dat er altijd mensen zijn “waar geld bij moet” dan weet je wat het belangrijkst is.

Michael Bakoenin, een van de groten van het anarchisme, predikte de opstand van het leven tegen de wetenschap. Hij deed dit in de eerste plaats in zijn gevecht tegen de zich op wetenschap beroepende Karl Marx. Anderhalve eeuw later kunnen we beiden toch echt de strijdbijl laten begraven. En vergis u niet: met wat ik hierboven met kapitalisme aanduidde is niet een soort complot van al dan niet duistere machten, het is het dagelijks leven waaraan nergens ter wereld te ontsnappen valt dezer dagen.

Het ellendige geld is tegelijkertijd de uitdrukking van de werkelijke ellende en de vertroosting tegen de werkelijke ellende. Het geld is de verzuchting en het streven van het verdrukte schepsel, het gemoed van een harteloze wereld, zoals ze ook de geestloosheid van geestelijke toestanden is. Zij is het opium van het volk.

Permitteer ik mij te zeggen anno 2014.

Verwacht de zwart-rode canon in dit theater…