Hoe de Catalanen hun politie leren liefhebben

Sporen van een bombardement door de fascisten op Barcelona

Libertad sin ira – vrijheid zonder wrok – het kon dan wel mooi gezongen worden in 1976 na de dood van Franco, maar de smetten van de burgeroorlog zijn, net zo min als in Griekenland, daarmee niet weg. De “viering” van de tachtigste verjaardag van die burgeroorlog kan nog jaren mee. En de Nederlandse leutermedia zullen nooit iemand inhuren die eens vertelt wat die vlag van Catalonië betekent, wat verregaande autonomie of onafhankelijkheid van Catalonië betekent. Waarom de monarchie in Spanje nog net kwetsender is voor heel wat mensen dan de Nederlandse vertoning het is voor Nederlanders. Een monarchie, in het zadel geholpen door fascistisch Italië en nazi-Duitsland, ten koste van een half miljoen mensenlevens. Kortom, fascisme, opgelegd op een onwillige, republikeinsgezinde bevolking.

En in die dagen van de tachtigste verjaardag wordt Catalonië bezet door de nationale politie, de politie van het autonome land wordt opzijgeschoven en dus omhelsd door het land dat ooit een toonbeeld van anarchistische revolutie was (die is neergeslagen door eerdergenoemde inmengende mogendheden, plus de Sowjet-Unie van Stalin).

De postfascistische centrale overheid in Castilië wil koste wat kost vermijden dat op 1 oktober een referendum wordt gehouden waarbij men zich in Catalonië zou uitspreken over de wenselijkheid van een onafhankelijke republiek. Los van het Castilië met zijn Franco-continuïteit. Er worden nu vijftig tanks gestuurd naar Catalonië door het regime van de vroegere partij van Franco. Die wil laten voelen wat de orde is in geheel Spanje, sinds 1939.
In de haven van Barcelona ligt een schip met vierduizend guardia’s aan boord, wachtend op het ogenblik waarop zij een bloedbad mogen aanrichten. Misschien valt het mee. En waarschijnlijk niet, nu vanuit Brussel, Berlijn laat staan Washington een oorverdovend zwijgen te horen is.