Uitzonderlijke en langdurige hitte in Siberië veroorzaakt voor het tweede opeenvolgende jaar verwoestende branden in het noordpoolgebied.
In sommige delen van Siberië klom het kwik vorige week boven de 30 graden Celsius. “Dat is warmer dan in veel delen van Florida in de Verenigde Staten”, zegt woordvoerster Claire Nullis van de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO).
De WMO heeft ook meldingen ontvangen van een snelle daling van het zee-ijs langs de Russische kust.
Meer dan 5 graden
De temperaturen in de eerste helft van 2020 in Siberië lagen meer dan 5 graden Celsius boven het gemiddelde en in juni tot 10 graden boven het gemiddelde.
In de Russische stad Verkhoyansk werd op 20 juni een temperatuur van 38 graden Celsius geregistreerd en in andere delen van Siberië werd het in de week van 19 juli opnieuw meer dan 30 graden.
Deze aanhoudende hitte is het gevolg van een blokkering door een warmtefront op het noordpoolgebied, in combinatie met de aanhoudende noordwaartse afwijking van de straalstroom, die meer warme lucht naar de regio brengt, zegt Claire Nullis.
Klimaatverandering
Die extreme hitte “zou volgens de analyse van een team van klimatologen bijna onmogelijk zijn geweest zonder de invloed van door de mens veroorzaakte klimaatverandering”, aldus Nullis.
Het noordpoolgebied warmt meer dan tweemaal zo snel op als het wereldgemiddelde, wat gevolgen heeft voor de lokale bevolking en ecosystemen, en ook de voor de rest van de wereld.
“Wat er in het noordpoolgebied gebeurt, blijft niet in het noordpoolgebied. De polen beïnvloeden het klimaat en de klimatologische omstandigheden op de lagere breedtegraden, waar honderden miljoenen mensen wonen”, aldus de woordvoerster.
Bosbranden
Een van de gevolgen is dat er zware bosbranden woeden in Siberië. De satellieten “laten dramatische beelden zien”, zegt Nullis. “De meest actieve brand woedt momenteel slechts acht kilometer van de Noordelijke IJszee.”
Op 22 juli waren er 188 vermoedelijke brandhaarden in Siberië. In juni kwam door de branden naar schatting 56 miljoen ton CO2 vrij in de atmosfeer, meer dan de 53 miljoen ton in juni vorig jaar.
De rook van bosbranden geeft een breed scala aan verontreinigende stoffen zoals koolmonoxide af, en vermindert de capaciteit van de bossen om verontreinigende stoffen zoals stikstofoxiden, vluchtige organische stoffen en vaste aerosoldeeltjes op te nemen.
Gesmolten ijs
De deskundigen vrezen dat het smelten van het ijs vooral in de maanden augustus en september tot een groot verlies aan zoet water zal leiden.
Bovendien komt het broeikasgas methaan vrij door het smelten van het ijs en het ontdooien van de permafrost (bevroren grond). Dat heeft een impact op de infrastructuur en op de ecosystemen in de hele regio.
“IJsberen, die, zoals we allemaal weten, een symbool zijn van de klimaatverandering, zijn mogelijk tegen het einde van de eeuw bijna uitgestorven”, zegt Nullis.
– IPS-bericht, overgenomen van De Wereld Morgen