De Europese landen hebben zichzelf verloochend door na 9/11 te makkelijk en te ver mee te gaan met de Amerikaanse aanpak van terreurbestrijding, zegt de Noorse diplomaat Jan Egeland.
Hij windt zich nog steeds op als hij in het kantoor van Human Rights Watch (HRW) in Brussel de terreurbestrijding doorneemt. Egeland speelde in de jaren negentig, als staatssecretaris van buitenlandse zaken, een belangrijke rol bij de totstandkoming van de zogenoemde Oslo-akkoorden tussen Israël en de PLO. Later werd hij onder meer het hoofd van de VN-organisatie voor humanitaire hulp. Sinds 1 augustus is hij de eerste Europa-directeur van de Amerikaanse mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch. “Een teken dat Human Rights Watch meer een internationale organisatie wordt in plaats van een Amerikaanse.”
Volgens Egeland is het terzijde schuiven van het internationale en nationale recht precies de verkeerde reactie. “Martelen, ontvoeren en opsluiten zonder gerechtelijke tussenkomst zijn de methodes van terroristen, maar wij namen ze over. De Amerikaanse vicepresident Cheney zei na 9/11 op televisie dat de enige manier was de terroristen met hun eigen middelen te bestrijden. De Tripoli-documenten zijn maar één voorbeeld van hoever we zijn gegaan met het afbreken van de beschaving op ons continent. Je moet je niet bang laten maken door terroristen, maar aantonen dat je een beter en duurzamer systeem hebt dan terreur.” (‘Europa breekt beschaving af en neemt methoden terroristen over’ – Trouw)
“‘Europa breekt beschaving af en neemt methoden terroristen over’
Is dat NIEUWS? Ik maak veel meer zorgen over de spontane bijval dat de staatsterreur in de afgelopen jaren vanuit rechts hoek meekreeg, ook van bekende personen en uit de politiek. Wat ga je ermee doen.
Nieuwe kleren erop en “we habben nicht gewussen?”