Alhoewel niet mijn favoriete Genesisnummer (maar desondanks zeer gewaardeerd), is Supper’s Ready toch wel Genesis’ magnum opus, volgens mij.
Manager Tony Stratton-Smith van Charisma records kreeg tranen in de ogen na het beluisteren van het album Foxtrot, waarop Supper’s Ready stond. Hij besefte dat dit album hun doorbraak zou betekenen. Muzikaal zou het dat inderdaad zijn, commercieel gezien duurde het nog een paar jaar voordat ze binnen waren.
Zelf ook muziek schrijvend en opnemend muzikant zijnde, kan ik er niet bij hoe een stel jongens van in de twintig dit soort complexe muziek en teksten bij elkaar geschreven èn opgenomen kreeg. En al helemaal niet in die tijd, de jaren zeventig.
Ik doe dit heden ten dage op een computer met allerlei handige plugins, en kan eindeloos proberen en editen. Dat was niet het geval in 1974. Ja, men kon stukken band knippen en elders plakken, maar dan wel in het echt, fysiek. Dat was niet iets dat je zomaar even deed. Ook al niet vanwege het uurtarief van de studio waarin je dat moest doen.
Dus dat het misschien niet altijd even perfect gemixed of gespeeld klonk is volkomen begrijpelijk, ook al klonk het eigenlijk nog steeds verdomd goed over het algemeen.
Lead gitarist Steve Hackett uit die jaren speelt sinds enige tijd diverse stukken van Genesis in zijn concerten. Nee, het is dus niet het originele Genesis, en men speelt ook vele stukken uit Steve’s solorepertoire, maar de stukken van Genesis die worden gespeeld zijn als het ware gespeeld door de perfecte Genesis tribute band onder leiding van Steve Hackett.
Het klinkt werkelijk prachtig, ik heb ze twee jaar geleden ook live gezien. Het allereerste rockconcert dat ik ooit bijwoonde was er trouwens ook een van Steve Hackett, in de Hanenhof te Geleen, kort nadat hij Genesis verlaten had, in de late jaren zeventig. Indrukwekkend, maar loeihard trouwens.
Het is een fantastische band, tegenwoordig. Zanger Nad Sylvan kan heel goed in de stijl van Peter Gabriel zingen. In dit stuk hoor je saxofonist Rob Townsend fluit spelen. Peter Gabriel speelde de fluit op de plaat, maar je kunt horen dat hij enkel de juiste noten kon spelen. Townsend SPEELT fluit, en het maakt een groot verschil. Met alle respect voor Peter Gabriel overigens, het was een heel goede toevoeging, en men kon niet zomaar fluitisten inhuren destijds. In andere nummers neemt Townsend op prachtige wijze de rol van oorspronkelijk enigszins stijve keyboardsolo’s van Tony Banks over. Tony Banks is overigens verantwoordelijk voor vele van de mooiste nummers van Genesis. Hij is alleen geen soloïst.
Die vroege composities van Genesis zijn vaak prachtig. Hoe ze op de plaat terecht gekomen zijn is bewonderingswaardig als je weet hoe onervaren en jong de bandleden destijds waren.
Ik vind dat Steve Hackett deze nummers een goede dienst bewijst door ze nog eens met een fantastische band uit te voeren: