En ze noemen het vrede

Bij het uit het hoofd opsommen van hoezeer Britten tussen de oorlogen verblijven ben ik gisteren halverwege de jaren zestig van de vorige eeuw *) gebleven.

In 1965 verklaarde voormalig Zuid-Rhodesië zich eenzijdig onafhankelijk onder bestuur van withuidige kolonialen met de bedoeling het land, nu enkel Rhodesië geheten, een extra editie van apartheids-Zuid-Afrika te maken. In Londen vond men het allang best. Dat vond men niet toen Zuidoost-Nigeria zich na pogroms tegen en op de vlucht jagen van talloze “binnenlandse” vluchtelingen onafhankelijk verklaaarde van het koloniale misbaksel Nigeria onder de naam Biafra in 1967. Er moest een quick kill volgen om de opstandelingen tot de door de Britten geschapen orde te roepen en militaire “instructeurs” en wapens moesten daarbij helpen. Het aantal slachtoffers van deze genocidale oorlog is nog steeds niet bekend, het gaat om meer dan een miljoen mensen. Gemengd historisch bericht, als het zelfs nog bekend mag heten. Begin 1970 gaf Biafra het op.

In 1970 mocht de Britse marine een opstand neerslaan op het Caribische eiland Anguilla waar men ook al onafhankelijkheidsneigingen had. En al in de jaren zestig werden de plannen ontwikkeld om de Chagos Archipel in de Indische Oceaan als basis uit te lenen aan het militaire apparaat van de VS. De eis vanuit Washington was dat de eilanden zonder bevolking werden opgeleverd. Aldus geschiedde, de deportatie is in 1973 voltooid. “Footprint of Freedom” wordt de basis op Diego Garcia door Washington, dat nooit last heeft van scrupules bij het gebruik van het freedom-woord, genoemd.
In Londen werd er geen geheim van gemaakt dat de zwarthuidige bevolking van de archipel er niet toe deed. Of doet.

In 1968 ging in de zes graafschappen die de Britten hadden afgezonderd van Ierland als onderdeel van het “Verenigd Koninkrijk” een burgerrechtenbeweging van start in de stijl van de zwarte emancipatiebeweging van de VS. De katholieke bevolking werd zwaar gediscrimineerd en hiertegen werd een door jongeren geleide opstand georganiseerd. De onrust werd met militaire middelen te lijf gegaan en in 1971 ging het Britse regime over tot internering van “verdachte elementen” die evenwel nergens voor veroordeeld waren. De ingedutte organisatie van het Iers Republikeins Leger (IRA) werd wakker en kon zich presenteren als de waarachtige beschermer van de katholieke bevolking. De oorlog zou een kleine dertig jaar duren en zou het geweld, beurtelings “troubles” en “terreur” genoemd zeer dicht bij huis brengen. Een historisch compromis tussen katholieke republikeinen en protestante unionisten heeft een toestand van wat op vrede lijkt met zich meegebracht. Het had voorkomen kunnen worden als katholiek Noord-Ierland zonder problemen normale burgerrechten had gekregen.

Met Ierland bij de hand begint ook de implosie tot binnenlands kolonialisme, dat overigens in Groot-Brittannië nog te ontmantelen valt door de eigenheid van Schotland, Wales, Cornwall, het Noorden van Engeland desnoods in staatkundige zin te erkennen. De mijnsluiting van de jaren tachtig was ook een actie tegen Wales en het Noorden. Dat dossier is nog lang niet gesloten.

Na de val van de Muur en de instorting van de wereld van het “reëel bestaande socialisme” was het duidelijk dat de mensheid in de beste aller werelden vertoefde, iets wat nog steeds dagelijks wordt onderstreept in berichten over de heilzaamheid van “de markt” en de wensen van “de markten”. Oorlog tegen rode subversie was niet meer aan de orde, het ging nu om een Nieuwe Wereldorde waarin er uit naam van de Internationale Gemeenschap op geslagen en gebombardeerd diende te worden terwille van de humaniteit. Irak in 1991 was het begin, Joegoslavië van begin tot einde in de jaren negentig het vervolg (het was handig dat de industriële infrastructuur van het resterende Servië om volstrekt humane redenen weggebombardeerd kon worden zonder dat dit land zich verweerde).

Sinds 2001 is de humanitaire wereldorde verrijkt met de strijd tegen de Terreur. Dit leverde frisse vrolijke oorlogen op tegen Afghanistan (2001), waar toch al weinig heel meer was nadat de Sovjet-Unie er tien jaar lang had huisgehouden, Irak (dat trouwens sinds 1991 onder schot werd gehouden en in 2003 maar helemaal bezet werd – het aantal doden loopt ook weer boven het miljoen maar de joods-christelijke, tevens Britse waarden zijn beschermd), Libië (2011) en Mali (2014). Ik doe dit alles uit het hoofd, zoals gezegd, dus er zullen omissies zijn.

Op 22 juli 2005 werd na een stiekeme achtervolging de Braziliaanse Londenaar Jean Charles de Menezes in koelen bloede in een metrowagon tegen de grond geduwd en door het hoofd geschoten, voor de zekerheid waar de andere passagiers bij aanwezig waren. Deze staatsmoord op een willekeurig persoon met donkere tint was noodzakelijk voor de veiligheid en de huidige minister-president vindt het niet meer dan vanzelfsprekend dat onschuldigen in de toekomst veel meer last zullen krijgen van de overheid.

Maar verder is het vrede.

*) Ik heb een enorme hekel aan die in de meeste omstandigheden volstrekt overbodige toevoeging maar in dit geval gebruik ik haar omdat het met oorlogvoeren in de negentiende eeuw bijvoorbeeld niet anders was.