medium read…
Die stembusstrijd dus. Vandaag de climax van de zeepbel. Vanavond of vannacht de uitslag. Ik boycot de boel. Ik wens niet mee te doen aan het toebedelen van rollen in een beroerd toneelstuk met een gegarandeerd slechte afloop. Het feit dat er hier en daar een integere acteur beschikbaar is voor een bijrol, verandert aan die setting helemaal niets. Het is een wanvertoning. Het is erg genoeg dat ik er de godganselijke dag naar moet kijken. Ik zie geen noodzaak om er ook nog mijn goedkeuring aan te geven door mijn stem uit te brengen, op wie dan ook. Opzouten met die show. Laten we weer wat gaan doen. Pak eens een steen. Dat fameuze Raam van Overton vraagt er om.
Ik doe niet mee omdat ik niet geloof dat mensen zich door andere mensen kunnen laten vertegenwoordigen. Ik doe niet mee omdat ik geen regeringsmacht erken, en aan de totstandkoming een legitimatie ervan dus niet vrijwillig mee wil doen. De staat is een vijand die bestreden, verslagen en ontbonden dient te worden, geen instantie waarin wat verstandigs te participeren valt. Ik wil niemand aanwijzen die over mij de baas is en waar ik vervolgens vier jaar geen zeggenschap heb. Ik wil ook niet iemand aanwijzen die vier jaar lang de baas over jou mag spelen en waar noch jij noch ik zeggenschap over heb. Ten diepste verafschuw ik het weggeven van die zeggenschap aan anderen. Er aan meedoen, voelt als ingaan tegen me zelf. De weerzin is dieper geworden naarmate de druk om wel te gaan stemmen – juist vanuit zeer bevriende mensen, veelal aanhangers van Bij1 – , enorm is opgevoerd. Bij mij werkt dat dus averechts. Ik stemde al niet, en nu stem ik nog veel minder.
Megafoon en Raam
Zijn er strategische en tactische redenen om me over mijn weerzin heen te zetten? Ik kom enkele argumenten tegen in die zin. Er is het megafoon-argument. Door bijvoorbeeld Bij1 te stemmen, weerklinken argumenten van linkse en radicale bewegingen – antikoloniale, antipatriarchale, antiracistische argumenten vooral – ook in de parlementaire arena. Daardoor krijgen ze veel meer aandacht en wordt de discussie in de maatschappij naar links getrokken. Veelal wordt dan verwezen naar een mythisch raam, het Raam van Overton, een begrip waarmee de breedte waarbinnen de politiek discussie plaatsvindt, wordt aangegeven. Momenteel ligt dat venster rechts, waardoor linkse en radicale geluiden buiten het gangbare debat vallen. Geef Sylvana Simons die zetel, en kijk hoe haar scherpe inbreng linkse argumenten iets gangbaarder maakt en het Raam van Overton naar links trekt. Dat idee.
Het idee combineert een waarheid met een onnodigheid. Ja, ook ik wil dat linkse en radicale opvattingen gangbaarder worden. Daar zit een waarheid. En ja, landelijke bekendheid kan daarbij helpen: een Kamerlid bereikt meer mensen dan een klein bloggertje. Toch gaat het argument er aan voorbij dat Bij1 een kans maakt, niet omdat veel mensen via deze weg Sylvana Simons en haar partijgenoten bekend doen worden, maar vooral omdat zij dat al is. Eerst kwam haar TV-bekendheid. Daarna kwam haar stellingname – in landelijk bekeken talkshows! – tegen racistisch taalgebruik van Martin Šimek en dergelijke. Pas daarna begon ze haar al bestaande bekendheid te vertalen in formele politieke activiteit. Voor haar bekendheid en haar rol in het publieke debat was dat dus niet nodig. De megafoonfunctie had ze al voordat we op haar konden stemmen. En in principe kan iedereen, op eigen wijze en in eigen situatie, zo’n megafoonfunctie vervullen. Waarom zouden we dat moeten uitbesteden aan welke politicus dan ook? Geeft de zetel extra geluidseffecten?
Kijk ook verder op de lijst. Quinsy Gario, nummer twee. Een landelijke beruchtheid sinds de Sinterklaasintocht van 2011, in Dordrecht. Toen stond hij samen met Jerry Afriyie in een T-sirt met ‘Zwarte Piet = Racisme’ er op. Hij werd grof gewelddadig gearresteerd, en de recente anti-Zwarte Pietbeweging was als het ware gelanceerd. Samen waren zij een enorme megafoon, zonder dat iemand ervoor naar een stembureau heeft gehoeven. Sinds die tijd is, door aanhoudende acties, de strijd tegen Zwarte Piet en de bijbehorende discussie, niet meer geluwd. Bij die acties hanteerden we megafoons. Maar niemand was de megafoon in parlementaire zin. De beruchtheid van het standpunt en de bekendheid van de belangrijkste woordvoerders, en het feit dat demonstranten zich door geen repressie en geen fascistische straatterreur de mond lieten snoeren, hielpen. Maar een parlementszetel als megafoon? Het ging uitstekend zonder.
Nog een voorbeeld, van dezelfde Bij1- kandidatenlijst: Gloria Wekker. Zij is een belangrijk en volstrekt ondergewaardeerd academicus. In 2016 verscheen van haar het boek White Innocence, in 2018 ook in het Nederlands uitgebracht als Witte Onschuld. Geen makkelijke, maar wel zeer nuttige kost voor wie wil beginnen te begrijpen waar racisme en antiracisme over gaat. Het boek deed stof opwaaien in de tijd dat het uit kwam. Er was flink wat aandacht voor, vaak hele negatieve maar toch. Haar boek speelde een rol in de discussie. Je kunt ook dat een soort megafoonfunctie noemen. Ze was een bekendheid, wegens dat boek dus. Voegt een Kamerlidmaatschap wat wezenlijks aan die megafoonfunctie toe? Iets dat alleen maar werkt als we ter stembus trekken? Of is de les niet eerder: lees dat boek, moedig andere mensen aan het te lezen, denk er samen over na en kijk hoe je er een antiracistische praktijk mede op fundeert?
En wat te denken van de plek van Jerry Afriyie in het publieke debat? Hij was in 2020 nogal eens in de media. Om de gezichtspunten van Kick Out Zwarte Piet naar voren te brengen. Om te belichten waarom ook in Nederland de strijd tegen racisme noodzakelijk was en geen uitstel duldde. Waarom kregen hij en ook andere antiracisten die aandacht?
Niet omdat hij Kamerlid was, want dat was hij niet. Ook niet omdat hij op een kandidatenlijst stond. Al helemaal niet omdat media uit de diepten van hun inzicht en de goedheid hunner harten een antiracistisch geluid wilden brengen. Hij kreeg die aandacht vanwege persoonlijke kwaliteiten als zegspersoon. Maar hij kreeg die aandacht vooral vanwege 15.000 Black Lives Matter-demonstranten op de Dam, en nog vele duizenden in veel andere steden in de weken erna. Daarom versnelde ook de kanteling waardoor Zwarte Piet op de weg naar de uitgang is gestuurd. Daar heb je een megafoon: tienduizenden kelen van antiracisten, zonder ook maar een enkele zetel in dat verdomde parlement.
Stemmen op Bij1 is dus niet vereist om antiracistische geluiden in het hart van de maatschappij te doen weerklinken. Stemmen op Bij1 is eerder een bekroning, een parlementaire vertaling van al de beargumenteerde en terechte luidruchtigheid van de antiracistische beweging. De beweging zelf wordt door die vertaling niet sterker, maar dreigt er zelfs juist extra door geïnstitutionaliseerd en ingekapseld te geraken. En voor die megafoonfunctie hoeven we onze zeggenschap dus niet aan oncontroleerbare vertegenwoordigers weg te geven, hoe tof ik kandidaten van Bij1 veelal ook vind.
En er is nog iets. Dat Raam van Overton bevat wat mij betreft niet alleen formele standpunten van links naar rechts. Het bevat ook standpunten over methoden van strijd. Wat binnen het Venster valt is: het accepteren van bezuinigingen, van een anti-vluchtelingenpolitiek waar deportatie en detentie deel van uitmaken, van een beleid dat auto’s, infrastructuur en bio-industrie faciliteert en aan klimaatbeleid nauwelijks meer dan lippendienst betuigt. Binnen het Raam valt echter ook de opvatting dat politiek een kwestie is van stemmen uitbrengen, petities indienen, hooguit af en toe een keurige optocht – o nee, een stilstaand protest, op stippen en achter dranghekken, met een maximum aantal deelnemers – is. Politiek is dus iets dat je uitbesteedt aan anderen, waarbij je eigen inbreng beperkt is tot stemmen, en tussendoor vriendelijk vragen of ze willen luisteren.
Dat Raam dient wat mij betreft te verschuiven, zodat ook wildere demonstraties en stakingen, sit-ins, bezettingsacties van gebouwen, het niet voldoen aan politiebevelen, allerhande hoogst ‘wanordelijke’ vormen van directe actie, sabotage, kraken, straatgevechten met de ME, ga zo maar door, weer binnen het brede bewustzijn van grotere groepen vallen als zijnde onder bepaalde omstandigheden acceptabel. Een Raam van Overton uit 1981 zou al die actievormen hebben omvat. Het huidige Raam niet meer. Waarom? Door nederlaag na nederlaag in de strijd, waardoor hardere en directe acties buiten beeld zijn geduwd en geslagen. Maar ook door het aanhoudend er door gevestigd links ingestampte politieke verhaal: kies linkse politici, die knappen op wat via directe actie niet is gelukt!
En vervolgens blijkt dat het die politici nog minder lukt, zeker als de druk van onderop is weggevallen. Zo is in Griekenland Syriza groot geworden, aan de regering gebracht door kiezers, om vervolgens voor Griekse en internationale kapitalisten te buigen echt het bezuinigingsbeleid uit te gaan voeren waarvan ze juist een einde had beloofd. Ik zie graag een situatie waarin dit soort gevestigd links weer druk van radicaal links voelt. Ik zie graag een situatie waarin directe actie van onderop, ook de hardere varianten, door veel grotere groepen weer als aanvaardbaar worden gezien. Dat bereik je niet door het uitbrengen van een stem, zelfs als die stem naar de meest radicaal-linkse club die een kans op een parlementszetel heeft gaat die Nederland sinds de aloude PSP uit de jaren vijftig tot en met de eerste helft van de jaren tachtig van de twintigste eeuw heeft gezien. Want dat is Bij1 wel, ere wie ere toe komt. Als ik geen antiparlementaire anarchist was, stemde ik er ongetwijfeld graag op. Maar ik ben nu eenmaal wel zo’n anarchist. Voor mij heeft dat consequenties, en ik schort mijn principes niet voor de duur van een verkiezingscampagne eventjes op.
Doel en middelen
Directe actie is de essentie van de vrijheidsstrijd. De kern van bevrijding is te allen tijde zelfbevrijding. Je kunt pleiten voor directe actie. Maar je kunt niet stemmen op directe actie. Dat maakt een stem op Bij1 voor deze kwestie al zo zinledig. Je kunt hooguit stemmen op mensen die directe actie goedkeuren, en ja, die zijn bij Bij1 te vinden. Directe actie gangbaar maken, zodat ze binnen dat venster vallen, kan echter maar op een manier: door directe actie te bedrijven en dat te beargumenteren. Zelf. Samen, ook als je soms in je eentje een daad stelt. Hameren op electoralisme, verkiezingsdeelname belangrijk maken of zelfs centraal stellen, trekt precies de aandacht weg van waar ik die aandacht wil zien: bij dat voor anarchisten onmisbare zelf-doen, samen-doen, van onderop.
En ik zie met lede ogen allerlei heel goede radicale activisten, ook anarchisten, die zich het leplazerus roepen om … directe acties te organiseren? Nee. Om een stem uit te brengen, en anderen daartoe oproepen, alsof de stembus het middelpunt van het politieke universum is. Zo krijgen we dat Raam van Overton niet in de richting van het acceptabel maken van directe en hardere acties. Zo versterken we juist de instellingen en werkwijze van de gevestigde politiek die we hopen te bestrijden.
Daarmee kom ik op een strategisch kernpunt. Ik denk ten diepste dat in de middelen die we als anarchisten gebruiken om een rechtvaardige, vrije, solidaire en duurzame wereld te krijgen, dat anarchistische doel al zichtbaar dient te zijn. Wat we nu doen dient vooruit te wijzen naar wat we later hopen te bereiken. In de middelen is het doel te herkennen, in de middelen is het doel al enigszins gevormd, geprefigureerd.
Dat doel is zelfbestuur van vrije gelijkwaardige samenwerkende mensen. Dat krijg je alleen als we… onszelf leren besturen, keer op keer. Dat vergt zelfbesturende activiteiten en organisatievormen, horizontaal georganiseerde actiecomités, assemblees, noem maar op, en geen politieke partijen en bureaucratisch bestuurde vakbonden en NGO’s. Iemand aanwijzen die namens jou bestuurt staat daar haaks op. Stemmen is iemand aanwijzen die namens jou bestuurt of wetten maakt. Stemmen staat daarmee haaks aan de noodzakelijke prefiguratieve aanpak van de vrijheidsstrijd.
Doel en middel zijn niet identiek. Maar middelen die in strijd zijn met het doel, brengen ons verder van dat doel af, omdat het middel bepaalde verhoudingen reproduceert die met het doel in tegenspraak zijn. Wie van hiërarchie af wil, kan maar beter geen hiërarchische organisatievormen hanteren, want daarmee hou je de hiërarchie in leven. Zo wennen mensen nooit aan niet-hiërarchische verhoudingen en praktijken. En alles wat energie wegzuigt van het benodigde zelf doen, samen doen, alles wat de nadruk legt op het aanwijzen van anderen om het werk te doen, is tegen deze achtergrond contraproductief. Het middel van verkiezingen in een vertegenwoordigend stelsel staat daarmee haaks op het doel van een zelfbesturende maatschappij. Het legt immers keer op keer het bestuur plechtig in handen van anderen.
Ik snap de redenering als mensen zeggen: ja, maar de strijd is zo zwak, de radicale bewegingen stellen zo weinig voor, om de schade te beperkingen horen we te gaan stemmen. Ik denk dat dit een wanhoopsgreep is die de zwakte van de bewegingen van onderop wel weerspiegelt, maar niet bestrijdt. Het beetje beschikbare energie weggeven aan de stembusstrijd zuigt precies het beetje energie weg dat we beter kunnen steken in het versterken van de strijd van onderop en de bijbehorende argumentatie. Dat is de meest dringende taak. Ik zie niet in waarom we die steeds uit zouden moeten stellen tot na weer een ronde deprimerende verkiezingen.
Aan die taak doet het opblazen van verkiezingsdeelname tot kerntaak echt afbreuk. En ik ben in mijn breuk met die aanpak maar liever consequent, consistent en compleet. Je kunt zeggen, ‘okay, directe actie is de kern, maar even je stem uitbrengen is toch best zinnig?’ Iets dat begint met ‘ga toch stemmen op partij X!’, overgaat in ‘roep je netwerk op om op partij X te gaan stemmen!’ en ‘voer campagne op partij X!’ kun je inderdaad halverwege doorbreken – door wel te stemmen maar de campagne te laten voor wat die is. Ik zie echter te vaak een glijdende schaal waarin stemmen geruisloos overgaat in campagne voeren voor die partij, en het radicaler actievoeren uitstellen of naar de zijlijn verplaatsen. Ik wil niet op die glijbaan om er vervolgens halverwege af te moeten klauteren. Ik kies ervoor om die hele dynamiek helemaal de pas af te snijden, door niet te gaan stemmen en bij deze luid en duidelijk te zeggen waarom ik het dus vertik. Ik zie jullie op de barricaden.
En dat Raam van Overton? Misschien moet daar dus gewoon eens een steen doorheen. Dat geeft pas ruimte. En het lucht op.
- Ook verschenen bij PeterStormt
- Uitgelichte afbeelding: By Pierre-Ambroise Richebourg – This file was donated to Wikimedia Commons as part of a project by the Metropolitan Museum of Art. See the Image and Data Resources Open Access Policy, Public Domain, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=5855217