Domweg (on)gelukkig in Bos en Lommer

800px-LHB_9G_809Het is meer dan dertig jaar geleden – voor een “onderzoeksbureau” hield ik straatenquêtes in een buurt die voor mijn gevoel altijd voorbij het behangpapier geweest is – de Amsterdamse wereld hield vreeswekkend op bij de Kostverlorenvaart/Schinkel, wat daarachter kwam was onherbergzaam. Ik heb geen enkele speciale bedoeling met deze opmerking: het was het grote onbekende, het verre, nieuwe westen – waar tramlijnen als 13, 17 en 27 ergens ver weg eindigden, waar ik bij de Sloterplas ooit de mysterieuze tramlijn 23 heb zien rijden, iets wat op geen enkele manier gedocumenteerd is – zo mysterieus is Amsterdam-West voorbij de Schinkel. Een groot volgebouwd Sloten dat geannexeerd is op verzoek van de armlastige ex-gemeente zelf (evenals Nieuwendam) en dat voor mijn gevoel er nooit bij gehoord heeft. Maar nogmaals: dat is het gevoel van een Oosterling die nooit daar gewoond heeft en er slechts vreeswekkende dingen als crematies, tandartsen en een kankerziekenhuis te bezoeken heeft gehad.

En dus dat marktonderzoek. Ik deed het werk met een jonge vrouw (ik mag geloof ik niet “meisje” zeggen, eigenlijk klinkt het ook corporaal nu ik er bij stilsta) die net zo min als ik iets ophad met marktonderzoek, maar er moet nu eenmaal brood op de plank. Het is als een soort spirituele ervaring in mij gegrift dat ik sta op het plein en haar in mij opneem, prettige verschijning in tweederde-lange broek (dat was toen nog niet tuttig, of is het dat alweer niet meer? ik heb zelf totaal geen last van negatief oordeel) en mij doorstroomd voelde met een geluksgevoel over mijn eigen vriendin. In mijn hoofd gingen de Temptations zingen.

Daarbij staat dan wel het beeld van collega in mijn geestesoog gebrand.
Een extatische ervaring, zo kan men zoiets noemen – het is minder bijzonder dan u wellicht denkt – je staat even buiten waar je staat terwijl je de werkelijkheid om je heen juist intens ervaart.

Wij deden marktonderzoek over wat men vond van de bladenman. De rondbrenger van (geïllustreerde) bladen, van Donald Duck tot Kijk!, van Panorama tot De Lach (of bestond dat blad nog wel toen? enfin, wat doet het er toe). Ik vraag mij af of de Bladenman intussen niet door de geprivatiseerde postbezorging is overgenomen.
Maar in de buurt waar wij het onderzoek moesten doen – Bos en Lommer dus – was vrijwel geen respondent te vinden die “een blad” las, laat staan dat men een oordeel had over hoe de Bladenman begroet moest worden.
Ik heb het op kantoor ter sprake gebracht: het gaat niet goed daar, als het op een drukke plaats moet, waarom niet bijvoorbeeld de Albert Cuypmarkt of het Buikslotermeerplein? Het antwoord was onthutsend: op die plaatsen kwamen te veel redelijk welvarende mensen en dat was niet de bedoeling.

Op zeker moment zijn wij een koffiehuis ingedoken en hebben wij in vrolijk onderling overleg zelf maar formulieren ingevuld. We waren het eens dat “Blij met de bladenman” nog de beste toekomstige reclamekreet was en dat die dus de meerderheid moest krijgen. Die heeft het ook gewonnen, of het door ons toedoen was zou ik niet durven denken. Niet dat de reclame veel gebruikt is.

Wat ik wil uitdrukken: als je een winkel hebt in Bos en Lommer, maakt niet uit wat de handel is – WEET je dan niet in wat voor buurt je werkt? (Wonen zal er wel niet bij zijn).
Hoe blind kun je zijn voor je omgeving – waarvan ik nog beklemtoon dat het mijn omgeving niet was, het was uiteraard niet de “armoede” die mij onbehaaglijk maakte, het is misschien wel het geknoei met de bebouwde ruimte die mij schrik aanjoeg als bewoner van niet al te brede straten. De illustratie roept die dreiging al op.
Ik begrijp in het geheel niet hoe het iemand kan ontgaan wat er in haar/zijn omgeving gaande is en dat deze wereldvreemdheid nog wereldkundig gemaakt moet worden ook. Zijn er dan echt (op zijn minst) twee Nederlanden die volledig langs elkaar heen leven?

(De vriendin over wie ik mij in Bos en Lommer even intens gelukkig voelde maakte het kort daarna uit – daarom heb ik niet de titel gekozen evenwel).

4 gedachten over “Domweg (on)gelukkig in Bos en Lommer”

  1. Mooi stuk.
    “Ik begrijp in het geheel niet hoe het iemand kan ontgaan wat er in haar/zijn omgeving gaande is en dat deze wereldvreemdheid nog wereldkundig gemaakt moet worden ook. Zijn er dan echt (op zijn minst) twee Nederlanden die volledig langs elkaar heen leven? ”
    De neiging tot struisvolgel spelen is een zeer hardnekkige, moeilijk uitroeibare gewoonte denk ik wel eens.
    Met dank aan de sheeple-media onder ander, aan een politiek partij die in de jaren 80 al blêrde ‘lekker jezelf zijn’….
    Afijn, niet willen weten is ook een keuze….

  2. Het type is mij welbekend. Het is helemaal niet nieuw.

    In de jaren zeventig was ik lid van de PvdA en Rooie Vrouwen. In de plaats waar ik toen woonde had ook een linkse columniste haar woonstee. Ik ben vergeten welke. Uiteraard had zij voor haar lokale afdeling geen tijd. Wie er wel waren? Welgestelde goedopgeleide vrouwen, die na de bijeenkomst genoeglijk keuvelden over het onderhoud van het parket en aanpalende zaken van importantie. Als student dacht ik toen nog dat het persoonlijke politiek was dus ik droop uiteindelijk teleurgesteld af en keerde terug naar de SP, mijn eerste liefde. Lid van een partij ben ik overigens nooit meer geworden.

    De VARA. Daar was ik ook lid van geworden. Ik heb dat 25 jaar volgehouden en ben begin dit jaar afgehaakt na de kaviaaraflevering met ingevlogen sterrenkok bij DWDD. Maar begin jaren tachtig verkondigde Sonja Barend al tegen een gast: “Maar u krijgt toch ook een huis (de wachttijd in mijn stad was toen 10 jaar) en als u dat niet kunt betalen krijgt u toch ook huursubsidie (die was toen net gemillimeterd)?” Geen idee had de coryfee, die in haar afschuw van het discrimenerende betoog dat de man hield (“Die allochtonen krijgen wel een huis en ik moet jaren wachten”) haar volslagen onbekendheid met de situatie etaleerde.

    Nu zie ik het terug in de boven mij gestelden. Je studeert, hebt idealen, houdt die vast maar komt maatschappelijk al snel terecht in de bovenklasse. Je raakt het contact kwijt, maar in je hoofd blijf je links en dat kun je je ook makkelijk veroorloven want er zit voldoende speling in je budget om in te leveren zonder noemenswaardige afkalvingen in je bestedingspatroon. Het gaat sluipend en ongemerkt denk ik, en ik noem het kopen van het gevoel goed te zijn. Ik zie dat de maatschappelijke afstand tot ‘gewone’ mensen een enorm omgemak in de omgang met zich meebrenft en een uitgebreid palet aan oordelen. Zo kun je heel makkelijk vinden dat je personeel op de fiets moet komen als je zelf om de hoek in een villawijk woont en gezond bent. Oordelen over de levensstijl komen voorbij en natuurlijk werk je van harte mee aan het flexibiliseren van de arbeid. Dat is je báán. De linkse idealen komen tot uiting in roerende kersttoespraken op beleidsniveau waarop mijn bittere commentaar was dat er in een straal van 50 meter nog voldoende te verbeteren viel. Pogingen vanuit de OR, bijvoorbeeld, om het personeelsbeleid aan de orde te stellen ketsten af op een muur waarop stond “Hier herken ik mij niet in.” Ik bespeur het bij mezelf ook in enige mate, hoewel ik niet tot dergelijke hoogten ben gestegen. Ik woon burgerlijk, in een ‘starters’-rijtjeskoophuis. Niks aan de hand. Door sites als Krapuul blijf je toch op de hoogte van de stand der beschaving. Leuk is dat niet. Als je het wil zien zie je verder ook de omstandigheden van de laagstbetaalde parttimers om je heen, die dan bijvoorbeeld door sloop in hun wijk zich moeten vervoegen bij een onbetaalbaar nieuwbouwappartement. Dan ga je er in een klap honderden euro’s op achteruit. Ik durf rustig te zeggen dat ook de laagste ambtenarenschalen, met name door het verdwijnen van betaalbare woningen en de prijs van de zorg, zeker voor een alleenstaande niet meer genoeg zijn om normaal, dat wil zeggen zonder slapeloze nachten, van rond te komen. Dat is wat ik hoor, en als ik zie hoeveel het is, dan geloof ik het ook.

    Hoe dan ook. Ik was aanvankelijk van mening dat voor de burgertrut die ze is, Monique Burger behoorlijk haar nek uitstak. Ik denk dat ik dat vond omdat ik dadelijk haar vertrekpunt herkende. En omdat ik niet het idee had dat ze het kwaad bedoelde. Maar als je het objectief bekijkt is het natuurlijk verschrikkelijk.En, naar ik vrees, al tientallen jaren gaande bij PvdA en VARA.

  3. #2 hier kan ik me in vinden;
    zou Samsom enig idee hebben hoe het leven is van mensen met een salaris(werkers dus) of uitkeringen op minimum nivo???
    (Wat Rutte betreft weet ik het antwoord al)

  4. @3, Dat interesseert Diederikje Samsom wiens kinderen bepalen hoe hij politiek bedrijft en voor wie mensen ‘uitruilthema’s’ zijn (een gruwlijk woord dat zo uit het jargon van de Nazi’s met betrekking tot de Holocaust zou hebben kunnen komen) geen fuck. Zijn toekomst bij één of andere criminele financiële instelling (pleonasme) is vast al lang verzekerd. Dat zwijn zal nooit van zijn leven armoede zien.

Reacties zijn gesloten.