2020 was ook geen eenvoudig jaar voor wie zich bezighoudt met de bescherming van tropische regenwouden. Wat zit er in het verschiet voor 2021? Hier zijn 11 zaken om in de gaten te houden.
1. Herstel na covid
De pandemie zorgde ook voor ongelooflijke uitdagingen voor het natuurbehoud. Zo viel het ecotoerisme in duigen, en daarmee ook modellen voor levensonderhoud die daarvan afhangen. Het bracht niet alleen lokale gemeenschappen in de problemen maar ook onderzoekers en leidde ertoe dat ngo’s zich moesten terugtrekken uit verschillende projecten.
Ontbossing werd weer aangewakkerd en de aandacht werd afgeleid van milieuwetgeving. Maatregelen om het economisch herstel weer op gang te brengen, maakten de situatie op sommige plaatsen erger. In Peru kwamen er zo fondsen terecht bij bedrijven die betrokken zijn bij illegale houtkap, Indonesië heeft een dereguleringswet en andere programma’s aangenomen die tot grootschalige ontbossing voor oliepalmplantages en kolenmijnen kunnen leiden. Landen van Brazilië tot Cambodja hebben een oogje dichtgeknepen voor illegale boskap. Als onderdeel van hun herstelprogramma’s zetten verschillende tropische landen potentieel destructieve grootschalige infrastructuurprojecten in, terwijl ze tegelijkertijd het toezicht op de naleving van milieumaatregelen wat versoepelen.
Natuurbeschermers zien het echter niet allemaal zwart in. Uit een aantal rapporten uit 2020 blijkt immers dat het herstel na covid ook een unieke kans wordt genoemd om af te stappen van ecologisch destructieve business-as-usual-praktijken. Er is ook momentum gecreëerd voor de transitie weg van fossiele brandstoffen, investeringen in bescherming en behoud van natuur en het werken aan een meer rechtvaardige samenleving voor mens en planeet.
In 2021 verwachten we een spanningsveld tussen deze twee concurrerende benaderingen, terwijl landen worstelen met hun herstel uit de gezondheidscrisis. Ook macro-economische factoren kunnen daarop hun stempel drukken: denk maar aan de zwakkere dollar, de terugval van remittances, geldtransfers naar tropische door migranten in het buitenland, en inflatie. De pandemie veroorzaakte ook een grote uitstroom van stedelingen naar de landelijke gebieden. Dit kan een tijdelijk fenomeen zijn, maar als dat niet het geval is, zijn er mogelijk gevolgen voor ontbossing in het kader van familielandbouw.
2. Machtsoverdracht in de VS
Donald Trump trok de Verenigde Staten terug uit het Klimaatakkoord van Parijs en zette Amerika op die manier buitenspel wat betreft gezamenlijke inspanningen om de milieu-uitdagingen aan te pakken. Zijn regering ondermijnde ook milieubeleid, van de bescherming van bedreigde diersoorten tot het beheer van natuurgebieden, ontkende actief de klimaatverandering en moedigde autoritaire regimes aan die zich richtten op milieuactivisten en journalisten.
Nu Joe Biden belooft om het klimaat centraal te stellen in zijn beleid, kijken we uit naar een reset van de Verenigde Staten. Dit kan zich vertalen in ambitieuzere Amerikaanse klimaat- en biodiversiteitsdoelstellingen op het internationale toneel, sterker milieubeleid in eigen land, leiderschap in groene economische ontwikkeling en meer steun in het buitenland voor natuurbehoud.
3. Ontbossing in Indonesië
Vanuit beleidsoogpunt was 2020 een rampzalig jaar voor de bossen in Indonesië. De nieuwe wet die in oktober werd aangenomen, heeft verschillende belangrijke beschermingsmaatregelen voor Indonesische bossen geschrapt. De veranderingen lijken een zegen te zijn voor de palmolie- en mijnsector.
De regering ging ook verder met twee initiatieven die ontbossing voor enkele decennia zouden kunnen blijven aanzwengelen: een voedselprogramma en een mandaat voor biobrandstoffen, die samen de omzetting van miljoenen hectaren bossen en veengebieden in plantages zouden kunnen stimuleren.
Critici vrezen dat het voedselprogramma een terugkeer kan betekenen naar gemilitariseerde industriële landbouw- en bosbouwactiviteiten ten koste van de lokale gemeenschappen en het milieu. Het mandaat voor biobrandstoffen kan volgens hen de aanleg van nieuwe oliepalmplantages betekenen ter grootte van een vijfde van Borneo. Het mandaat voor biodiesel kan een enorme vraag naar palmolie creëren zonder te voldoen aan internationale normen rond ontbossingsbeleid en importbeperkingen die door de Europese Unie zijn opgelegd. De grootste impact van deze programma’s wordt verwacht voor Papoea, waar uitgestrekte oerbossen gepland staan om te worden gekapt en omgezet in plantages.
4. Brazilië
In 2019/2020 werd 11.000 vierkante kilometer ontbost in het Braziliaanse Amazonegebied, het hoogste niveau sinds 2008. Nog erger voor de Braziliaanse bossen is dat de regering-Bolsonaro de basis legde voor nieuwe infrastructuurprojecten die ontbossing vereisen, het toezicht op en het beheer van natuurlijke hulpbronnen beperkte en milieuwetten ontmantelde.
Dat gezegd zijnde, zijn er ook de gegevens van het Braziliaanse National Space Research Institute (INPE): die tonen een vertraging aan van de ontbossing in het laatste deel van 2020 ten opzichte van 2019 (Imazon, een onafhankelijke ngo, beweerde echter het tegenovergestelde). Niettemin is de trend van ontbossing en bosbranden in de Amazone onheilspellend.
5. La Niña
La Niña, het klimaatpatroon dat de koudere tegenhanger is van El Niño, zal naar verwachting tot ver in 2021 van invloed zijn.
La Niña wordt doorgaans geassocieerd met meer regenval in Indonesië en een groot deel van het Braziliaanse Amazonegebied, waardoor het risico op branden en droogte wordt verminderd. Dit kan mogelijk een deel van de schade maskeren die wordt aangericht door het overheidsbeleid in die twee landen.
6. Destabilisatie van tropische bossen
Wetenschappers waarschuwen al jaren dat de Amazone een kritiek kantelpunt nadert waarbij grote delen van de vegetatie van het regenwoud kunnen verschuiven naar drogere bossen of zelfs savanne als gevolg van de combinatie van klimaatverandering, ontbossing en bosdegradatie. In 2020 waren er meer aanwijzingen dat deze overgang al aan de gang is, waarbij de regio te maken kreeg met wijdverspreide droogte en bijhorende soorten en een toenemende incidentie van brand. Ook in het Congobekken en delen van Zuidoost-Azië zijn droogtetrends waargenomen.
Zoals hierboven reeds vermeld, zal La Niña in 2021 meer regen brengen wat sommige van deze effecten misschien wat zal compenseren. Maar kijk uit naar wetenschappers die meer onderzoek publiceren over deze trends in 2019.
7. CO2-komsten van overheden
De regeringen van Zwitserland en Peru hebben in oktober 2020 een CO2-compensatieovereenkomst ondertekend op grond van artikel 6 van de Klimaatovereenkomst van Parijs. Zwitserland krijgt koolstofkredieten voor de financiering van duurzame ontwikkelingsprojecten die de uitstoot van broeikasgassen in de Zuid-Amerikaanse natie moeten doen dalen. Noorwegen verhoogde in november het tarief dat het betaalt aan tropische landen om regenwouden te beschermen.
Naar verwachting komen er in 2021 meer van dit soort overeenkomsten tussen regeringen, maar ook zal de kritiek stijgen van actoren die bezwaar maken tegen koolstofcompensaties en ‘marktgebaseerde benaderingen’ voor bosbehoud.
8. Satellietbeelden van regenwouden
Door de technologische vooruitgang was bosmonitoring in 2020 grondiger dan ooit tevoren. Desalniettemin is er nog steeds sprake van een trage verwerking die maakt dat we nog geen duidelijk en volledig beeld hebben van het verlies aan bossen in 2020 ten opzichte van 2019. We verwachten de cijfers het eerste of tweede kwartaal van 2021.
De tijdige aanlevering en de kwaliteit van satellietgegevens zouden in 2021 ook een boost moeten krijgen na de Noorse injectie in drie technologiegroepen voor satellietmonitoring: Kongsberg Satellite Services, Planet en Airbus. Zij zullen voorzien in gratis toegang tot satellietbeelden met hoge resolutie van de tropen.
9. Meer bedrijven nemen bossen mee in de besluitvorming
Vrijwillige verbintenissen over een ontbossingsstop namen in de jaren 2010 een vlucht, maar een analyse die in 2020 door ZSL werd gepubliceerd, gaf aan dat bedrijven ver achterlopen met de implementatie van wat ze hebben beloofd. In 2021 zullen we een verschuiving zien van de eerdere vrijwillige inspanningen naar een naleving die door de overheid wordt opgelegd.
De basis voor dergelijke ontwikkelingen werd gelegd in 2020. De Britse regering heeft een wet uitgevaardigd die het voor grote bedrijven die in het land actief zijn, illegaal maakt om grondstoffen te gebruiken die zijn geproduceerd in een land waar illegaal wordt ontbost. Frankrijk, dat in 2019 beloofde te stoppen met de ‘import van ontbossing’ tegen 2030 en kondigde alvast aan dat het van plan is te stoppen met de import van soja uit Brazilië. In een referendum in november wezen kiezers in Zwitserland het Responsible Business Initiative ternauwernood af, dat Zwitserse bedrijven – denk aan Nestlé of Glencore – financieel en wettelijk aansprakelijk zou hebben gehouden voor mensenrechtenschendingen of milieuschade, waar het zich ook voordoet.
Zelfs de regering-Trump is vorig jaar begonnen met het bekijken van kwesties die verband houden met risicomateriaal uit bossen. Op 30 december 2020 is de Amerikaanse douane begonnen met het inhouden van palmolieproducten die zijn geproduceerd door de Maleisische palmoliegigant Sime Darby vanwege beschuldigingen inzake dwangarbeid op zijn plantages.
Deze ontwikkelingen veroorzaken soms spanningen tussen handelspartners.
Vorig jaar was er sprake van ruzie tussen de Franse president Emmanuel Macron en de Braziliaanse president Jair Bolsonaro over ontbossing en bosbranden in de Amazone. Maleisië en Indonesië doen de afgelopen jaren verbeten aan lobbywerk bij de E.U. om biodiesel uit palmolie te laten meetellen voor de normen voor hernieuwbare brandstoffen. Zowel Maleisië als Indonesië werken er nu aan om het verlies van die markt te boven te komen door de nationale mandaten voor biobrandstoffen op te schalen. Die zullen naar verwachting een grote vraag naar palmolie stimuleren die niet hoeft te voldoen aan de Europese overheidsnormen.
10. Milieubeschermers onder druk
2020 was een bijzonder slecht jaar voor milieuactivisten, van wie honderden werden bedreigd en zelfs gedood in landen over de hele wereld. Er zijn weinig aanwijzingen dat de situatie in 2021 sterk zal verbeteren, gezien de mate waarin de coronapandemie de vastberadenheid en het vermogen van autoritaire regimes en repressieve regeringen heeft versterkt om afwijkende meningen aan te pakken. Maar toch is het een lichtpunt dat elf landen in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied nu de Escazú-overeenkomst hebben ondertekend en het verdrag dat milieubescherming koppelt aan mensenrechten in deze regio, en dat begin dit jaar in werking treedt.
11. Internationaal overleg terug op de rails?
De pandemie heeft een steeds groter wordende bubbel van uitgestelde internationale meetings rond milieu, klimaat en biodiversiteit veroorzaakt die gepland stonden in 2020. We leven ondertussen in een Zoom-wereld, maar verder is het toch vooral afhankelijk van de uitrol van de vaccinnatieschema’s van de verschillende landen of er daadwerkelijk persoonlijk overleg mogelijk zal zijn in 2021.
– IPS-bericht, oorspronkelijk verschenen bij De Wereld Morgen