De automobiel als (massa)moordwapen – het is niets nieuws. Ik bedoel dan niet de dekmantel of het middel van zogeheten terroristen, van de Parijse Autobandieten die voor anarchist doorgaan tot en met degene die op wellicht de beroemdste promenade van Europa mensen doodrijdt of zwaargewond maakt.
De automobiel heeft benzine nodig. Benzine wordt gemaakt van aardolie. Aardolie wordt gewonnen in Arabië, Irak, Iran, Libië, Nigeria, Angola, Venezuela, de Verenigde Staten, Rusland – om de landen met de grootste productie even te noemen. De aanslag op “het milieu” ter plaatse, alle levende wezens inclusief mensen, moet die genoemd worden? De bijdrage aan het broeikaseffect? De verwoesting van steden die dit zo handige vervoermiddel met zich meebrengt?
Het opmerkelijkste wat ik in verband met auto’s heb gelezen de laatste tijd is juist dat die dingen aanzienlijk minder massamoord plegen dan nog niet zo lang geleden. De insecten die tegen de voorruit of de bumpers tot moes worden zijn aan het opraken. Het is een bijzonder stompzinnige reactie daarover de schouders op te halen of zelfs blij te zijn, want met-insecten-heb-ik-niks (tenzij u hipster genoeg bent om ze als knabbel aan de bar te bestellen). Ik ga er geen dubieus de laatste jaren opgekomen citaat van Einstein – is hij nu echt de enige Geleerde die bij de niet-geleerden gezag inboezemt? – tegen aan gooien.
Maar ook zonder dat ze worden doodgereden is er verband tussen het autootje en het insectensterven, dat deel uitmaakt van het Grote Uitsterven dat aan de gang is.
Het zijn merkwaardige treffens, die bijeenkomsten van het Anarchist Studies Network, niet alleen maar zeker ook de aparte club Academics and Students Interested In Religious Anarchism. De blik op het anarchisme verruimt tot zeventiende-eeuwse geestelijke-pamflettenschrijvers, Portugese mystici en middeleeuwse begijnen in de Nederlanden.
In het voorbijgaan stel ik Paul Cudenec de vraag of hij het met mij eens is dat een rivier een ziel heeft. Hij zegt niet meteen “ja” maar lang nadenken voor het bevestigend antwoord is ook niet nodig.
Ik ben blij dit antwoord ook terug te zien in zijn nieuwste boek, The Green One.
Een gemeenschappelijke liefde tussen hem en mij is bijvoorbeeld ook Eugène Marais, die zich verdiept heeft in het maatschappelijk leven van termieten en bavianen, om de conclusie mogelijk te maken dat mens en dier niet zo ver van elkaar staan als de schoolse wetenschap het graag wil. En dat een samenleving een ziel heeft, wat verder niets te maken heeft met wat nationalisten of zogenaamde patriotten er mee bedoelen.
Marais, getraumatiseerd door de oorlog en het plagiaat van Maeterlinck.
Diep Rivier in de reprise.
Uit de diepten die de dieptepsychologie en de bijbehorende studie van geloven (ik wil nog net wel religies zeggen, maar niet “godsdiensten” die immers hiërarchisch georganiseerd zijn) heeft Paul de verschijningen van de Groene Gestalte naar boven gehaald. De Groene Gestalte die de verbondenheid van de mens met de aarde en al het leven en het niet-leven uitdrukt. De Groene Gestalte (The Green One kan ik niet zomaar als De Groene vertalen, want dat is nu eenmaal een weekblad). Zijn evocatie doet denken aan de mystieke ervaringen die Martin Buber beschrijft in Extatische getuigenissen. Een fragment eruit heb ik hier vertaald. Groene Gestalte en Groene Verschijning zijn voor mij gelijk.
Een Groene Verschijning is de man in dit filmpje over het riviereiland Majuli, waar hij het verhaal van Jean Giono tot levende werkelijkheid maakt.
Of de tijgers, neushoorns en olifanten nu echt terug zijn – het zou een wonder zijn. Maar wonderen moet je juist van de Groene Gestalte verwachten.
Paul zou geen spiritueel anarchist zijn (de term komt van onze makker Peter Marshall, schrijver van Demanding the impossible) als hij niet ook het anarchisme als deel van de Groene Gestalte zou aanmerken. Hij noemt Proudhon, Malatesta, Emile Henry (daar ben ik niet blij mee), Goldman, Woodcock, Read. Los tussendoor ook wel Kropotkin en Bakoenin.
Ik ga er geen andere/meer namen tegenaangooien. De Groene Gestalte zegt:
Ik ben zowel de anarchie als de voorwaarde voor harmonie in samenwerking waarin je bestemd bent te leven als de kracht van gerechtigheid die nodig is om deze harmonie te herstellen in een maatschappij gebroken door hebzucht, uitbuiting en geweld.
– Paul Cudenec, The Green One. Sussex: Winter Oak Press, 2017. 197p. Bestel het hier.