Ze verschijnen nog één keer. Meestal onder een wolk van loftuitingen. In memoriam. Over de doden, u weet wel. Oude helden. Maar dan niet zo vermoeiend ‘voor altijd jong’ met Mathijs van Nieuwkerk die de bejaarde helden op tenenkrommende wijze een televisietraan probeert te ontlokken.
Zo gek had ie Rinus niet gekregen. Rinus Ferdinandusse. Want in mijn herinnering had Ferdinandusse een broertje dood aan hol sentimenteel gezever zoals dat in deze eeuw per strekkende meter vanaf de treurbuis wordt uitgevent. Rinus kwam uit de vorige eeuw. Waar hij een verschil maakte. En dat zou genoeg moeten zijn.
Het zal de komende week een beetje Rinus regenen. Over zijn veelzijdige schrijverschap en natuurlijk zijn hoofdredactionele werk bij Vrij Nederland waar onder zijn bewind premier Ruud Lubbers werd aangepakt over diens belangenverstrengeling met familiebedrijf Hollandia Kloos. Ouwe school onderzoeksjournalistiek. Lubbers kon hem wel wurgen.
Koop deze week in vredesnaam Vrij Nederland want daar slijpen ze natuurlijk al jaren aan zijn nagedachtenis. Ik ga hier dus geen enkele poging doen u te vermoeien met handig opgediste biografische Wikipedia. Dat is zó deze eeuw. Dat is in ieder geval niet Rinus.
Was het dan zoveel beter in zijn tijd, vraag ik me af terwijl ik naar zijn foto staar. (De genoemde foto ziet u hier). Geen computer. Een schrijfmachine. Een wanordelijke stapel dossiers. Opgestroopte mouwen. Kom maar op, lees ik zijn ogen. We laten ons geen rad voor ogen draaien. Niet weer. Het waren barre tijden. De publieke sector stond op het punt uitgebeend en afgedankt te worden door de McKinsey’s van deze wereld. Banen en uitkeringen stonden voortdurend onder druk. Maar Rinus en de zijnen lieten zich niet opzijzetten. Daar kon je op rekenen. Ach, uiteindelijk slokt de tijd ons allemaal op.
Hij heeft het nog meegekregen, denk ik. De bruine debilisering van Nederland. De opkomst van de alleshaters, de fascisten en het weerzien met de kluit Nederlanders die alles wat niet ‘gewoon’ is in verstikkende stilte afkeurt. De zwijgende meerderheid die hun democratische plicht verzuimt door in het stemhokje bruin gif uit het rode potloodje te laten lopen. Ons land heeft opgescheept met een generatie parasitaire politici die hun mandaat als verdienmodel misbruiken en niets beters te doen hebben dan stinkende olie op de walmende vlammen te smijten. Sluit de grenzen. Kom in verzet. Hang de fucking vlag ondersteboven.
Alles verdwijnt in die voortrazende gehaktmolen van infotainment aan dagelijkse babbeltafels waar nitwits en druiloren rondhangen die bij het Vrij Nederland van Rinus nog geen koffie hadden mogen zetten. In die zin was het gewoon een betere tijd. Een beetje dankzij mensen als Rinus.
En misschien een beetje omdat informatie ons met het aantal aanslagen per minuut op Rinus’ typemachine bereikte. Die machine is nu definitief stilgevallen. De dossiers verdwijnen onder het stof. Zijn foto vervaagt, draait weg op een Twitter tijdlijn. Heel even nog kijk ik hem in de ogen en denk over de vonk die hem voortdreef. Die hou ik voorlopig even bij me.