Terwijl de wereld worstelt met de huidige corona-pandemie dreigt een nieuwe crisis. De rijkste 1 procent van de wereldbevolking is verantwoordelijk voor meer dan twee keer zoveel CO2-uitstoot als de 3,1 miljard armste mensen. Dit geldt voor de periode van ongekende emissiegroei tussen 1990 en 2015. Dit blijkt uit nieuw Oxfam onderzoek dat vandaag aan het begin van de VN-klimaatweek gepubliceerd wordt.
In het nieuwe Oxfam-rapport ‘Confronting Carbon Inequality’, in samenwerking met het Stockholm Environment Institute, zijn de consumptie-emissies van verschillende inkomensgroepen tussen 1990 en 2015 onderzocht. In deze periode van 25 jaar zijn de wereldwijde jaarlijkse koolstofemissies meer dan verdubbeld. Uit het rapport komt naar voren dat:
- De rijkste 10 procent, ongeveer 630 miljoen mensen wereldwijd, is verantwoordelijk voor 52 procent van de CO2-emissies tussen 1990 en 2015. De rijkste 1 procent, ongeveer 63 miljoen mensen, is verantwoordelijk voor 15 procent van de uitstoot tijdens deze periode. Voor de armste helft van de mensheid is dat slechts 7 procent.
- Gedurende deze periode verbruikte de rijkste 10 procent een derde van ons resterende wereldwijde koolstofbudget, terwijl de armste helft van de bevolking maar 4 procent voor haar rekening nam. Het koolstofbudget is de hoeveelheid kooldioxide die aan de atmosfeer kan worden toegevoegd zonder dat de mondiale temperatuur toeneemt met meer dan 1,5°C. Dit is het doel van het Parijse Klimaatakkoord uit 2015 om zo de ergste gevolgen van klimaatverandering te voorkomen.
- De jaarlijkse CO2-uitstoot is tussen 1990 en 2015 met 60 procent gestegen. De rijkste 5 procent is verantwoordelijk voor meer dan een derde (37 procent) van deze groei. De totale emissietoename van de rijkste 1 procent was drie keer zo groot als die van de armste 50 procent.
Bertram Zagema, Oxfam Novib klimaatexpert: “Decennia van overheidsbeleid gericht op eindeloze economische groei hebben ons aan de rand van een klimaatramp gebracht. Terwijl de overconsumptie van een rijke minderheid de klimaatcrisis verder aanwakkert zijn het vooral de armsten in ontwikkelingslanden die de prijs betalen.”
De CO2-emissies daalden sterk tijdens de wereldwijde corona lockdown-maatregelen maar stijgen weer snel nu de beperkingen worden versoepeld. Als de uitstoot niet jaar na jaar gaat dalen maar de trend hetzelfde blijft dan zal het mondiale koolstofbudget van 1,5oC tegen 2030 zijn opgebruikt.
In 2020 is de aarde nog ‘slechts’ met 1 graad Celsius opgewarmd, maar zorgt klimaatverandering al voor dodelijke cyclonen in India en Bangladesh, teisteren enorme sprinkhanenzwermen Afrika en richten hevige hittegolven en bosbranden in Australië en de VS veel schade aan. Iedereen heeft hier mee te maken maar het zijn vooral de armste en meest gemarginaliseerde mensen die het hardst worden getroffen.
‘Confronting Carbon Inequality’ schat dat de rijkste 10 procent hun jaarlijkse CO2-uitstoot met meer dan negentig procent moeten verminderen in de komende tien jaar om te voorkomen dat de mondiale temperatuur stijgt tot boven de 1,5 Celsius. Regeringen kunnen zowel de klimaatcrisis als de extreme ongelijkheid tegelijkertijd aanpakken, door de emissies van de rijksten aan te pakken en te investeren in arme en kwetsbare groepen. Uit een recent onderzoek blijkt dat de rijkste 10 procent van de huishoudens bijna de helft (45 procent) van alle energie voor vervoer over land en driekwart (ongeveer 75 procent) van alle energie voor luchtvaart voor haar rekening neemt. Transportemissies zijn momenteel goed voor ongeveer een kwart van de wereldwijde emissies.
Zagema: “Het Oxfam rapport laat zien dat klimaatverandering een probleem is van ongelijkheid. De grootste veroorzakers, waartoe de meesten van ons in Nederland behoren, hebben de grootste verantwoordelijkheid om het aan te pakken. En dat kan ook prima. Overheden moeten ophouden van crisis naar catastrofe te hobbelen. Zij hebben een unieke kans om onze economieën te veranderen en een betere toekomst voor ons allemaal op te bouwen. Daarom moeten ze harde eisen stellen aan corona-steunpakketten voor bedrijven, waaronder het terugdringen van de CO2-uitstoot. Door inkomsten uit belastingen op onder meer CO2 te investeren in koolstofarme sectoren zoals gezondheidszorg, openbaar vervoer, duurzame energie en meer energie-efficiënte productie, worden banen gecreëerd, emissies verminderd en armoede en economische ongelijkheid aangepakt.”
Op dit moment is ongeveer de helft van de uitstoot van de mondiale rijkste 10 procent – mensen met een inkomen van meer dan $ 38.000 – afkomstig van burgers in de VS en de EU en ongeveer een vijfde van burgers in China en India. Meer dan een derde van de uitstoot van de rijkste 1 procent – mensen met een inkomen van meer dan $ 109.000 – wordt veroorzaakt doorburgers in de VS, gevolgd door het Midden-Oosten en China.
Het onderzoek is gebaseerd op schattingen van verbruiksemissies, d.w.z. emissies gekoppeld aan de consumptie van goederen en diensten binnen een land, inclusief emissies die zijn verwerkt in import en exclusief emissies die zijn verwerkt in export. De nationale consumptie-emissies werden verdeeld over individuele huishoudens op basis van de nieuwste datasets voor inkomensverdeling. Het onderzoek veronderstelt, op basis van talrijke studies, dat emissies stijgen naar rato van het inkomen, althans boven een minimumemissievloer en tot een maximumemissieplafond.
De schattingen van de nationale consumptie door huishoudens – voor 117 landen van 1990 tot 2015 – worden vervolgens gesorteerd in een wereldwijde verdeling naar inkomen. Meer details over de methodologie zijn beschikbaar in het onderzoeksrapport.
– Het volledige onderzoeksrapport
– Persbericht van OxfamNOVIB