Californië: de vlammen van het kapitaal

Grote branden grijpen om zich heen in de Amerikaanse staat Californië. Bossen, maar ook woningen, verdwijnen in de vlammen. Telkens ontstaan nieuwe brandhaarden. Ettelijke duizenden brandweerlieden doen hun best. Vele tienduizenden mensen zijn al geëvacueerd. Het is een cliché maar ik schrijf het toch: het zijn apocalyptische taferelen, mensen die hun dagelijks leven proberen te leiden met de rook en de vlammen op de achtergrond.

Het zijn ook taferelen die de acute ernst van de klimaatramp nog eens in het bewustzijn prenten – of die dat maar beter alsnog kunnen doen. Ja, bosbranden zijn er in Californië wel vaker. Maar ze nemen toe. Oorzaak van die toename is het klimaat dat snel verandert. Michael E. Mann noemt een paar dingen. ‘Klimaatverandering heeft in de westelijke VS tot een gemiddelde temperatuurstijging van 2 graden geleid, en dit maakt branden erger door verhitting van het land en verdroging van het landschap. Als de grond is verschroeid en de planten zijn droog, dan is het veel makkelijker voor vuur om zich verder en sneller te verspreiden.’

Dat zien we dan ook: ‘De frequentie van natuurbranden (zo vertaal ik nu het Engelse ‘wildfire’; natuurlijk zijn dit niet echt natuurbranden, zie verderop, PS) is verviervoudigd sinds de jaren 1980, en het brandseizoen is met meer dan twee maanden verlengd. Deze veranderingen zijn grotendeels gekoppeld aan hogere temperaturen en het eerder smelten van de sneeuw. Beide ingrediënten (warmere temperaturen en eerder smelten van de sneeuw) worden op hun beurt rechtstreeks toegeschreven aan klimaatverandering.’(1) ‘Our house is on fire’, zie je wel eens op spandoeken van klimaatdemonstranten. In Californië zien we wat dat kan betekenen.

De gevolgen zijn dramatisch, en zeer ongelijk verdeeld. Mensen worden geëvacueerd of wachten dat niet af en slaan zelf op de vlucht. Negenduizend alleen al in de buurt van Los Angeles. In Noord-Californië werden 190.000 mensen geëvacueerd, een aantal dat inmiddels met 60.000 is afgenomen. In Sonora heeft het vuur 94 woningen verwoest maar liepen nog eens 90.000 constructies, vooral ook woningen, gevaar. (2)

Dat zijn cijfers, bijna net zo droog als het ontvlambare Californische landschap. Achter die cijfers gaan tragedies schuil, waarbij arme mensen veel en veel zwaarder getroffen worden dan rijke. Nee, de vlammen zelf maken geen onderscheid, verslinden de woningen van rijk en arm met hetzelfde gretige enthousiasme en betrachten in de klassenstrijd doorgaans een strikte neutraliteit. Maar dat geldt niet voor de gevolgen. Niet iedereen heeft bijvoorbeeld evenveel vrijheid om tijdig te vluchten. Dagloners, landarbeiders en dergelijken blijven aan het werk, ook in gebied waar het brandgevaar nabij is en opdracht tot evacuatie is gegeven.

Maegan Ortiz, directeur van een onderwijsinstelling in zuidelijk Californië, legt uit. ‘Niet werken betekent geen geld hebben voor medicijnen voor een chronische ziekte. Niet werken betekent geen geld hebben voor eten’. Dan vertelt ze: ‘Voor veel dagloners en huishoudelijke arbeiders betekent het niet hebben van een dag werk vaak het verschil tussen dakloosheid of niet.’ Het komt zelfs voor dat mensen het opvangkamp waarheen ze zijn geëvacueerd dagelijks verlaten om naar hun werk te gaan in het gebied waaruit ze geëvacueerd zijn.

Erger wordt het nog voor migrant-arbeiders zonder officieel geldige verblijfspapieren. Bij een brand in 2017 vluchtten die liever op eigen gelegenheid dan zich officieel te laten evacueren. Zo diep zit kennelijk de angst voor aanhouding en deportatie. Die angst zal er niet minder op zijn geworden.

Maar migrant of niet, de angst zit er sowieso goed in, en de onderdrukking ook. De Guardian, waar ik deze gegevens uit pluk, noemt het geval van een schoonmaakarbeider met ademhalingsmoeilijkheden. Ook komt het voor dat meer welvarende mensen evacueren en doodleuk aan huispersoneel vragen om achter te blijven: ‘Hee, kun jij blijven en op de honden passen?’

Natuurlijk, welvarende mensen hebben ook een huis te verliezen. Maar er is verschil. ‘ De huiseigenaren zijn verzekerd en zijn in staat om te herbouwen of ergens anders heen te gaan. De arbeider heeft in wezen niets. Met huishoudelijke arbeiders zagen we mensen in werkelijk wanhopige situaties, gewoon mensen die van het ene op het andere moment te horen hadden gekregen dat ze helemaal werkloos waren geworden, zonder werkloosheidsuitkering en zonder toegang tot overheidshulp.’ Aldus Lucas Zucker van een organisatie die zich met duurzame economie bezighoudt.

Dit is allemaal geen natuurramp. Deze ramp heet sociale ongelijkheid, waarin arme mensen aan vlammen worden prijsgegeven door rijke mensen die de dans wel weer ontspringen. Tegen die achtergrond vind ik het moeilijk om me druk te maken over het feit dat de vlammen nu ook de Reagan Library en een Getty kunstcollectie in de regio blijken te bedreigen.

Niet alleen de branden zelf richten schade aan. Heel veel mensen zijn afgesloten van het elektriciteitsnet. Dat zit zo. Het energiebedrijf in de regio, PG&E, sluit veiligheidshalve bij herhaling de stroomvoorziening af voor vele honderdduizenden mensen. Eerder ontstonden branden nogal eens doordat brandbaar materiaal met elektriciteitsleidingen in aanraking kwam en ontvlamde. Sluit de stroom af, en dan is die kans kleiner. Dat is de logica. Intussen zitten mensen dus zonder stroom, en blijven branden ontstaan en zich uitbreiden.

En zo zijn er dus niet alleen huishoudens met eten dat in koelkasten bederft en een airco die niet werkt. Zo zitten ook restaurants met onbruikbaar voedsel, om over de gevolgen voor ziekenhuizen maar te zwijgen. ‘Zoals milieuverslaggever David Roberts van Vox opmerkt: klanten een keus geven tussen black-outs of branden is een misser.’ En het is een misser met een oorzaak: rentabiliteit gaat in een commercieel bedrijf als PG&E boven welzijn en veiligheid. PG&E heeft een verouderde infrastructuur. PG&E vindt het blijkbaar niet zo belangrijk op die tijdig en effectief te moderniseren. Het bedrijf kent zijn verantwoordelijkheid: het heeft al toegegeven dat zijn apparatuur aan zeker tien branden heeft bijgedragen, alleen al dit jaar.(3)

Klimaatverandering, veroorzaakt door uitstoot van broeikasgas door een winstbelust bedrijfsleven. Sociale ellende, veroorzaakt door sociale ongelijkheid in een op winst gerichte economie. Brandgevaar, verergerd door de asociale prioriteiten van een winstbelust energiebedrijf. Nee, nogmaals, deze branden zijn geen natuurbranden. Degenen die deze branden waarschijnlijker ontsteken, aanwakkeren, gaande houden en ervan profiteren hebben namen en adressen, zitten in glanzende kantoren en wonen in grote, helaas zwaar beveiligde villa’s. Californië wordt verschroeid door de vlammen van het kapitaal.

Noten

1 Michael E. Mann, ‘ Climate Change is Burning Down California – It’s Time We Stopped Adding Fuel to the Fire’, Newsweek, 29 oktober 2019

2 ‘California wildfires: New blaze erupts as crews brace for winds’, Aljazeera, 30 oktober 2019

3 Jill Richardson, ‘ We Need Public Utilities’, Common Dreams, 30 oktober 2019

– Ook verschenen bij: PeterStormt