Het gaat weer crescendo. De terrassen en de vakantievluchten zitten vol. De formateurs hebben alle tijd. De winsten groeien, zelfs bij een lagere omzet. De lonen zijn in zes jaar niet zo gestegen. De werkloosheid blijft dalen. De inflatie is uniek laag. Wilders mag voor de publieke televisie smeuïg over zijn exotische poezen vertellen. Rutte en Kamp bivakkeren gewoon in een versleten spijkerbroek. Tja, dan verschrompelt midden in de zomer al gauw het bericht ‘onbetaald overwerk levert de ondernemers 21 miljard op’.
Maar er zijn meer schandvlekken in het VVD walhalla. Een steekproef. De verschillen in inkomens en helemaal in vermogens nemen toe. Het aantal armen telt 1,2 miljoen, waaronder 378.000 kinderen. Werkloosheid onder 15-25 jarigen hangt op zo’n 9 procent, bij een migratie achtergrond is dat dik het dubbele. De schuld van de staat stijgt 335 euro per seconde (naar 500 miljard) en bedraagt per werkzame inwoner 57.474 euro. Temidden van deze en andere sociaal-economische wanverhoudingen die steeds maar weer bevestigd worden, is de ideologische lading van de massale onbetaalde arbeid treffend. Zo weet de woordvoerder van de werkgevers – ”Het merendeel gebeurt vrijwillig” – zich gesteund door een arbeidspsycholoog bij TNO: ”De mensen doen dat vaak uit eigen beweging” (de Volkskrant, 18 juli 2017).
Eerst maar wat gegevens. Het gaat om berekeningen door het onderzoeksinstituut TNO op basis van cijfers die samen met het Centraal Bureau voor de Statistiek verzameld zijn via de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2013. Ze laten een cadeau van 21 miljard euro aan de ondernemers zien, het resultaat van gemiddeld drie uur per week onbetaalde extra arbeid, verricht door tweederde van de beroepsbevolking. Omgerekend te vergelijken met 292.000 voltijdbanen van 40 uur per week.