Viktor Orbán maakt school met zijn illiberalisme, een autoritair regime gegrondvest in Hongarije. De vorm waarin Theresa May Brexit gestalte geeft, heeft veel weg van een illiberaal programma met economisch en politiek nationalisme en culturele xenofobie. Econoom Philippe Legrain beargumenteert waarom.
Hij vindt dat May Orbán parafraseert met: ‘Als je denkt dat je een wereldburger bent, ben je eigenlijk nergens burger. Dan begrijp je niet wat het woord burgerschap betekent.’ Burgerschap impliceert keuzes maken pro een bepaald land. Daarom heeft May geëist dat de bedrijven in het Verenigd Koninkrijk Britse werkers bevoorrechten in de ‘geest van burgerschap’ – een andere terminologie voor wat Marine Le Pen ‘nationale voorkeur’ noemt. ‘Britse banen voor Britse werkers’ was trouwens een slogan die het Britse National Front in de jaren zeventig gebruikte.
Officieel en oppervlakkig blijft vrijhandel het credo van de Britse regering. Maar als je een sterke preferentie voor Britsheid in de praktijk brengt, kun je dan verwachten dat de Amerikaanse Citibank in Londen los van zijn staf uit de VS werkt, of dat Nissan het zonder Japanse managers doet, of dat wereldwijd opererende bedrijven zonder hun diversiteit aan talenten functioneren? In de praktijk blijkt dan dat eurofobie voorgaat op vrije handel met de naaste buren en grootste handelspartners, terwijl xenofobie voorgaat op de behoefte aan buitenlandse arbeidskrachten.
May is nog niet zo ver dat ze in navolging van Orbán de grondwet wil wijzigen. De reden daarvoor lijkt overigens slechts dat het Verenigd Koninkrijk geen grondwet kent. Legrain noemt dit laatste grapje niet, maar je denkt het er bij alle tentoongespreide onnozelheid onwillekeurig bij.
Btw: Een speciale vermelding waard is Legrains kop in het Engels: ‘Mayday in the UK’. Ten eerste rijmt die. Ten tweede is ‘Mayday’ een signaal voor noodgevallen (de term is een verbastering van het Franse ‘m’aidez’).