Op Reportersonline vraagt Chris Klomp zich af of we in de kwestie Ebru Umar de vlag van oneindige vrijheid niet wat te snel in top hijsen. Hij voegt daar aan toe: Echte vrijheid kan alleen bestaan bij de beperking van diezelfde vrijheid.
De vraag is dan natuurlijk waardoor die vrijheid mag worden beperkt.
Klomp houdt van de nuance, het enerzijds/anderzijds. Maar het is wel al snel duidelijk dat zijn sympathie niet bij Ebru Umar ligt. Het bekende retorische trucje: ik vind er niets van, maar eigenlijk heeft ze het wel verdiend. Hij schrijft: Over haar arrestatie heb ik niets te zeggen. Ik weet niet wat de aanklacht is. Het is te vroeg om daar iets van te vinden. Wel weet ik dat de maximale straf voor belediging van de koning in Nederland hoger is dan belediging van een staatshoofd in Turkije. Maar dat terzijde. En even verderop: Duizenden Nederlanders worden jaarlijks veroordeeld voor belediging, laster en smaad. Voor het uiten van hun mening. En dat is vaak meer dan terecht. Een grondrecht is niet onvoorwaardelijk. Er zijn beperkingen door de wet. In dit geval het strafrecht.
Precies: de wet. Prima. Maar hij gaat geheel voorbij aan de inhoud van de wet. Want wat nu als bepaalde wetten onterecht de vrijheid van meningsuiting beperken en mondige mensen straffen voor hun meningen?
In het geval van persoonlijke belediging kan de rechter in Nederland een boete opleggen, een taakstraf wellicht. Als het om een belediging gaat in de sfeer van een column wordt het moeilijker, maar er bestaan nog steeds wetten die het beledigen van een bevriend staatshoofd of de koning strafbaar stellen. In Turkije gaat dat iets anders: in het eerste geval zal er niet zoveel aan de hand zijn, behalve als het gaat om Erdoğan, de Turkse staat en/of de islam. In het tweede geval word de columnist voor maanden of jaren opgesloten als Erdoğan of een van de instituties de beledigde persoon is. Als je pech hebt ‘vinden’ ze nog iets anders: drugs, een complot tegen de staat, spionage. Ben je zo 10 jaar verder. Allemaal terecht natuurlijk, want zo staat het in de wet.
De wet! Daar heb je je beperking, Chris. Het is de ‘wet van Klomp’: Alle wetten zijn goed. Als een wet niet goed is moet je je er toch aan houden. Ik zou zeggen: veel succes op je vakantie in Turkije, Jemen, Bahrein, of Rusland. Ik zou maar een muilkorfje meenemen. Voor je eigen veiligheid, Chris!
In Turkije zullen ze ook erg blij zijn met jouw ‘beperking door de wet’. Er staan daar mensen te juichen op straat! Daar stikt het van de beperkingen. En ik kan je zeggen -uit betrouwbare bron- dat de mensen van de Taksim-opstand het heerlijk vonden in elkaar geramd te worden en voor maanden in de cel te belanden. Een fantastische ervaring vonden ze dat. Allemaal terecht natuurlijk, de wet mag jou beperken. En een beetje in opstand komen om dat verrekte Gezi-Park in stand te houden, dat is toevallig wel onwettig.
En kom nu niet aan met het bekende lulverhaal dat de vrijheid van de een ligt in de beperking van de ander. Dat is niet zo. Als alle mensen gelijk zijn ligt de vrijheid van de een in de vrijheid van de ander. Wordt die vrijheid door een van de partijen geschonden (discriminatie, geweld), dan is er sprake van ongelijkheid en is eventueel ‘de wet’ van toepassing. Maar dat moeten dan wel goede wetten zijn!
Nogmaals Chris Klomp in zijn column, voor de duidelijkheid: Mijn punt is dat we anno 2016 nog steeds denken dat de vrijheid van meningsuiting absoluut en onvoorwaardelijk is. En dat is niet zo. De wet is daar heel duidelijk in. Lees bijvoorbeeld artikel 7 van de Nederlandse grondwet. ‘Voor het openbaren van gedachten of gevoelens… heeft niemand voorafgaand verlof nodig wegens de inhoud daarvan, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’.
‘De wet’ is een heerlijke dooddoener, begrenzer, stoplap. De wet – of die wet nu gerechtvaardigd is of niet – zou de grenzen van de vrijheid van meningsuiting bepalen. Nou meneer Klomp, ook in Nederland hebben we in het Wetboek van Strafrecht een paar artikelen die er niet om liegen. Allemaal nog steeds van toepassing. Ik ga ze helemaal citeren, zodat je er lekker ziek van wordt, van die verdomde wetten.
Laten we beginnen met Artikel 267:
De in de voorgaande artikelen van deze titel bepaalde gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd, indien de belediging wordt aangedaan aan:
1
het openbaar gezag, een openbaar lichaam of een openbare instelling;
2
een ambtenaar gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening;
3
het hoofd of een lid van de regering van een bevriende staat.
En dan hebben we nog WvS 111, 112, 113, echte lieverdjes. Je moet ze ’n keer gelezen hebben, al was het maar om eens flink te lachen.
Artikel 111
Opzettelijke belediging van de Koning wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaren of geldboete van de vierde categorie.
Artikel 112
Opzettelijke belediging van de echtgenoot van de Koning, van de vermoedelijke opvolger van de Koning, van diens echtgenoot, of van de Regent, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of geldboete van de vierde categorie.
Artikel 113
1
Hij die een geschrift of afbeelding waarin een belediging voorkomt voor de Koning, de echtgenoot van de Koning, de vermoedelijke opvolger van de Koning, diens echtgenoot of de Regent, verspreidt, openlijk tentoonstelt of aanslaat of, om verspreid, openlijk tentoongesteld of aangeslagen te worden in voorraad heeft, wordt, indien hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat in het geschrift of de afbeelding zodanige belediging voorkomt, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
2
Met dezelfde straf wordt gestraft hij die, met gelijke wetenschap of een gelijke reden tot vermoeden, de inhoud van een zodanig geschrift openlijk ten gehore brengt.
3
Indien de schuldige een van de misdrijven omschreven in dit artikel in zijn beroep begaat en er, tijdens het plegen van het misdrijf, nog geen twee jaren zijn verlopen sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens een van deze misdrijven onherroepelijk is geworden, kan hij van de uitoefening van dat beroep worden ontzet.
Volgens ‘de wet van Klomp’ hebben de Turken een punt: gewoon vijf jaar opsluiten die Ebru Umar. Het staat in de wet, de Turkse wet! En dat zeggen nog wat meer mensen met linkse sympathieën. Zijn we de traditie van het protest tegen staatshoofden en het koningshuis ineens totaal vergeten? De traditie die zich verzet tegen koningen, veelverdienende nietsnutten en tirannen? Is links Nederland getroffen door een aanval van totale Korsakoff? Te veel gezopen op Koningsdag? Weten jullie niet meer wie jullie zijn en waar jullie vandaan komen?
Een paar voorbeelden van de linkse traditie dan maar… Domela Nieuwenhuis, die in 1887 met zijn pamflet ‘Koning Gorilla’ ophef veroorzaakte en een half jaar ‘zakkies’ mocht gaan plakken; cartoonist Willem die in 1969 de koningin op de Wallen tekende met een prijskaartje van 5,2 miljoen, dat kostte hem 200 Gulden; de mensen die rond die tijd (Vietnam-oorlog) Johnson Molenaar riepen omdat ze geen Johnson Moordenaar mochten roepen; het protest van studente Joanna die werd gearresteerd omdat ze een bord droeg met de tekst ‘Weg met de monarchie, het is 2013’; etcetera.
Zolang er vrijheidsbelemmerende artikelen in een wetboek staan, is het betoog van Klomp een duidelijke instemming met een heel stevige beperking van de vrijheid van meningsuiting, ook in Nederland. Zijn uitgangspunt dat de wet die beperking bepaalt, is helaas juist: je wordt van je bed gelicht als je de verkeerde mensen beledigt.
Het is 2016, en sinds 1881 is er al vele malen gesproken over verwijdering van deze artikelen uit het Wetboek van Strafrecht. Het feit dat dat nog niet is gebeurd, zegt iets over de angst die regering en parlementariërs hebben voor de meningen van opstandige Nederlanders. Er wordt om de haverklap lippendienst bewezen aan de vrijheid van meningsuiting, maar als het op daden aankomt, verlaten de hazen het strijdperk en hijgen uit in hun bedompte holen. Toch wel lekker veilig, die wetjes. En zo houden we de discipline er nog een beetje in, nietwaar? Wie een politieman (ambtenaar in functie) beledigt, verdwijnt achter de tralies. Geldt die wet ook voor leraren? Zou wel moeten toch? Zouden we dat niet wat aan kunnen scherpen zodat we in de klaslokalen opstandige Nederturkjes kunnen dreigen met het wetboek?
Wellicht zal dat beledigen van een bevriend staatshoofd worden geschrapt… Wie maalt daar om? Maar zullen we wedden dat het gedeelte van ‘de ambtenaar in functie’ gewoon blijft bestaan?
Ikzelf heb totaal geen behoefte aan welke beperking van de vrijheid van meningsuiting dan ook. Wat mij betreft mogen mensen zeggen wat ze willen, zo lang ze zich niet racistisch uitlaten of oproepen tot geweld. Ja, ook onder mijn stukken. Al heb ik ’t daar niet helemaal voor het zeggen, er bestaat een code. De vrijheid van meningsuiting test publieke personen en instituties. In een sterke democratie kunnen instituties tegen een stootje, en publieke personen zouden daar een speciale cursus voor moeten volgen.
Een en ander betekent niet dat ik voor beledigen ben. Daarover schreef ik hier eerder al.