De Turkse president Erdoğan wil dat de parlementaire onschendbaarheid van leden van de pro-Koerdische HDP opgeheven wordt. Het Turkse parlement zou daar zo snel mogelijk toe moeten besluiten. Erdoğan beschuldigde pro-Koerdische parlementariërs van het “aanwakkeren van terrorisme” en zei dat de definitie van terrorisme momenteel te beperkt is. Meer daden en uitlatingen zouden als “terrorisme” bestempeld moeten kunnen worden: “er is geen verschil tussen een terrorist met een geweer en een bom in zijn handen en mensen die misbruik maken van hun positie, pen en titel door deze ter beschikking te stellen aan terroristen”.
Volgens Erdoğan is de HDP niet meer dan de politieke arm van de Koerdische afscheidingsbeweging PKK: “ik zie de leden van een politieke partij die functioneert als een tak van een terroristische organisatie niet langer als legitieme politieke vertegenwoordigers”.
Erdoğan’s opmerkingen kwamen enkele uren nadat de Turkse politie 8 leden van de pro-Koerdische Vrijzinnige Advocaten Associatie (OHO) arresteerde. Een officiële reden voor deze actie werd niet gegeven, maar vermoedelijk hangen de arrestaties samen met het kort geding dat de OHO bij het Constitutioneel Hof heeft aangespannen tegen de Turkse staat. De OHO heeft het Hof gevraagd het offensief van het Turkse leger tegen de PKK in het zuidoosten van het land illegaal te verklaren.
Bron: Middle East Eye
