… de Amsterdamse Dam wel te verstaan.
Het is al een tijd rustig geweest op het centrale plein van Nederland, er staat mij eigenlijk niets meer bij van na de Kroningsslag van 30 april 1980.
En ook toen was daar niet zo heel veel aan de hand. Het moet de aftredende Juliana wat hard gevallen zijn dat haar inmiddels legendarische “Zojuuuiiist…” door gejoel en boegeroep werd weggevaagd. Een of andere provocateur heeft nog een rookbom afgestoken, en dat was het dan. Het echte vechten met de politie was in de straten die naar de Dam leidden, maar op de Dam kon je keurig rustig rondlopen, heb ik gemerkt.
Dat de grote FNV-demonstratie op 4 maart 1980 toch naar de Dam ging ondanks de halve staat van beleg in Amserdam vanwege de Vondelstraat telt niet: de macht ging er niet op inrammen.
De vakbeweging is nu misschien te klein en te machteloos om de macht te tarten: Willen we naar de Dam dan gaan we naar de Dam!
Of het de Wederdopers waren die in 1535 het Godsrijk op aarde op de Dam wilden uitroepen in hun nakie (en daarvoor opgehangen zijn) of degenen die tegen het verbod op Damslapen wilden demonstreren in augustus 1970, de Dam symboliseert het behoud van de macht.
Als er nog belangrijke onrust op de Dam is geweest de afgelopen drie decennia zal het verbonden zijn geweest aan voetbaltoestanden. Die kunnen best een politieke lading hebben maar in Nederland is dat nooit te merken vooralsnog.
De Rode Canon van de Wiardi Beckmanstichting begint met het Damoproer van 24 maart 1848.
1848 was een van de grote revolutiejaren in de wereld, speciaal Europa en Zuid-Amerika. Wie denkt dat het Communistisch Manifest daar een rol bij speelde kan het alleen maar mis hebben. Dit manifest verscheen als mosterd na de maaltijd – als de gedachte na de daad, zogezegd, in 1848. Ook dat is gebruikelijk. Over het Manifest een volgende keer.
Op 24 maart 1848 verzamelden zich enkele duizenden arbeiders en opgeschoten jongens op de Dam. Zij gaven gehoor aan gedrukte briefjes en pamfletten waarin werd opgeroepen tot protest. Ze hadden schoon genoeg van de hoge voedselprijzen en de massale werkloosheid. De politie had de mensen op het hart gedrukt om niet aan de manifestatie deel te nemen. Maar ondeugende Amsterdammers werden hierdoor juist extra nieuwsgierig. In het tumult van die dag werden winkels van vermogende Amsterdammers vernield en de ruiten van de burgemeester moesten het ontgelden. Om drie uur in de middag veegde de cavalerie de Dam schoon, waarna het ‘oproer’ ten einde was.
Volksprotesten waren niet nieuw. Maar in het Damoproer zijn wel de eerste tekenen van een gericht en politiek arbeidersprotest te zien. De volksmassa was niet spontaan tot stand gekomen, maar bewust samengeroepen door leiders van de Duitse communistenvereniging in Nederland. Zij wilden de leefomstandigheden van de arbeiders in Amsterdam verbeteren.
De dissertatie van Dennis Bos, Waarachtige volksvrienden, voor allen prettig leesbaar, is in verschillende pdf’s maar wel in het geheel op het net verschenen. Aanloop, voorbereiding, verloop en afloop van het Damoproer van 1848 staat er met Toonderachtige humor in beschreven. Het boek gaat verder juist uitdrukkelijk niet over de reformistische stroming in de opkomende arbeidersbeweging.
Eerste aflevering van een reeks over de Rode Canon.
Dank. Kijk uit naar volgende aflevering.
Mooi en nuttig stuk, collega Nol! 🙂 Kun je me privé link(s) naar de genoemde pdfs sturen? Ik was niet weg van Dennis Bos’ eerdere publikaties, maar dit lijkt me erg goed. 😎
Ha Huib, da’s spijtig om te horen. Wat schortte eraan?
Hartelijke groet, Dennis Bos
@ Huib: na dat zeer gewaardeerde boek heeft Dennis nog veel fraais gepubliceerd, kijk maar naar de website van OV. En bovendien als dat proefschrift uitmuntend was, dan is het niet zo erg dat het eerdere werk wat minder was, toch?
groet uit een blanke residentie !