Het is 25 september 1965. Op die dag melden de kranten dat de loongrens voor ziekenfondsen van ƒ10.000 naar ƒ11.500 wordt verhoogd, de vloerbedekking 5 tot 10% duurder zal worden en het Koninklijk paar op weg is naar de West. Het is een zonnige, warme dag. In Amsterdam wordt het 24 graden.
De Amsterdamse havenarbeider Leo H. zit met zijn aanstaande schoonvader voor het open raam van de woning van zijn aanstaande op het Rapenburg in Amsterdam. Leo is dan 26 jaar, hij was in 1961 vanuit Paramaribo naar Nederland gekomen waar hij een gunstiger toekomst voor zichzelf verwachtte en hij vond in de Amsterdamse haven een baan als havenarbeider.
Leo stond bekend als een rustige hardwerkende jongen. Over hem waren geen ongunstige berichten bekend. Zo was hij bijvoorbeeld nooit met politie of justitie in aanraking gekomen.
Op die bewuste dag waren drie dronken mannen te voet op weg naar het tehuis van het Leger des Heils. Zij zagen Leo in het open venster zitten en begonnen hem uit te schelden. Zij schreeuwden “roetmop” naar hem en riepen “Vuile, vieze neger, kom eens naar beneden!”
Aan die oproep gaf Leo gehoor. Hij ging naar buiten. In zijn kielzog zijn aanstaande en haar vader. Leo was diep beledigd, er ontstond een handgemeen. De aanstaande schoonvader kreeg twee schoppen in zijn maag, de aanstaande echtgenote van Leo werd eveneens bedreigd. Omstanders verhinderden dat Leo het gevecht uit de weg kon gaan waardoor Leo, die nu niet alleen ernstig beledigd was maar ook in het nauw gedreven werd, geen andere oplossing zag dan een klinker van de straat op te rapen en die, onderhands, in de richting van de dronken vechtersbazen te gooien. De steen raakte de 45-jarige Cornelis van Vliet die achterover viel waarbij zijn hoofd hard de straat raakte. De op zijn achterhoofd gevallen Cornelis liep zwaar hersenletsel op waaraan hij in het ziekenhuis overleed. Leo vluchtte, verstopte zich onder een bed waar de politie hem vond en hem arresteerde.
Na 4 maanden in voorarrest gezeten te hebben hoorde Leo het vonnis van de rechtbank. Zijn advocaat, mr. H. van Beekhuizen had nadrukkelijk een beroep op overmacht, noodweer en noodweerexces gedaan, maar daar ging de rechtbank niet in mee. Het vonnis luidde, conform de eis: 10 maanden cel, waarvan 4 maanden voorwaardelijk en onder aftrek van de 4 maanden voorarrest, wegens het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel met dodelijk gevolg. Of de Officier van Justitie bij zijn eis rekening had gehouden met de zware beledigingen en bedreigingen die Leo tot zijn daad dreven is onbekend. Wel is bekend dat één van de drie dronken mannen niet bij de zitting als getuige aanwezig kon zijn omdat hij vastzat wegens het in dronken toestand mishandelen van enkele Groningse studenten. Ook is bekend dat alleen De Telegraaf twijfelde aan het feit dat de beledigingen daadwerkelijk waren uitgesproken.
In 1965 was het gebruik van het woord “neger” al niet meer gewenst. Ook niet als het “grappig” bedoeld was. In elk geval ervoer Leo het als bijzonder beledigend ermee aangesproken te worden.
Ruim een halve eeuw later, op 29 november 2017, gebruikt de justitie-woordvoerder van de extreemrechtse racistische splinterpartij Forum voor Democratie, mr. Theo Upt Hiddema, tijdens de behandeling van de begroting Justitie en Veiligheid opzichtig provocerend de woorden “zwarte” en “neger”. Die woorden zullen in de Handelingen terechtkomen. Slechts één Kamerlid maakte bezwaar tegen het gebruik van deze woorden en nul Kamerleden voelden zich geroepen om uit protest de vergaderzaal te verlaten. Er zat geen Leo op de publieke tribune.