Dubbele Boterham met Kaas nr.23
Radio Rotor in Amsterdam stopt er per 1 januari mee, is het bericht over deze bijzondere speciaalzaak – ten dienste van elektronicalui, deejays en radio-amateurs. De zaak bestaat al sinds de jaren dertig en er komt ooit een einde aan, blijkbaar.
Het nieuws brengt mij terug naar de plannen die wij op onze afdeling op de Zilverberg hadden een eigen oproerig radiostation te beginnen. Oorspronkelijk zou het Radio Gezelligheid moeten gaan heten, om de gezapigheid van menig bewoner die niet verder kwam dan de op een na grootste afnemer van pils in Amsterdam te bezoeken, de zogenaamde Algemene Ruimte, op de hak te nemen. Dit werd toch te melig bevonden, het werd Radio Kemphaan, naar de fameuze vogel uit het zeer nabije Waterland. Het was de bedoeling dat het team ooit eens ‘s ochtends (waarom eigenlijk ‘s ochtends?) het kempen van de vogels zou waarnemen – het is nooit zo ver gekomen dat we ze zagen.
Een ploeg van de club ging nog plakken tegen de aanleg van een snelweg door Waterland en werd daarbij opgepakt – een emmertje plak en affiches, daarmee mocht (en mag?) je in de gemeente Amsterdam, waar een groot deel van Waterland bij hoort, niet de straat op na zonsondergang. Een van de opgepakten nam de naam van de smeris die hem op de bon slingerde aan als schuilnaam op de radio, een gedurfde aanpak.
Maar goed, Radio Rotor. Enige tijd geleden vroeg ik mij af wanneer in mijn leven ik de nobele kunst van het blozen had verleerd. Maar begin 1979 verstond ik die zeker nog. Rotor had “meetzenders” voor de 3-meterband, beter bekend als FM – of misschien zelfs dat niet meer. Ik wilde voor mij houden dat we van plan waren er mee te gaan uitzenden dus hoe kocht ik zo’n ding terwijl ik het deed voorkomen dat ik iets ging meten. Wat eigenlijk? Dat vroeg de verkoper dus: “Wat wilt u er mee gaan meten?” Ik sloeg rood uit, mompelde dat ik er nog wel voor terug zou komen en liep weg.
Een van de Peters betrokken bij het plan – afkomstig uit de IJsselstreek, waar piratenzenders heel gewoon waren- waagde het alsnog naar de winkel te gaan en gewoon te zeggen waar het op stond: we willen er mee gaan uitzenden. Geen probleem (later zou blijken dat ze ook echte zenders in voorraad hadden, ik heb het over veertig jaar geleden dus).
Het leek een soort bouwpakket met schema, de Handige Jongen in het gezelschap wist raad met de soldeertang en had een fietslichtdraad van anderhalve meter, die kon als antenne dienen. Uitzenden op drie meter vergt in principe een antennemast van drie meter of een veelvoud – of de helft. Het was zoals het heet in het vrijezenderjargon een drietraps torrenbak – met drie transistoren dus.
Dat er überhaupt mee uitgezonden kon worden is achteraf een wonder. Een staafje grafiet regelde de bepaling van de frequentie. Die wilde nog wel eens niet al te precies uitvallen. Het was zaak andere stations niet te storen – en toen… toen kwam de man achter het al functionerende Radio Vrij Zilverberg boven mij wonen.
Door het plafond kon ik horen dat en wanneer hij in de lucht kwam. In die dagen was de herkenningsmelodie van het station Sleepy shores van het Johnny Pearson Orchestra.
Nog trilt er iets in mij als ik het hoor, geen associatie met tv-reclame maar met vroege radiodagen.
Radio Kemphaan moduleerde via mijn bandrecorder, had vantevoren opgenomen programma’s van maximaal anderhalf uur (dat liet de tape toe) en kon dus plagerig in de lucht komen als Radio Vrij Zilverberg (RVZ) er ook was. Dit viel de man achter RVZ uiteraard op, en we woonden nota bene onder/boven elkaar. Zijn kamer was echt als studio ingericht, twee draaitafels, mengpaneel, cassettedeck (dat was de audiovoorziening in 1980, mensen). Het eind van het liedje was dat Kemphaan introk bij RVZ en de rest is al evenzeer geschiedenis. Maar die hoort bij de jaren tachtig, en deze serie gaat over de jaren zeventig.
Radio Kemphaan opende met een voordracht uit het Anarchistisch Kookboek, gevolgd door de toen voor anarchistisch doorgaande Sex Pistols met – u raadt het, Anarchy in the UK. Het muzikale profiel was zoals het toen heette progressief, een term waarmee veel aangeduid kon worden. Kraaknieuws en natuurhistorische waarnemingen uit Waterland, en wat kwam er verder ter tafel? Het daverend slotakkoord met de Australische anarchistische dichteressen Jeltje (Fanoy) en Thalia (van het gezelschap 9-2-5) staat mij nog helder voor ogen, hun voordracht liep als een trein, ondanks de eerbiedwaardige hoeveelheid alcoholica die zij – en ik, moeizaam volgend in hun gezelschap – reeds genuttigd hadden.
Ach, de drinkgelagen van weleer.
O nee, het eigenlijke slotakkoord was de inzet bij een voorkraak, jaren tachtig wel al, 1983. De zender was ingekast en zou als communicatiemiddel moeten dienen voor degene die de verkenning in het pand zou uitvoeren. Of het werkte zullen we niet weten, want terwijl Willem over het dak kroop deed een buur het licht aan en keek rechtstreeks, tot wederzijdse schrik, in het gezicht van Willem. Die op de vlucht sloeg, het idee van de kraakactie met zich meenemend… En daarmee een eind makend aan het verhaal van Radio Kemphaan.
– Uitgelichte afbeelding: Door Arjan Haverkamp – originally posted to Flickr as 2009-05-22-14h06m00.IMG_9725l, CC BY 2.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=9141547