Anja Reschke sprak het volgend commentaar in de ARD Tagesthemen van 5 augustus 2015, 22:15:
Als ik nu letterlijk zeg “Duitsland moet ook economische vluchtelingen opnemen”, wat denkt u dan dat er gebeurt? Het is maar een mening en die mag men uiten. Het zou mooi zijn als men daarover zakelijk kon discussiëren, maar zo zou het niet lopen. Ik zou een stortvloed van de haatcommentaren krijgen: “Vuile buitenlanders”, “Hoeveel moeten er nog toelaten”, “Moeten oprotten”, “In de fik zetten”, kortom, de gebruikelijke commentaren.
Tot voor kort waren dit soort commentatoren nog achter een pseudoniem verstopt, maar inmiddels wordt zulks allang onder de werkelijke naam gepubliceerd. Blijkbaar is dat (voor de commentatoren) niet meer pijnlijk. Integendeel, op zinnen als “er kan meer van dat tuig verzuipen” krijgen ze nog instemmende reacties en een hoop likes ook. Als men zich tot dan toe nog een kleine, racistische niemendal voelde, voelt men zich nu opeens geweldig. Nu kan je zeggen “Nou, goed, idioten zijn er altijd, het beste is negeren”, maar het zijn niet meer alleen woorden. Het gebeurt al, de brandstichtingsaanslagen op vluchtelingentehuizen. De haat-tirades op het internet hebben allang groepsdynamische processen opgestart. Het aantal extreemrechtse geweldsdaden is gestegen.
Zo kan het niet verder gaan.
De ene mogelijkheid is meer vervolging. Dat wordt deels ook gedaan. Zo werd onlangs een man uit Beieren tot een boete veroordeeld voor haatzaaien op Facebook, dat dient alvast als voorbeeld. Maar dat alleen is niet genoeg. De haatschrijvers moeten leren begrijpen dat de samenleving dit niet tolereert. Als men dus van mening is dat niet alle vluchtelingen klaplopers zijn die moeten worden verjaagd, verbrand of vergast, dan moet men dat heel duidelijk verkondigen, tegengas geven, zijn mond open doen, voor je mening staan. Openlijk aan de schandpaal nagelen. Sommige blogs doen dat al erg verdienstelijk, maar het zijn er nog te weinig.
De laatste Opstand van de Fatsoenlijken is vijftien jaar geleden. Ik geloof dat het weer tijd wordt.
En ik verheug me al op de commentaren op dit Kommentar (deze opinie).
(Vertaling van deze voordracht uit het Duits door Cornelis Los, aanvullingen tussen haakjes.)