Joe Biden leidt in diverse peilingen op Trump, met tussen de 1 en 11 procentpunten. Gemiddeld komt het neer op 5.5%. Op de gelinkte pagina kunt u zien dat er ook een voorsprong is in de zogenaamde battleground states, en die zijn het belangrijkste.
Het is weliswaar geen supergrote voorsprong, maar zoals Charlie Cook (die het overigens over de Quinnipiac poll heeft, waarin er sprake is van een 11 punten grote voorsprong voor Biden) hier (vanaf 1.00) uitlegt aan Lawrence O’Donnell is er een belangrijk verschil met de positie waarin Hillary Clinton zich bevond in 2016 (die immers ook steeds leidde in de peilingen).
Er is een groep van ongeveer 20% van de kiezers die eigenlijk geen van beide kandidaten mag. En daarin ligt volgens Cook een groot verschil. In die groep ligt Biden voor met 49% – 18% terwijl in 2016 Hillary Clinton 20 punten achter lag op Trump in die groep. Overigens lag dat vóór de coronacrisis en bijbehorende economische neergang nog niet zo. Velen van die groep hadden weliswaar een hekel aan Trump maar vonden het economisch wel fijn gaan dus laat maar. Het toont aan hoe weinig bevlogen en cynisch dergelijke kiezers zijn, volgens mij. Zolang het hen maar goed gaat maakt het blijkbaar niet uit dat er een autocratische sociopaat in het Witte Huis zit.
Deze peilingen zijn nog lang niet goed genoeg om mij op de vooravond van de Amerikaanse verkiezingen – 2 november aanstaande – géén gigantisch brok zenuwen te laten zijn, maar het is in elk geval toch voorzichtig positief.