Econoom Paul de Grauwe heeft een prijs voor vrijheid van meningsuiting ontvangen: de Arkprijs. Dat een econoom zo’n prijs krijgt is apart. De bijzonderheid is dat De Grauwe zich heeft afgekeerd van de mainstream in het economische denken, het neoliberalisme. En dat hij daar kond van doet. Bij een dergelijke prijs hoort een laudatio (lofrede). Daarin komt zijn zelfkritiek ter sprake.
“In de jaren tachtig geloofde ik onterecht dat de financiële markten stabiel en efficiënt waren. De bleek na onderzoek een foute veronderstelling. Dus is het voor mij nu duidelijk dat de overheid op dit vlak voor een degelijke regulering moet zorgen, net zoals binnen de sociale zekerheid”. Wie lering trekt uit zijn onderzoek, is rijp voor verheldering. Paul De Grauwe heeft die zelfkritiek aanvaard, en verwerkt in zijn nieuwe publicaties. (Liberales)
Na De Grauwe de rest van de economen nog. Lastig is dat. Het is net zoals na de val van de Muur. De communistische nomenklatoera kon toen vulgaire marxistisch-lenistische studieboeken bij het grofvuil zetten. Dat zullen de huidige economen ook moeten doen met hun studieboeken.