Over alternatieve democratie

Als democratie alleen meerderheidsbesluit en representatie zou betekenen, dan wijs ik ‘democratie’ inderdaad af.

Zo stelt Tommy Ryan, die zo vriendelijk was om te reageren op mijn bespreking van Elf thesen van het linksradicale Kollektiv Bremen. De zin geeft een fraaie stropop weer. De suggestie dat democratie alleen meerderheidsbesluit en representatie zou betekenen wordt door niemand gedaan. Moderne democratie is complex; persvrijheid, onafhankelijke rechtspraak en acceptatie van mensenrechten, om enkele belangrijke elementen te noemen, vormen er wezenlijk onderdeel van. Maar het is wel zo dat meerderheidsbesluiten en representatie de procedurele kern van moderne democratie vormen.

IJssalon
Ryan geeft aan dat er veel verschillende interpretaties van democratie bestaan en dat meerderheidsbesluitvorming gecombineerd met representatieve parlementaire vertegenwoordiging een nauw begrip van democratie vertegenwoordigt. Dat klopt. Ik krijg hierbij echter het beeld van ouders uit een dorp die hun kind meenemen naar een ijssalon in de stad. Ze vragen: “Welke smaken ijs wil je?” Het antwoordt: “Er zijn er zoveel, ik weet het niet, maar vanille en chocola wil ik niet want die ken ik al.” “Welke dan wel?”, vragen de ouders nogmaals. Maar daar komt geen antwoord op omdat het kind overweldigd is door de keuzestress. Zo geeft Ryan niet aan wat zijn ‘alternatieve’ democratie behelst.

Referendum
Niet als voorkeur genoemd door Ryan, maar door velen en vooral door rechts geliefd democratisch instrument is het referendum. Die voorkeur van velen is reden om er nog eens aandacht aan te besteden. Het referendum is in Nederland afgelopen zomer gelukkig afgeschaft. In theorie is het een prachtig instrument: de bevolking kan direct voor of tegen een bepaald(e) besluit (wet) stemmen. Maar in de praktijk werkt het slecht. Daar zijn diverse oorzaken voor. In Nederland is in 2016 een referendum gehouden over een associatieverdrag met Oekraïne. Dit terwijl de rest van de EU er al voor had gestemd. Dan is zo’n referendum duidelijk mosterd na de maaltijd. Ondanks dat de meerderheid van de stemmers tegen het associatieverdrag was, is het toch keurig ondertekend door premier Mark Rutte. En in het VK heeft de bevolking voor Brexit gestemd. Nochtans hadden de belangrijkste politieke partijen, de Conservatives en Labour, Brexit afgeraden. De Britten lieten zich evenwel in de luren leggen door mooipraters als Nigel Farage – als speculant heeft hij aan het besluit nog een aardige cent verdiend. Het hele Brexitproces is sindsdien een dramatisch gebed zonder end.

Verbeteringen
Als representatieve democratie in de kern het optimale stelsel is, wil dat niet zeggen dat verbeteringen uitgesloten zijn. In Nederland is voor de Tweede Kamer het districtenstelsel al een eeuw geleden vaarwel gezegd. De nadelen van zo’n districtenstelsel komen in de VS telkenmale duidelijk aan het licht. De laatste president is gekozen met behulp van een voor hem gunstige indeling van de kiesdistricten met minder stemmen dan zijn opponent. Ook in het VK, Rusland en Frankrijk spelen districten een belangrijke rol in de verkiezingen. Mogelijke verbetering is hier zonneklaar.

Een vernieuwing in Nederland is de gekozen burgemeester. Afgelopen week stemde de Eerste Kamer in met het schrappen van de grondwetsbepaling die voorschrijft dat de burgemeester bij koninklijk besluit wordt benoemd. Dat maakt de weg vrij voor burgemeestersverkiezingen. Dat is een verbetering. In de meeste Europese landen zijn er reeds verkiezingen voor burgemeesters en nergens worden die aangevochten.

Om de twee jaar een verkiezing voor de helft van de Provinciale Staten houden is een ander idee. Dan wordt de Eerste Kamer per twee jaar voor de helft vernieuwd. Dat kan helpen om verkiezingsbeloften door de regeringspartijen gestand te doen. Verbroken beloften komen waarschijnlijk op een afstraffing te staan.

Zeggenschap
Democratie veronderstelt zeggenschap door het volk, de burgers met andere woorden. Als ik in Amsterdam voor de gemeenteraad stem, weet ik dat die beperkte zeggenschap heeft. De Nederlandse regering heeft een grotere stem. Met die beperking stem ik in, want ook het kabinet is via democratische verkiezingen tot stand gekomen. Maar de Nederlandse regering heeft eveneens slechts beperkte zeggenschap. De EU heeft een grotere stem. De Europese Commissie en de Europese Raad, de organen die de dienst uitmaken in de EU, zijn echter niet echt democratisch te noemen. Op Angela Merkel, een belangrijk lid van de Europese Raad, heb ik nog nooit kunnen stemmen. Dat is in mijn optiek het grootste manco van onze ‘democratie’.