Het is onthutsend om vast te stellen dat de tegenstanders en medestanders van het Syrische regime van Bashar al-Assad terug te brengen zijn tot de voor- en tegenstanders van een gaspijplijnproject dat door Syrië passeert. Wat is hier aan de hand?
Het is 2009 wanneer de Syrische president, Bashar al-Assad, expliciet te kennen geeft dat Syrië een transitland wil worden van olie en gas. Assad verkoopt dit idee als zijn vier-zeeën-strategie waarbij de Middellandse Zee, de Kaspische Zee, de Zwarte Zee en de Golf door middel van pijpleidingen met elkaar worden verbonden. Op deze manier zou Syrië niet enkel nieuwe inkomsten genereren als doorgeefluik van olie en gas, ook het strategische belang van het land zou er in de regio en de wereld met sprongen op vooruit gaan. Assad probeert het idee te verkopen aan iedereen die het horen wil.
We zijn twee jaar later (2011) wanneer Syrië een beslissende keuze maakt tussen twee voorstellen die niet enkel van enorm belang zijn voor de verhoudingen in de regio, maar ook op wereldvlak.
- Eén voorstel gaat uit van Qatar. Dit land is er enorm voor gewonnen om Europa via een pijpleiding van Qataars gas te voorziet. Vertrekkende van Qatar zou de pijpleiding Saudi-Arabië, Jordanië, Syrië en Turkije passeren alvorens in Europa aan te komen.
- Het andere voorstel is afkomstig van Iran. Ook Teheran mikt op de Europese markt. Hun pijpleiding zou Iraans gas via Irak en Syrië naar Europa voeren. Opvallend: deze pijplijn zou in Syrië de Middellandse Zee induiken. Op deze manier wordt Turkije buiten spel gezet.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be