Onze strijd bepaalt aan welke kant we staan

Recent verscheen van de hand van Francisco van Jole het artikel ”Bang voor de zwarte. Over wat er mis is met de berichtgeving over vluchtelingen en andere ‘niet-Westerlingen’”. In zijn artikel beschrijft Van Jole hoe media omgaan met vluchtelingen. Hierbij probeert hij een vergelijking te trekken met de VS, met name hoe na de orkaanramp in New Orleans de zwarte bevolking daar in het nieuws kwam als mensen die massaal aan het plunderen zouden zijn geslagen. Hij verklaart dat dan aan de hand van het artikel “Wie goed doet… komt nooit in het journaal (en dat is een groot probleem)” van Rutger Bregman, die beschrijft hoe media de neiging hebben te werken als een soort angstmachine en hoe ze negatieve zaken overdrijven of zelfs verzinnen als er sprake is van een crisis.

(….)

Wat [Bregman] en Van Jole onbenoemd laten of juist bewust niet willen benoemen is dat de meerderheid van de witte bevolking zo het voorrecht behoudt om door media, onderwijs en het gehele staatsapparaat te bepalen wie of wat “de ander” is. Dat is een van de belangrijkste kenmerken van racisme. Dat zwarten en vluchtelingen negatief worden afgeschilderd en worden gecriminaliseerd, gebeurt niet omdat de witte meerderheid bang is voor “het vreemde” en “de vreemdeling”. Het vindt plaats omdat het de functie voor de witte meerderheid heeft om zichzelf automatisch en zonder het expliciet te hoeven benoemen positieve en zelfs superieure kenmerken toe te dichten. Zo kan de witte geprivilegieerde de voorrechten behouden die hij of zij aan zichzelf toekent.

(Lees verder bij de bron van dit artikel)

Via:: Doorbraak