Duurzaamheid is dood, lang leve onze onafhankelijkheid! Wie nog het D-woord durft te verkondigen in Nederland is dapper maar begeeft zich op glad ijs. IJs van een snel smeltende schots in warmer wordend water zo dachten we. Niets is minder zeker, zo schreeuwt klimaatscepticus Marcel Crok al jaren van de daken. De wetenschap weet niet 100 procent zeker of zeeën en de aarde opwarmen en welke rol C02 daarbij speelt. Genoeg reden om deze dreiging in twijfel te trekken voor hen die het milieu blijkbaar niet als ‘too big to fail’ zien, hoe klein die kans ook moge zijn. Tot overmaat van ramp plaatste Trouw vorige week duurzaamheid in de verdomhoek van geloof. Probeer daar nog maar eens uit te komen als groene weldoener. Bijzonder genoeg bood juist de VVD deze week een interessante uitweg.
René Leegte (VVD) deed in debat met Esther Ouweland (PvdD) een opmerkelijke bekentenis: de VVD wil ook af van de olieverslaving en wil toegroeien naar een nieuwe economie. De afhankelijkheid van petrostaten vormt immers een risico voor de langetermijnontwikkeling van onze economie. Ouweland miste deze inkopper volkomen, vastgeroest als zij zit in haar diervriendelijke milieumantra.
Het was echter een enorme kans om de VVD op eigen terrein te verslaan door mee te gaan in hun denken. Vergeet het milieu, daarvoor lopen te weinig mensen in Nederland echt warm. Doe echter een beroep op onze vrije handelsgeest. Het vermogen om ons land vorm te geven, zoals de documentaire over de VOC en onze deltawerken ons daaraan herinneren. Creëer een praktisch nut en sla bruggen door duurzaamheid te omarmen met een positieve boodschap gericht op vrijheid, kostenbesparingen, innovatie, nieuwe kansen voor bedrijven en werkgelegenheid. Nieuwe groei, met een doel dat boven ons uitstijgt en verbindt. Een nieuw gevecht, nu tegen fossiele elementen.
De Zweden hebben al in 2006 de vertaalslag gemaakt. Inmiddels wordt al 50% van hun energie duurzaam opgewekt. Zij liggen daarmee op schema om in 2050 al hun energie zelf op te wekken, onafhankelijk van olie. Hun visie is om zich te verzekeren van eigen energiebronnen, de economie te versterken en groei te stimuleren in sectoren die zich richten op technologie en milieu. Ook Duitsland heeft die kans inmiddels gegrepen. Zelfs China is hard op weg.
Wij lopen ondertussen mijlenver achter. Op den duur zal het onherroepelijk nadelige gevolgen hebben voor onze concurrentiepositie als we verslaafd blijven aan steeds schaarser en duurder wordend olie en gas. Olie en gas waarover we nu nog zelf beschikken maar in 2050 waarschijnlijk niet meer. Zoals het er nu naar uitziet, zijn tegen die tijd de kosten voor vergrijzing en zorg onbetaalbaar geworden terwijl onze rijkdom aan pensioengelden is verdampt. Het zal de solidariteit binnen de samenleving verder op de proef stellen. Een toekomstbeeld van een financieel en moreel failliet Nederland doemt op.
Dát is het echte concrete risico, in een taal die zelfs de meest verstokte groene atheïst zal aanspreken. Het is echt oliedom om nog langer te wachten met het opstellen en uitvoeren van een grootschalig deltaplan voor energietransitie. Laten we met positieve hernieuwbare energie gezamenlijk onze schouders eronder zetten?!
” Olie en gas waarover we nu nog zelf beschikken maar in 2050 waarschijnlijk niet meer. Zoals het er nu naar uitziet, zijn tegen die tijd de kosten voor vergrijzing en zorg onbetaalbaar geworden terwijl onze rijkdom aan pensioengelden is verdampt.”
Tegen 2050 bestaat Nederland niet meer als zelfstandig land. Dientengevolge zullen we onze ‘rijkdom’ ook moeten delen met anderen en niet krampachtig proberen voor ons zelf te houden.
In vervolg op #1.
Dat Nederland in 2050 niet meer als zelfstandig land bestaat, is natuurlijke een zeer onzekere veronderstelling. Maar het omgekeerde geldt ook: er van uitgaan dat de politieke verhoudingen over veertig jaar nog zo zijn als tegenwoordig, is ook twijfelachtig.
Ik erger me daarom altijd behoorlijk aan de verhalen over de rampen die ontwikkelingslanden zullen treffen door klimaatverandering. Bijvoorbeeld wikipedia(http://nl.wikipedia.org/wiki/Opwarming_van_de_Aarde):
Met name ontwikkelingslanden zijn kwetsbaar voor klimaatverandering, omdat zij minder mogelijkheden hebben voor adaptatie.
Als dat al zo zou zijn, is het op de eerste plaats een politiek en niet een klimatologisch probleem.