Alweer wat jaren geleden meende ik mij onvervaard op de taak van Kritische Wetenschapsman aan de Kant te moeten storten – aan “mijn” oude faculteit moest zo nodig “bedrijfseconomie” opnieuw ingevoerd worden. Geheel in de geest des tijds. Toen ik ging studeren stonden op de lijst van aanbevolen literatuur nog de twee delen van Kleerekoper, Vergelijkend Leerboek der Bedrijfseconomie. Dat “hoefden we niet meer te doen” voor een tentamen, de docenten economie die rondliepen in de faculteit waren blij dat ze van de marxistische rimram afwaren. Kleerekoper bleef op de lijst tot zijn dood in 1970, misschien uit piëteit. Ja we schrijven 1968 als ik deze boeken aantref op de lijst. Ik moet het maar even benadrukken omdat het kletsverhaal gaat – onweersproken verkondigd in de Tweede Kamer door de Rosenberg van Wilders die met de kerst nog even over inteelt onder moslims begon – dat juist in dat jaar de “sociale faculteit” werd omgebouwd tot een marxistische kaderschool. Het lijkt mij vechten tegen de bierkaai om hier op deze plaats tegen in te gaan, maar misschien is het toch zinvol op den duur, bedenk ik nu.
“Kleerekoper” is geen marxistisch handboek, de schrijver besteedt wel ruime aandacht aan Marx. Hoe nodig dit is voor een vak als bedrijfseconomie bleek mij toen ik het voor de late jaren negentig beoogde “handboek” ter hand nam. Zonder omwegen verkondigde dit traktaat dat winst het belangrijkste oogmerk is van een bedrijf. En hoe maak je winst?
Opmerkelijke lectuur. Het begrip “winst” wordt als een axioma opgevoerd en wat het is en waar het vandaan komt is niet aan de orde. Dit was nu precies de reden waarom Kleerekoper wèl ruime aandacht aan Marx besteedt – omdat Marx, en hij overigens niet alleen, wel stilstond bij de vraag wat winst is en waar die vandaankomt. Dat “economie” geen wetenschap is maar een reeks lessen Heersende Ideologie, een metafysica zonder filosofie, een theologie waar geen transcendentie in voorkomt, werd mij nog eens extra duidelijk. Overigens was de moeite die ik mij nauwelijks wilde getroosten vergeefs omdat het hele vak economie – in mijn tijd een hoofdvak! – eenvoudigweg geschrapt werd. Geen idee waar men zich eigenlijk nog mee bezig houdt in die faculteit – o wacht dat begrip is ook zoekgemaakt.
Allerliefst hoe het zich noemende wetenschappelijk bureau van GroenLinks verkondigt dat “Marx terug is” en “links” vermaant Marx weer te gaan lezen.
Het eerste dat deze heiligen van deze laatste dagen eens zouden moeten vernemen is dat Marx al in de jaren dertig in de vuilnisbak gegooid is bij de sociaal-democraten. Bij de communisten was Marx wel aan de orde tot ongeveer de laatste tien jaren van hun bestaan – maar met een vergelijkbare discipline als bij de Kerk van Rome diende de exegese overgelaten te woorden aan de partijtop. Bij een andere partij die is opgegaan in GroenLinks gold de protestante houding ten aanzien van Marx (ik doel uiteraard op de PSP) wat dan weer niet tot een heldere eenheidslijn bij de partij leidde (hetgeen pas een ramp was toen die ellendige fusie in zicht kwam). Over de SP en Marx lijkt mij al helemaal niets te zeggen. Dus – “links”? “weer” Marx lezen?
Weet u wat, Hellingmensen en Krapulisten – hier kunt gij de scholingsbrochure van Marx, in het Nederlands geheten Loon, prijs en winst, tot u nemen.
Op wat “links” zou moeten en misschien zou kunnen zijn in Nederland kom ik terug, evenals op het idee van Kritische Studie.