Mag pooieren nog bij zijn naam genoemd worden?

Toen ik ging studeren werd ik geconfronteerd met studieboeken wiskunde en statistiek in het Engels – Amerikaans Engels om precies te zijn.
Ik weet allang niet meer waar het zinnetje over ging, of het een opdracht was of een voorbeeld – het ging geloof ik over theoretische frequentieverdeling. “This year I will be dating… (en dan een rijtje namen).” Er stonden meisjesnamen; aan vrouwelijke heterostudenten was niet gedacht; aan mannelijke homostudenten evenmin – dat is de draai die ik er nu aan kan geven, want het was op zich zonneklaar op wie de zin gericht was.
Wat vertelde mij dit? Dat het maken van afspraakjes met Degene van het Andere Geslacht iets was wat je ruim van tevoren kon plannen. Zeker in de Verenigde Staten. Er diende ook variatie te zijn bij de planning. Het herinnerde mij aan een balboekje, iets wat ik ook niet direct uit eigen ondervinding kon kennen. Het is moeilijk om het besef van eenzaamheid en het gevoel van desoriëntatie dat hierdoor onderstreept werd nu onder woorden te brengen. Toen deed ik dat al helemaal niet.

Verbaasd bewoog ik mij in de omgeving van waar de colleges gegeven werden. Zag meisjes lopen in de Langebrugsteeg en over de Grimburgwal en werd overvallen door de moedeloosheid: ik heb geen afspraakjes en al die anderen wel.
Eigenlijk heeft het niet zo lang geduurd als het lijkt, maar het was dan ook in tijden waarin een jaar een grotere proportie van mijn leven innam dan nu. Ja beste jongere lezers en lezeressen, toen had je nog afspraakjes in plaats van “dates”. Het woord roept bij mij nog steeds de angstige spanning op over wat mij te wachten stond, of eraan voorafgaand de onzekerheid of het idee gehonoreerd zou worden: “Zullen we wat afspreken?” De eerste horde.
“Date” doet mij denken aan “Ik zal eens kijken in mijn agenda of er nog een plekje vrij is”. In alle eerlijkheid: zo’n vriendin heb ik ook gehad, we hadden al het beste dat je met elkaar kunt delen achter de rug en dan is het een koude douche om “Over drie weken, kun je dan?” te horen te krijgen. Niet te gretig doen, o nee, maar dit was het andere uiterste. Zij had het initiatief genomen en wilde het blijkbaar zo eenmalig mogelijk houden. Ik heb het opgegeven met als prettige bijkomstigheid dat ik ook kennis had aan een meisje dat niet afstandelijk moeilijk deed. Nu ik het opschrijf moet ik plotseling glimlachen over “I will be dating…”.

Waar gaat dit heen?

Ik zit met mijn rug naar het televisietoestel waar de wereldkampioenschappen darts worden uitgezonden op Eurosport. Het is net of je de radio aanhebt. Ik weet de uitslag al, van de BBC. Hier wordt Nederlands commentaar gegeven en – onvermijdelijk waar Naidelans geknaauwd wot op de tillefiessie: reclame.
Heb je een relatie maar heb je behoefte aan aandacht van een ander?
“Sekkent laaf punt ennel. Fleurten is niet verboden.”
Dit gaat helemaal niet over “fleurten”. Flirten is het bijna onweegbare eerste en meestal enige stadium van contact met iemand met wie je wel iets zou willen, maar jij hebt iemand, zij heeft iemand, of allebei, of je weet eigenlijk niets anders van de ander dan dat deze je behaagt. Het is leuk, in principe vrijblijvend, altijd meegenomen als het tot iets leidt en soms is het zelfs beangstigend. “Je weet dat je gewonnen hebt,” voegde een meisje mij eens op een feestje toe toen ik onschuldig om haar aandacht leek te strijden met haar wat sullige vriendje – zij heeft het, hoorde ik van de gastvrouw, na vertrek op straat uitgemaakt met hem, wat dus niet betekende dat het dan met mij aan was. Dit bedoel ik met beangstigend. Het leven is vol onzekerheden, gevaren, uitdagingen en weinig is uit te sluiten. Blijkbaar heeft zij na de ontmoeting met mij de beslissing genomen die er wel al aan zat te komen.
Ik ben haar nog een keer tegengekomen – vaag herkennend wederzijds knikje. Aandacht van een ander, me zole.

Ik zal het niet uitproberen maar mijn vermoeden is dat die geweldige mensen die “gematcht” moeten worden voor hun sekkent laaf niet zo geweldig zijn als beloofd. Inspelen op wensen en verlangens die in het echt moeilijk zoniet onmogelijk vervuld kunnen worden. En waar al gauw niets spannends of moois aan zit want wil je echt af van degene met wie je het dagelijks leven deelt? En hoe zit het met die ander? Is die eigenlijk niet net zo’n kneus als jij, dat hij/zij afhankelijk is van dit bureau?
Of is die ander een “professional”?
Want je kunt het noemen hoe je wilt, het gaat hier om prostitutie, pooieren een “datingbureau” noemen maakt het nog niet tot iets anders. Vreemdgaan als biznus, alles is te vermarkten in de VVD-maatschappij.

Schrijf je nu in voor een flirt, een date of voor het vreemdgaan.

Dit stuk is al lang genoeg, er zou een in geheel andere toon geschreven Theoretisch Deel op moeten volgen, maar u heeft al iets aan Theorie achter de rug op Krapuul vandaag en die stijlbreuk zou dit stuk ook te lang en te onevenwichtig maken.
Laat deze beelden uit Rotterdam op u inwerken en zie de VVD-harsessen op een publieke voorziening.

Sekkent laaf. Een onbelangrijk zoniet afstotend zanger maar een gouden titel: Paul Anka tot slot.