De Griekse crisis loopt teneinde. De economie groeit, maar daar merkt een groot deel van de Griekse bevolking niets van. Vooral in de gezondheidszorg blijft de crisis enorm voelbaar.
Het gaat goed met Griekenland. De economie groeit en in augustus zou het land terug op eigen benen kunnen staan. Althans, dat is wat we lezen in de kranten en wat Grieks premier Alexis Tsipras zegt. Maar wanneer ik door de straten van Athene dwaal met het idee dat het goed gaat met de economie, voel ik me bedrogen. Neergedaalde rolluiken en graffiti domineren het straatbeeld. Niets duidt erop dat het beter gaat, integendeel. Veel Grieken denken dat ik een grapje maak wanneer ik hen zeg dat de crisis teneinde loopt. “Het wordt niet beter, het wordt enkel slechter”, klinkt het.
Griekenland leeft al acht jaar onder het Trojkabeleid: het land gaat leningen aan bij de Europese Unie die gekoppeld zijn aan strenge voorwaarden, waaronder ‘het beperken van publieke voorzieningen en een versobering van de uitkeringen’. De bezuinigingen zijn enorm voelbaar bij de Griekse bevolking. Sommige gepensioneerden verloren meer dan de helft van hun pensioen en moeten nu leven van een schamele 400 euro per maand. Volgens statistieken van de Europese Commissie is bijna een vierde van de bevolking werkloos en leeft meer dan een derde in armoede. Wekelijks zijn er protesten en stakingen van burgers die de voortdurende besparingen beu zijn en het aantal zelfdodingen blijft stijgen. Volgend jaar zullen de pensioenen nogmaals dalen en in 2020 zullen de belastingen opnieuw verhoogd worden.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be