Hoogste tijd voor rechtvaardigheid in het proces Wilders

Moszkowicz heeft telkens weer vele uren nodig om zijn punt te maken. Ten eerste omdat hij alles minstens drie keer wil herhalen, ten tweede omdat hij er steevast allerlei niet-terzake doende toestanden bijhaalt (en steeds weer de hele rechtszaak tot dan toe recapituleert) en ten derde omdat hij bij elk wetsartikel dat van toepassing is het halve Wetboek van Strafrecht begint voor te lezen.

Wat je ook kunt zeggen van het OM in deze zaak (en dat is heel wat), ze zijn tenminste wel beknopt en glashelder in hun uiteenzettingen.

Wilders zelf begint trouwens in de gaten te krijgen dat het niet goed voor zijn imago is om er voor de televisie vele uren als een zak zout bij te zitten, dus tegenwoordig maakt hij gebruik van de mogelijkheid op het einde van de zitting nog even wat te jammeren over het verschrikkelijke complot dat tegen hem gesmeed is, en hoe iedereen altijd maar tegen hem is, terwijl hij toch zo’n aardige vent is (ik stel voor dat hij Gerd Leers als getuige-deskundige in deze kwestie oproept. Alhoewel die natuurlijk wel meineedgevoelig is, want in de pers heeft die ooit héél andere dingen over Wilders gezegd, en hij wijst ook door zichzelf geschreven verzoeken af).

Het toppunt was wel Wilders’ smeekbede deze rechtszaak alsjeblieft nú te beëindigen, terwijl het toch vooral Graaf Wracula/Bram von Wrakenstein/Dram Wrakowicz is geweest die het OM tot dusver verhinderd heeft hem vrij te spreken.

Ik kan me zomaar voorstellen dat het OM straks zegt: “De heer Wilders en zijn raadsman zijn ons gaandeweg dermate op de zenuwen gaan werken dat we afzien van onze eis tot vrijspraak en alsnog 1 jaar dwangarbeid in de voormalige steenkolenmijn Emma te Hoensbroek eisen.”