Over de concrete gevolgen, onrechtmatigheid, inefficiëntie en totstandkoming ervan, maar ook over het progressieve verzet ertegen.
Een week na zijn inauguratie kondigde president Trump vorige vrijdag een presidentieel decreet (oftewel executive order af ter « bescherming van de natie tegen de binnenkomst van vreemde terroristen in de Verenigde Staten ». Het decreet had meteen concrete gevolgen en langs alle kanten wordt de rechtmatigheid ervan terecht in vraag gesteld.
Willekeurig toepassingsgebied
Wat werd aangekondigd als een « screening tegen terroristen, komt in feite neer op een inreisverbod voor 3 maanden voor de onderdanen van 7 zorgvuldig gekozen ‘moslimlanden’ die als gevaarlijk worden beschouwd (Irak, Iran, Yemen, Libië, Syrië, Soedan en Somalië). Voor Syrische onderdanen geldt dit zelfs voor onbepaalde tijd. Tegelijkertijd betekent dit dat het VN-Vuchtelingenverdrag tijdelijk geschorst wordt voor vluchtelingen afkomstig uit deze landen en dat ook houders van een green card de toegang tot het Amerikaanse grondgebied kan worden ontzegd.
Meteen viel op dat ‘moslimlanden’ als Saoedi-Arabië, Qatar en Egypte buiten schot bleven, gelet op de zakelijke en geopolitieke belangen die de VS met deze landen hebben. Bij geen van de terreuraanslagen die reeds werden gepleegd op Amerikaanse bodem, was ooit een onderdaan betrokken van de landen op de lijst. Integendeel, het betreffen overwegend onderdanen van andere landen die zelfs in de VS geboren en getogen zijn.
(Lees verder bij de bron van dit artikel)
Via:: dewereldmorgen.be