Een week geleden vroegen we ons nog af waarom er zonodig een loodzware Nederlandse delegatie van hoogwaardigheidsbekleders naar Poetins privé-olympisch speeltje in Sotsji – voor de gelegenheid keurig ontdaan van homo’s, vredesdemonstranten en dergelijk gespuis – moet afreizen, terwijl zo’n beetje iedereen thuisblijft. De laatste paar dagen zijn alle puzzelstukjes op hun plaats gevallen. Er is een rechtstreeks verband met het feit dat de ene na de andere topzware vertegenwoordiging van de regeringspartijen de afgelopen dagen haastig de lange reis naar Groningen maakte, een verband dat in twee woorden is samen te vatten: gas en verkiezingen.
Natuurlijk kwamen VVD en PvdA de Groningers alleen maar dooie mussen brengen, maar alleen al het feit dat meerdere partijcoryfeeën de reis naar het barre noorden ondernamen en met de boze Grunningers in gesprek gingen is een teken aan de wand. Zo’n beetje de hele provincie klaagt al jaren over de schade aan huizen, schuren en stallen als gevolg van de aardbevingen die de exploitatie van het goudmijntje van de overheid, het Groningse gas, veroorzaken. Over het algemeen reden voor de landelijke politiek om vooral net te doen of men niets gehoord heeft, de boel te bagatelliseren en ver uit de buurt te blijven. Want het laatste wat je als overheid zou willen, is dat de opbrengst van dat gas weer terug naar Groningen zelf moet.
Maar zie, de laatste tijd werden de protesten in Groningen almaar heftiger en, ach en wee, de gemeenteraadsverkiezingen komen akelig dichtbij, dus stortten VVD en PvdA zich wanhopig op de Groningse burger in een ultieme poging al strooiend met beloften en begripvol knikkend nog enkele minder intelligente provincialen te overtuigen om toch maar weer op hun partij te stemmen. En zo zagen we Kamp zelfs knuffels uitdelen: ‘Minister Kamp troostte de man en gaf hem zijn visitekaartje’, snotterde de bruinkrant.
Kamp dacht misschien dat hij een zieltje voor de VVD had gered en dat hij die man de dag van zijn leven had bezorgd. Op de terugweg naar Den Haag, met 130 km per uur zoevend over de snelweg in de ministeriële limousine, heeft hij zich voorgesteld dat de man thuiskwam en tegen zijn vrouw zei: ‘Kijk eens wat ik zonet heb gekregen, vrouw! Het visitekaartje van minister Kamp! Das toch eigenlijk een beste kerel, die Kamp!’
Waarschijnlijker is dat de man zich nog voordat de minister weer in de limo zat heeft gerealiseerd dat hij zich had laten afschepen met een visitekaartje. Zoals heel Groningen zich met de toezeggingen van Kamp afgescheept voelt, en dan is het nog de vraag wat er van die toezeggingen terecht zal komen als straks de gemeenteraadsverkiezingen achter de rug zijn, maar in geval van nood heeft men zich voldoende ingelikt bij Poetin om extra gas uit Rusland los te krijgen.
Kamp heeft zijn visitekaartje afgegeven in het hoge noorden, zoveel is zeker. Groningen kan wat hem betreft aan het gas.